Gelet op het Decreet Lokaal Bestuur van 22/12/2017;
Gelet op het decreet van 30/05/2008 betreffende de vestiging, de invordering en de geschillenprocedure van provincie- en gemeentebelastingen, en latere wijzigingen;
Gelet op de Vlaamse Codex Ruimtelijke Ordening (VCRO) en wijzigingen;
Gelet op het decreet houdende de algemene bepalingen inzake milieubeleid van 05/04/1995 (DABM);
Gelet op het Vlarem II en III;
Gelet op het decreet van 25/04/2014 betreffende de omgevingsvergunning en de daaruit volgende uitvoeringsbesluiten;
Overwegende dat de gemeenteraad in zitting van 22/10/2020 het belastingreglement op aanvragen, vergunningen en diverse administratieve stukken/handelingen onder het beleidsdomein ‘Omgeving’ o.m. in het kader van milieuwetgeving of wetgeving in het kader van ruimtelijke ordening voor een periode van 01/01/2020 tot en met 31/12/2025 heeft goedgekeurd;
Overwegende dat de stad zal instappen in het vastgoedinformatieplatform;
Overwegende dat hieruit volgt dat de betaling via het vastgoedinformatieplatform zal verlopen vanaf 01/01/2024 en de gemeentelijke retributie periodiek zal doorgestort worden naar de lokale besturen;
Overwegende dat hiervoor een apart retributiereglement zal opgemaakt worden waarin ook een overgangsperiode zal opgenomen worden van 01/03/2023 tot 01/01/2024 betreffende betalingen van de aangevraagde inlichtingen;
Overwegende dat hieruit volgt dat afdeling 7 van dit reglement handelend over de informatieplicht VCRO art. 5.2.1 tot 5.2.7 (notarisinlichtingen en vastgoedinlichtingen) dient geschrapt te worden;
Overwegende de financiële toestand van de stad;
Op voorstel van het College van Burgemeester en Schepenen;
Na beraadslaging;
BESLUIT:
Artikel 1:
Het belastingreglement op aanvragen, vergunningen en diverse administratieve stukken/handelingen onder het beleidsdomein ‘Omgeving’ o.m. in het kader van milieuwetgeving of wetgeving in het kader van ruimtelijke ordening goedgekeurd door de gemeenteraad in zitting van 22/10/2020 wordt opgeheven met ingang van de inwerkingtreding van het nieuw belastingreglement.
Art. 2:
Met ingang van 01/03/2023 tot en met aanslagjaar 2025 wordt een gemeentebelasting geheven op aanvragen, vergunningen en diverse administratieve stukken/handelingen m.b.t. het beleidsdomein “Omgeving” o.m. in het kader van milieuwetgeving of wetgeving in het kader van ruimtelijke ordening.
Art. 3:
Tenzij anders omschreven in de desbetreffende afdeling, wordt de belasting contant betaald tegen afgifte van een betalingsbewijs uiterlijk bij het afhalen van het stuk. Bij gebreke van contante betaling wordt de belasting ingekohierd.
Art. 4 :
Bij de organisatie van openbare onderzoeken is er een bijkomende belasting verschuldigd op de hieronder vastgestelde belastingen. Deze belasting is bijkomend van toepassing op alle aanvragen of afgiften van stukken waarvoor conform de geldende reglementering een openbaar onderzoek vereist is of wanneer dit noodzakelijk geacht wordt door de dienst Omgeving.
De belasting wordt als volgt vastgesteld per geadresseerde :
De belasting per affiche m.b.t. bekendmaking van het openbaar onderzoek (A2-formaat) : 2,5 euro/stuk.
Art. 5:
Indien het door de wetgever nog toegelaten is dat een aanvraag analoog kan worden ingediend en de dienst omgeving deze aanvragen verplicht dient te digitaliseren en in te brengen in het digitaal loket voor behandeling is een bijkomende belasting verschuldigd door de aanvrager van een vergunning/melding/attest.
De belasting wordt als volgt vastgesteld :
Wanneer de aanvrager in dergelijk geval zijn aanvraag toch digitaal indient, bekomt hij zijn vergunning/attest/melding GRATIS.
Art. 6:
Aanvragen, meldingen en stukken rechtstreeks aangevraagd door gerechtelijke overheden, de openbare besturen en de daarmee gelijkgestelde instellingen alsook de instellingen van openbaar nut zijn vrijgesteld van deze belasting.
AFDELING 1 : OMGEVINGSVERGUNNING
Art. 7:
De belasting is verschuldigd door diegene die de aanvraag tot vergunning heeft ingediend en bij gebreke daarvan aan de vergunninghouder of exploitant (dus ook bij een weigering of intrekking).
Art. 8:
De belasting wordt als volgt vastgesteld :
Het basistarief voor een aanvraag binnen de gewone als vereenvoudigde procedure bedraagt 50 euro per aanvraag en per 'bijkomende' eenheid (dat kan zowel een woning, appartement, zorgwoning, bedrijfs-, kantoor- of handelsruimte zijn of een mix). De affiches voor bekendmaking zijn hierin inbegrepen.
Volgende toeslagen zijn cumulatief van toepassing bovenop het basistarief :
Art. 9:
Belastingstarieven van toepassing op enkele specifieke aanvragen :
AFDELING 2 : MELDINGEN
Art. 10:
De belasting is verschuldigd door diegene die een melding heeft ingediend en bij gebreke daarvan aan de vergunninghouder of exploitant.
Art. 11:
De belasting wordt als volgt vastgesteld :
Het basistarief voor een melding bedraagt 30 euro per aanvraag of inrichting.
Volgende toeslagen zijn cumulatief van toepassing bovenop het basistarief :
AFDELING 3 : VERKAVELINGEN
Art. 12:
De belasting is verschuldigd door diegene die aanvraag heeft ingediend en bij gebreke daarvan aan de vergunninghouder.
Art. 13:
De belasting wordt als volgt vastgesteld :
Het basistarief voor een verkavelingsaanvraag bedraagt 100 euro per aanvraag
Volgende toeslagen zijn cumulatief van toepassing bovenop het basistarief :
Art. 14:
Belastingstarieven van toepassing op enkele specifieke aanvragen :
AFDELING 4 : STEDENBOUWKUNDIGE ATTEST
Art. 15:
De belasting is verschuldigd door diegene die de aanvraag tot het attest heeft ingediend (dus ook bij een weigering of intrekking).
Art. 16:
Het bedrag van de verschuldigde belasting wordt bepaald op 50 euro per attest
AFDELING 5 : PLANOLOGISCHE ATTEST
Art. 17:
De belasting is verschuldigd door de persoon/instantie die het attest aanvraagt.
Art. 18:
Het bedrag van de verschuldigde belasting wordt bepaald op 250 euro per attest.
AFDELING 6 : BEBOSSING
Art. 19:
De belasting is verschuldigd door de persoon/instantie aan wie de vergunning wordt verleend (dus bij weigering is een vrijstelling).
Art. 20:
Het bedrag van de verschuldigde belasting wordt bepaald op 30 euro per perceel waarop de vergunning van toepassing is.
AFDELING 7 : TIJDELIJKE VERKEERSREGLEMENTEN, SIGNALISATIEVERGUNNINGEN en TOELATINGEN VAN DE BURGEMEESTER
Art. 21:
De belasting is verschuldigd door de organisator van de activiteit/evenement waarvoor een tijdelijk verkeersreglement (TVR), een signalisatievergunning of een toelating van de burgemeester vereist is (SV).
Deze belasting staat los van het gemeentelijk retributiereglement en/of het gemeentelijke belastingsreglement ‘inname openbaar domein’.
Art. 22:
Het bedrag van de belasting wordt als volgt vastgesteld:
Organisator |
Activiteit |
Bedrag TVR |
Bedrag SV |
OCMW, politie, brandweer en andere organisatoren i.s.m. gemeentelijke diensten |
Carnaval, kermissen, markten, beurzen, ... |
Vrijgesteld |
Vrijgesteld |
Particulier of aannemer |
Verhuis, verbouwing, feest, plaatsing container of stelling, tuinaanleg, leveringen,… |
5 euro |
10 euro |
Bedrijf, zelfstandige, horeca |
Fuif, evenement, beurs, tentoonstelling, markt, … |
10 euro |
20 euro |
Bedrijf, zelfstandige, horeca |
Fuif, evenement, beurs, tentoonstelling, … |
20 euro |
20 euro |
Aannemer bouw- of infrastructuurwerken |
Wegenwerken, riolerings-werken, bouwprojecten met meer als 1 woning of 2 appartementen of als ontwikkelaar, en per werfplaats of straat |
50 euro |
100 euro |
Erkende verenigingen, VZW, scholen, dorpsfeesten/wijkcomités, … |
Met lokaal karakter |
5 euro |
10 euro |
Erkende verenigingen, VZW, scholen, dorpsfeesten/wijkcomités, … |
Met lokaal karakter |
10 euro |
20 euro |
Verenigingen, … |
Wielerwedstrijden, doortochten |
10 euro |
20 euro |
Grote manifestaties (bovenlokaal karakter) ongeacht soort organisator |
Motocross, autocross/rally, kampioenschappen, jumpingwed- strijden, … |
50 euro |
100 euro |
Dit bedrag wordt vermeerderd met 20 euro indien er ook politietoezicht vereist is.
Art. 23:
Voor een toelating van de burgemeester voor het organiseren van een evenement is een belasting van 5 euro per toelating verschuldigd.
Art. 24:
Er kan tevens een vergunning bekomen worden voor het permanent plaatsen van verkeersborden type F34a, F35, F37 of andere privé-wegwijzers. Voor deze vergunning is een belasting voorzien van 10 euro/bord. Dit staat los van de retributie aangaande technische dienstverlening (daar gaat het over de plaatsing en eventuele aankoop van deze borden door de gemeentelijke diensten).
Art. 25:
De belasting is slechts 1x verschuldigd per activiteit (vb: indien de opdrachtgever van een werk de verschuldigde belasting betaalt is de uitvoerende aannemer hiervan vrijgesteld of omgekeerd).
Art. 26:
Deze belasting treedt in werking op 01/03/2023.