Ingevolge de maatregelen ter bestrijding van de verspreiding van het coronavirus heeft de burgemeester in overleg met de voorzitter van de gemeenteraad besloten (BB 4/11/2020):
1. de vergaderingen van de gemeenteraad en RMW tot nader order opnieuw fysiek te laten doorgaan in de Cultuurzaal van GC de Passant, met tafels op ruime afstand van elkaar.
2. de raden te laten doorgaan MET publiek (max. 10 personen) mits inschrijving vooraf.
- Stand van zaken Covid-19
- Wateroverlast juli 2021
De gemeenteraad krijgt terugkoppeling over de vragen van vorige vergadering :
De burgemeester komt terug op de vraag over PFOS-metingen : geen metingen door OVAM, omdat er geen brandweerkazernes en/of oefenterreinen van brandweer zijn, noch grote branden geweest, zodat OVAM besluit dat er geen vervuiling is opgetreden.
De voorzitter d.d. R. Mertens koppelt terug over de zomerschool van 26/07 -06/08/2021, 19 leerlingen, 4 lesgevers voor de voormiddag en 3 animatoren voor de namiddag.
De voorzitter d.d. R. Mertens : in verband met de vraag over de wateroverlast : verwijst naar de uiteenzetting door de burgemeester bij aanvang van de zitting, de terugkoppeling naar de (getroffen) inwoners zal binnenkort gebeuren, zodra alle nodige informatie van alle betrokken instanties ter beschikking is.
De burgemeester verwijst naar de vraag inzake het oneigenlijk parkeren op de Grote Markt : politie wordt verzocht op te treden indien burgers na aanmaning de regels niet naleven. Inzake uitbatingsvergunningen : burgemeester licht de procedures toe : de stad levert een drankvergunning af waarbij ook een onderzoek is naar brandveiligheid, moraliteit en hygiëne.
Schepen P. Mathues deelt mee dat de asfalt op de kruising Terweidenstraat en Grazenseweg voorzien zal worden in het budget voor de onderhoudswerken wegen 2022. Kleine werken moeten ook gebundeld worden, een aannemer kan niet komen voor 1 klein werk.
Gelet op het decreet lokaal bestuur, inzonderheid artikel 32,277,278;
Gelet op het door de algemeen directeur voorgelegde ontwerp van de notulen (openbaar en besloten gedeelte);
Gelet op het zittingsverslag;
Gelet op de toepasselijke bepalingen van het Decreet Lokaal Bestuur dd. 22 december 2017, zoals gewijzigd;
Gelet op het decreet van 30 mei 2008 betreffende de vestiging, de invordering en de geschillenprocedure van provincie- en gemeentebelastingen, zoals gewijzigd;
Gelet op de wet van 29 juli 1991 inzake de motivering van beslissingen;
Gelet op de omzendbrief KB ABB-2019/2 Coördinatie van de onderrichtingen over de gemeentefiscaliteit van 15 februari 2019;
Gelet op het decreet van 23 december 2011 betreffende het duurzaam beheer van materiaalkringlopen en afvalstoffen;
Gelet op het Besluit van de Vlaamse regering van 17 februari 2012 tot vaststelling van het Vlaams reglement betreffende het duurzaam beheer van materiaalkringlopen en afvalstoffen (VLAREMA);
Gelet op het Uitvoeringsplan huishoudelijk afval en gelijkaardig bedrijfsafval van 16 september 2016, zoals gewijzigd;
Gelet op de deelname van de gemeente in EcoWerf, intergemeentelijk milieubedrijf Oost-Brabant;
Gelet op het masterplan recyclageparken van EcoWerf zoals goedgekeurd door de raad van bestuur;
Overwegende dat vanaf 18 november 2003 de gemeente beheersoverdrachten deed aan EcoWerf voor de inzameling van verschillende afvalfracties en voor de exploitatie van het recyclagepark;
Overwegende dat de gemeente is toegetreden tot het DifTar-systeem van huis-aan-huisinzameling in containers alsook voor de brengmethode naar het recyclagepark;
Overwegende dat met ingang van 27 november 2003 de stad beheersoverdracht deed aan EcoWerf voor de inzameling van de hiernavolgende fracties van het huishoudelijk afval : het gewoon huisvuil, grof vuil, gft, pmd, papier en karton, glas en oud ijzer (en het daarmee vergelijkbaar bedrijfsafval);
Overwegend dat de stad op 31 mei 2011 beheersoverdracht aan EcoWerf deed voor de exploitatie van het recyclagepark, voor de inzameling DifTar huis-aan-huis en van bermmaaisel;
Overwegende dat de stad met ingang van 28 november 2017 beheersoverdracht deed aan EcoWerf voor de inzameling van zachte plastics;
Overwegende dat de gemeenteraad in zitting van 18 december 2018 de contante belasting op de inzameling en verwerking van de hiernavolgende fracties van het huishoudelijk afval : het gewoon huisvuil, het grofvuil, gft, pmd en zachte plastics heeft goedgekeurd voor de aanslagjaren 2019 t.e.m. 2025;
Overwegende dat de gemeenteraad in zitting van 18 december 2018 de contante belasting op de aanlevering van afvalstoffen op recyclagepark heeft goedgekeurd voor de aanslagjaren 2019 t.e.m. 2025;
Overwegende dat door de raad van bestuur van Ecowerf eind 2018 de vraag is gesteld naar een onderzoek aangaande de haalbaarheid voor de inzameling van papier en karton in containers;
Overwegende dat door de raad van bestuur van EcoWerf goedkeuring is verleend aan de inzameling van papier en karton in minicontainers tijdens de zitting van 9 oktober 2019;
Overwegende dat het een uniform inzamelsysteem betreft van papier en karton in gele rolcontainers van 240 liter (een andere maat kan op aanvraag). Het huren en gebruiken van deze container is voor de inwoners optioneel. De inwoner heeft de mogelijkheid om het papier naar het recyclagepark te brengen. De inwoner betaalt het standaard tarief voor de huur van deze container. De containers worden bij ophaling niet gewogen;
Overwegende dat de kosten voor inzameling van afval zwaar doorwegen op de gemeentelijke financiën;
Overwegende dat de gemeentelijke inkomsten en uitgaven in evenwicht dienen te zijn;
Overwegende dat derhalve, de kosten voor de huis-aan-huis inzameling en de inzameling op het recyclagepark zullen verhaald worden op de aanbieders via een contantbelasting;
Overwegende dat de invoering van een dergelijke gedifferentieerde contantbelasting de gemeente toelaat om het principe van “de vervuiler betaalt” toe te passen, om alzo prioriteit te verlenen aan afvalvoorkoming en slechts in tweede instantie het hergebruik en tenslotte de recyclage van huishoudelijke afvalstoffen en vergelijkbare bedrijfsafvalstoffen te stimuleren;
Op voorstel van het College van Burgemeester en Schepenen:
BESLUIT:
Artikel 1:
Het contantbelastingreglement voor de inzameling en verwerking van het huishoudelijk afval en daarmee vergelijkbaar bedrijfsafval dit zowel voor de huis-aan-huis inzameling, inzameling op afroep, als de inzameling op het recyclagepark d.d. 26/11/2020 wordt opgeheven op 01/01/2022 en vervangen door volgend contantbelastingsreglement geldig vanaf 01/01/2022 t.e.m. 31/12/2025.
Art. 2:
Het contantbelastingreglement voor de inzameling en verwerking van het huishoudelijk afval en daarmee vergelijkbaar bedrijfsafval dit zowel voor de huis-aan-huis inzameling, inzameling op afroep, als de inzameling op het recyclagepark wordt vastgesteld als volgt :
Artikel 1
§ 1. Er wordt een contantbelasting gevestigd voor:
1° de huis-aan-huis inzameling van het gewoon huisvuil, het pmd-afval, het gft-afval, en grofvuil (en het daarmee vergelijkbaar bedrijfsafval);
2° de inzameling van op het recyclagepark aangeboden afvalstoffen;
3° de inzameling van het gewoon huisvuil, het pmd-afval, het gft-afval en papier en karton via sorteerstraten.
§ 2. Definities algemeen:
1° Aansluitpunt (ASP):
1) iedere entiteit (gebouw, infrastructuur of domein) op het grondgebied van de gemeente mét een woonfunctie, waarin een particulier huishouden gevestigd is dat op basis van inschrijving in het bevolkingsregister of het vreemdelingenregister van de gemeente zowel huisvuil, grofvuil, pmd, gft en papier en karton ter inzameling kan aanbieden,
2) iedere entiteit (gebouw, infrastructuur of domein) op het grondgebied van de gemeente mét een woonfunctie, waarin een particulier huishouden gevestigd is dat op basis van een machtiging van de gemeente zowel huisvuil, grofvuil, pmd, gft en papier en karton ter inzameling kan aanbieden, en
3) iedere entiteit (gebouw, infrastructuur of domein) op het grondgebied van de gemeente waarin een instelling van openbaar nut, een school, een vereniging die deel uitmaakt van de gemeentelijke cultuur-, sport- of jeugd-, senioren- of milieuraad, gevestigd is, die op basis van een machtiging van de gemeente zowel huisvuil, grofvuil, pmd, gft en papier en karton ter inzameling kan aanbieden.
2° Aansluitpunt commercieel:
Iedere entiteit (gebouw, infrastructuur of domein) op het grondgebied van de gemeente met een commerciële functie, waarin beroepsactiviteiten worden ontplooid (vrij beroep, handel, zorgactiviteiten,…) die op basis van de inschrijving in het bevolkingsregister/handelsregister van de gemeenten zowel huisvuil, grofvuil, pmd, gft en papier en karton ter inzameling kan aanbieden.
De juiste oppervlakte van het commercieel aansluitpunt wordt vastgesteld hetzij op basis van de goedgekeurde bouwvergunning, hetzij op basis van de afgesloten huurovereenkomst.
3° Aorta: de databank waarin EcoWerf per gezin of per onderneming registreert:
Om toegang te krijgen tot de recyclageparken, moeten de gezinnen of ondernemingen op het grondgebied van de gemeente zich laten registreren. De registratie kan gebeuren bij de bevoegde gemeentedienst. Voor zover de gegevens van het gezin zijn opgenomen in het rijksregister (via het bevolkings- of vreemdelingenregister) is er geen afzonderlijke registratie vereist, maar voert EcoWerf de registratie uit op basis van deze gegevens.
Voor elk gezin of elke onderneming zoals omschreven in dit reglement is een registratie verplicht en is er maximaal één registratie mogelijk.
Per gezin of per onderneming in het bedieningsgebied wordt er in Aorta een formulier aangemaakt. Het formulier omvat voor het gezin of de onderneming de vermelding van de referentiepersoon, het adres, een bankrekeningnummer, een detail van de diensten waarvan gebruik kan worden gemaakt, een rekenstaat, het rijksregisternummer of nummer van het vreemdelingenregister van de referentiepersoon, het ondernemingsnummer, en het EcoWerf-klantennummer. Er wordt geregistreerd of het formulier wordt aangemaakt voor een gezin, een tweede verblijf (met een ander verzendadres), een gemeenschap of voor een onderneming, vereniging, school, gemeentelijke overheid of andere overheid. Indien de referentiepersoon bereid is deze gegevens te verstrekken, vermeldt het formulier ook één telefoonnummer en een e-mailadres van het gezin of de onderneming.
Op basis van het bedrag van de rekenstaat in de databank en in functie van de beschikbare diensten wordt bepaald of er aan de belastingplichtige betalingsuitnodigingen verstuurd worden en of de belastingplichtige in de voorwaarden verkeert om dienstverlening inzake inzameling en verwerking van huishoudelijke afvalstoffen en daarmee vergelijkbaar bedrijfsafval te ontvangen.
De gegevens van Aorta kunnen door EcoWerf worden aangewend voor het versturen van betalingsuitnodigingen.
Wanneer er niet langer beroep wordt gedaan op enige dienst inzake verwerking van huishoudelijke afvalstoffen en daarmee vergelijkbaar bedrijfsafval wegens verhuis of overlijden, en dit door de gemeente gemeld wordt aan EcoWerf, zal EcoWerf de toegangskaart blokkeren of niet langer een toegangsmachtiging aan de identiteitskaart verlenen. Op vraag van de burger kan het eventuele onbestede tegoed op het rekeningnummer van de referentiepersoon terug betaald worden.
4° DifTar-rekening: de individuele rekening die per gezin of per onderneming in de databank wordt bijgehouden en waarop afzonderlijk worden ingeschreven :
De rekenstaat geeft op elk ogenblik getrouw weer wat de schuld of het tegoed is van het gezin of de onderneming.
5° Gebruikersgroep: een selectie van aansluitpunten die op basis van het domicilieadres geselecteerd worden, een elektronische toegangsbadge toegewezen krijgen en op deze wijze toegang krijgen tot een sorteerstraat en/of recyclagepark(en).
6° Ondergrondse afvalcontainer: een ondergronds inzamelrecipiënt, voorzien van een inwerpzuil met, afhankelijk van de aangeboden fractie een aangepaste inwerpopening. De container is voorzien van een elektronisch te openen deksel, enkel te openen bij aanbieding van een door EcoWerf gevalideerde toegangsbadge.
7° Referentiepersoon: de meerderjarige persoon die in Aorta als referentiepersoon voor het gezin of de onderneming wordt vermeld. Als de registratie gebeurt :
8° Recyclagepark: een bij toepassing van VLAREMA vergunde inrichting waar particulieren en eventueel ook bedrijven onder toezicht van op vastgestelde dagen en uren bepaalde gesorteerde huishoudelijke afvalstoffen en eventueel met huishoudelijke afvalstoffen vergelijkbare bedrijfsafvalstoffen kunnen deponeren.
9° Sorteerstraat: een combinatie van (ondergrondse afvalcontainers) ten behoeve van de inzameling van de fracties restafval, pmd, gft en papier & karton.
10° Toegangskaart: elektronische badge op naam van de referentiepersoon die bij aanbieding toegang verleent tot de sorteerstraat en/of recyclagepark(en). De badge registreert de gebruiker en het volume of het gewicht van de aangeboden fractie. Elke gebruiker en bij uitbreiding ook de badge maakt deel uit van een door EcoWerf gedefinieerde gebruikersgroep.
§ 3. Definities afvalfracties:
1° Afgedankte elektrische en elektronische apparaten: Apparaten die elektrische stromen of elektronische velden nodig hebben om naar behoren te kunnen werken, en apparaten voor het opwekken, overbrengen en meten van die stromen en velden, die onder een van de categorieën, vermeld in artikel 3.4.4.2 van het VLAREMA, vallen en die bedoeld zijn voor gebruik met een spanning van maximaal 1000 volt bij wisselstroom en 1500 volt bij gelijkstroom. Daarin zijn ook alle onderdelen, subeenheden en verbruiksmaterialen begrepen die deel uitmaken van het product op het moment dat het wordt afgedankt. De volgende apparaten vallen niet onder deze definitie: apparaten die deel zijn van andere elektrische apparatuur, apparatuur die verband houdt met de bescherming van de wezenlijke belangen van de veiligheid van lidstaten, wapens, munitie en oorlogsmateriaal, tenzij het gaat om producten die niet specifiek voor militaire doeleinden zijn bestemd, en grote, niet-verplaatsbare industriële installaties van elektrische en elektronische gereedschappen en tuingereedschappen.
2° Asbestcement: Alle voorwerpen uit gebonden asbest zoals eternieten golfplaten, schaliën, vlakke eterniet … ontstaan door de normale werking van een particuliere huishouding en/of een daarmee vergelijkbare bedrijfsactiviteit, met uitzondering van losse asbest, plastic golfplaten, …
3° Boomstronken : Alle boomstronken die na ontdaan te zijn van wortels en aarde kunnen worden ingezet in de groencompostering en/of kunnen worden verhakseld voor hergebruik.
4° Bouwafval : Zuivere steenslag, betonblokken, versteende cement, gips, kalk, plaasterplaten (o.a. Gyproc), asbest-cementplaten (o.a. Eternit) , cellenbeton (o.a. Ytong), keramiek, asfalt van opritten, ontstaan door de normale werking van een particuliere huishouding en/of een daarmee vergelijkbare bedrijfsactiviteit, met uitzondering van grote hoeveelheden bouwafval, beton vermengd met ijzer, glas, hout en/of aarde.
5° Cellenbeton: Alle schuimbeton ontstaan door de normale werking van een particuliere huishouding en/of een daarmee vergelijkbare bedrijfsactiviteit.
6° E.P.S.: Zuiver witte piepschuim ontstaan door de normale werking van een particuliere huishouding en/of een daarmee vergelijkbare bedrijfsactiviteit met uitzondering van gekleurd piepschuim, verpakkingschips, verpakkingspiepschuim afkomstig van voedingsmiddelen, vervuild piepschuim, styrofoamplaten,…
7° Frituurolie en afgelaten motorolie: Alle soorten smeerolie en/of industriële olie, op minerale of synthetische basis ontstaan door de werking van een particuliere huishouding en/of een daarmee vergelijkbare bedrijfsactiviteit in het bijzonder afgewerkte motorolie, frituurolie, met uitzondering van grote hoeveelheden motorolie, olie met pcb’s of andere giftige stoffen.
8° Gips en kalk: Bouwafval uit gips en kalk zoals gipsplaten, kalk, gips, bezetsel … ontstaan door de normale werking van een particuliere huishouding en/of een daarmee vergelijkbare bedrijfsactiviteit, met uitzondering van cement, stenen, asfalt,…
9° Glas: Hol glas en vlak glas ontstaan door de normale werking van een particuliere huishouding en/of daarmee vergelijkbare bedrijfsactiviteiten, ontdaan van dopsels, deksels en sluitingen, met uitzondering van vuurvaste voorwerpen en hittebestendig glas, gewapend glas, kristal, opaal glas, rookglas, autoruiten, plexiglas, gloeilampen, spaarlampen, tl-lampen, stenen, tegels, porselein, aardewerk, beeldbuizen van tv’s,…
10° Gras- en bladafval : Alle vers gazonmaaisel en bladeren afkomstig van normaal tuinonderhoud, met uitzondering van oud en rot gazonmaaisel en gras vermengd met grond.
11° Groenafval: Organisch composteerbaar afval zoals plantenresten, haagscheersel, snoeihout, bladeren, organisch afval uit parken en plantsoenen, boomstronken, gazon - en wegbermmaaisel en kerstbomen, ontstaan door de normale werking van een particuliere huishouding en/of een daarmee vergelijkbare bedrijfsactiviteit.
12° Groente-, fruit- en tuinafval (gft): Organisch composteerbaar afval zoals schillen en resten van fruit (ook citrusvruchten), groenten en aardappelen; dierlijk en plantaardig keukenafval en etensresten; broodresten; koffiedik en papieren koffiefilters; papier van keukenrol; noten en pitten; vlees- en visresten, schaaldierresten (uitgezonderd mosselschelpen, oesterschelpen …); vaste zuivelproducten (kaasresten); eieren en eierschalen; fijn tuin- en snoeiafval (bladeren, gras, onkruid, haagscheersel, versnipperd snoeihout …); kamer- en tuinplanten; schaafkrullen en zaagmeel van onbehandeld hout; mest van kleine huisdieren (cavia, konijn). Dit alles ontstaan door de normale werking van een particuliere huishouding en/of uit een bedrijfsactiviteit die vergelijkbaar is met een huishouden.
13° Grofvuil: Alle huishoudelijke afvalstoffen en voorwerpen die ontstaan door de normale werking van een particuliere huishouding of ermee vergelijkbare bedrijfsafvalstoffen en die omwille van de omvang, de aard en/of het gewicht niet in het recipiënt voor de huisvuilinzameling kunnen worden aangeboden, met uitzondering van: papier en karton, textiel, glas, kga (Klein Gevaarlijk Afval), gft (groenten, tuin– en fruitafval) en organisch-biologisch vergelijkbaar bedrijfsafval, pmd, oude metalen, houtafval, snoeihout en groenafval, afgedankte elektrische en elektronische apparaten (AEEA), autobanden, steenachtige fracties van bouw - en sloopafval en andere selectief ingezamelde afvalstoffen.
14° Harde plastics: Alle zuivere harde plastics zoals deuren, rolluiken, buizen, dakgoten, tuinmeubelen, bloempotten, plastic kleerhangers, speelgoed, wasmanden, emmers ... ontstaan door de normale werking van een particuliere huishouding en/of een daarmee vergelijkbare bedrijfsactiviteit, met uitzondering van plastic flessen en flacons (pmd), verpakkingen van gevaarlijke producten (kga), bouw- en isolatiematerialen, tuinslang, verpakkingen van voedings- waren, plastic blisters en straps, cd’s, dvd’s en videobanden (restafval),...
15° Herbruikbare goederen: Alle door de normale werking van een particuliere huishouding ontstane afvalstoffen die worden aanvaard door het erkend Kringloopcentrum en geschikt kunnen worden gemaakt voor hergebruik, zoals meubelen, kleding, kleine huisraad, boeken, elektronische informatiedragers, speelgoed,…
16° Huishoudelijk afval : Alle afvalstoffen die ontstaan door de normale werking van de particuliere huishouding en/of afvalstoffen ontstaan door een daarmee vergelijkbare bedrijfsactiviteit.
17° Keramiek: Alle keramiek ontstaan door de normale werking van een particuliere huishouding en/of een daarmee vergelijkbare bedrijfsactiviteit zoals wc-potten, lavabo’s, tegels, stenen borden en tassen, porselein,… met uitzondering van steenafval.
18° Klein Gevaarlijk Afval (KGA): De afvalstoffen zoals opgesomd in artikel 5.2.2.1. van het VLAREMA.
19° Kurk: Alle afvalstoffen uit kurk, afkomstig van de normale werking van een particuliere huishouding en/of een daarmee vergelijkbare bedrijfsactiviteit, zoals stopsels, deksels, sluitingen, tegels, wandbedekking,…
20° Oude Metalen: Alle ferro- en non-ferro metalen voorwerpen ontstaan door de normale werking van een particuliere huishouding en/of een daarmee vergelijkbare bedrijfsactiviteit, met uitzondering van ferro- en non-ferroverpakkingen, kga en elektrische en elektronische toestellen.
21° Papier en karton: Alle dag-, week-, en maandbladen, tijdschriften en periodieken, reclamedrukwerk en ander drukwerk, publicaties, telefoon- en faxgidsen, schrijfpapier, kopieerpapier, computerpapier, boeken en papieren of kartonnen verpakkingen, die ontstaan door de normale werking van een particuliere huishouding of ermee gelijkgestelde bedrijfsafvalstoffen, met uitzondering van geolied papier of karton, papier met waslaag, carbonpapier, vervuild papier, vervuilde papieren en kartonnen verpakkingen, papieren voorwerpen waar kunststof of andere materialen in verwerkt zijn, kaarten met magneetbanden, behangpapier, cement-, meststof- en sproeizakken,…
22° Plastic flessen en flacons, Metalen verpakkingen en Drankkartons (PMD): Plastic flessen en flacons, metalen verpakkingen (inclusief kroonkurken), schaaltjes, vlootjes en bakjes, potjes en tubes, folies, zakjes, drank- en conservenblikken, spuitbussen voor voedingsmiddelen of cosmetica, bakjes en schaaltjes, deksels, doppen. en drankkartons, ontstaan door de normale werking van een particuliere huishouding en/of een daarmee vergelijkbare bedrijfsactiviteit. De aangeboden plastic flessen en flacons, metalen verpakkingen en drankkartons mogen geen kga, glas, etensresten of andere afvalstoffen bevatten.
23° Sloophout: Alle zuiver afvalhout afkomstig van constructiewerken, bouwmaterialen, meubilair en grote speeltuigen, ontstaan door de normale werking van een particuliere huishouding en/of een daarmee vergelijkbare bedrijfsactiviteit, met uitzondering van geïmpregneerde houtsoorten (tuinmeubelen), hout vermengd met ijzer of glas, treinbilzen.
24° Snoeihout: Alle hout afkomstig van het normaal onderhoud van de tuin (met een diameter van minder dan 10 cm), haagscheersel.
25° Steenafval: Zuivere steenslag, (gewapend) beton, versteende cement, betonnen palen … ontstaan door de normale werking van een particuliere huishouding en/of een daarmee vergelijkbare bedrijfsactiviteit, met uitzondering van vervuilde steenslag (bv. met grond), asfalt, keramiek, gips en kalk, cellenbeton, asbest,…
26° Textiel: Alle niet verontreinigde kleding, huishoudlinnen, woningtextiel (gordijnen, overgordijnen, tafelkleden, servetten…), beddengoed, schoeisel, handtassen en lederwaren ontstaan door de normale werking van een particuliere huishouding en/of een daarmee vergelijkbare bedrijfsactiviteit.
Art. 2:
De contantbelasting is verschuldigd door de gebruiker op basis van de kostprijs van de specifieke dienstverlening en wordt aangerekend naar gelang van de soort en de hoeveelheid of het gewicht van het afval bij de huis-aan-huis-inzameling, de inzameling via het recyclagepark en de sorteerstraten.
Art. 3:
§ 1. Huis-aan-huis inzameling
De contantbelasting voor de huis-aan-huis inzameling in functie van de fractie en het volume/gewicht van de ter inzameling en verwerking aangeboden afvalstoffen wordt hieronder weergegeven. De gewichtsmeting is tot op 0,5 kg nauwkeurig.
a) Huisvuil
Inzameling en verwerking
Particulieren (euro) |
KMO (euro) |
|
Per kg gewogen huisvuil |
0,28 |
0,28 |
Per aanbieding 40 L-container |
0,55 |
|
Per aanbieding 120 L-container |
0,55 |
0,55 |
Per aanbieding 240 L-container |
1,10 |
1,10 |
Per aanbieding 360 L-container |
1,65 |
1,65 |
Per aanbieding 1100 L-container |
5,59 |
5,59 |
Voorrijkost per afroep |
75 |
75 |
Gebruiksrecht container per maand
Particulieren (euro) |
KMO (euro) |
|
40 L-container |
0,84 |
|
120 L-container |
0,84 |
1,84 |
240 L-container |
1,66 |
2,47 |
360 L-container |
2,47 |
2,64 |
1100 L-container |
4,58 |
7,07 |
Aankoop slot (optioneel) |
25 |
25 |
b) Gft-afval
Inzameling en verwerking
|
Particulieren (euro) |
KMO (euro) |
Per kg gewogen gft |
0,18 |
0,18 |
Gebruiksrecht container per maand
Particulieren (euro) |
KMO (euro) |
|
40 L-container |
0,84 |
|
120 L-container |
0,84 |
1,84 |
240 L-container |
1,66 |
2,47 |
1100 L-container |
4,58 |
7,07 |
Aankoop slot (optioneel) |
25 |
25 |
c) Pmd
|
Particulieren (euro) |
KMO (euro) |
Per zak van 60 L |
0,15 |
0,15 |
d) Grofvuil
|
Particulieren (euro) |
KMO (euro) |
Voorijkost op afroep |
10,00 |
10,00 |
Verwerking per begonnen 0,5 m³ |
7,50 |
7,50 |
of
Particulieren (euro) |
KMO (euro) |
|
1-persoonsmatras |
7,50 |
7,50 |
1-persoonsbed |
7,50 |
7,50 |
2-persoonsmatras |
15 |
15 |
2-persoonsbed |
15 |
15 |
Zetel: 1-zit |
7,50 |
7,50 |
Zetel: 2-zit |
15 |
15 |
Zetel: 3-zit |
22,50 |
22,50 |
Stoel (2 stuks) |
7,50 |
7,50 |
(Tuin-)tafel |
7,50 |
7,50 |
e) Papier en karton
|
Particulieren (euro) |
KMO (euro) |
40 L-container |
0,84 |
|
240 L-container |
0,84 |
2,47 |
1100 L-container |
4,58 |
7,07 |
§ 2. Inzameling via sorteerstraat op gewicht
De contantbelasting in functie van het gewicht van de ter inzameling en verwerking aangeboden afvalstoffen in een sorteerstraat wordt hieronder weergegeven. De gewichtsmeting is tot op 0,5kg nauwkeurig.
Particulier (euro) |
KMO (euro) |
|
Huisvuil (kg) |
0,28 |
0,28 |
GFT (kg) |
0,18 |
0,18 |
Beheerskost (maand) |
3,53 |
7,06 |
§ 3. Inzameling via DifTar recyclagepark op gewicht
De contantbelasting in functie van het gewicht (per kg) van de ter inzameling en verwerking aangeboden afvalstoffen op het recyclagepark wordt hieronder weergegeven.
Particulier (euro) |
KMO (euro) |
|
|
Grofvuil |
0,28 |
0,28 |
|
Gras en blad |
0,18 (gratis van 1 oktober tot en met 31 december) |
0,18 (gratis van 1 oktober tot en met 31 december) |
|
Harde plastics |
0,08 |
0,12 |
|
Sloophout |
0,08 |
0,12 |
|
Boomstronken |
0,04 |
0,08 |
|
Snoeihout |
0,04 (eerste 300kg is gratis) |
0,08 |
|
Steenafval |
0,04 |
0,08 |
|
Cellenbeton |
0,04 |
0,08 |
|
Gips |
0,04 |
0,08 |
|
Keramiek |
0,04 |
0,08 |
|
Asbest |
0,00 |
0,00 |
|
Autobanden |
0,00 |
0,00 |
|
Landbouwfolies |
0,18 euro/kg ten laste van elke land- en tuinbouwer die landbouwfolies op het recyclagepark brengt Uitgezonderd gratis aanlevering in de volgende periodes: 15.03-15.04/15.06-15.07/15.09-15.10 |
||
Tarief grote hoeveelheden |
Vanaf een totale aanvoer op jaarbasis boven de 2.000 kg worden de KMO-tarieven van toepassing op de betrokken particulier. |
Het minimaal aangerekende gewicht bedraagt 5 kg.
Art. 4:
Indien het afval wordt aangeboden door een gezin dan is de belasting hoofdelijk verschuldigd door de referentiepersoon van het gezin en alle meerderjarige leden van het gezin die in de woongelegenheid van de referentiepersoon verblijven.
Indien het afval wordt aangeboden door een onderneming of vereniging dan is de belasting hoofdelijk verschuldigd door de referentiepersoon en de onderneming, zijnde iedere natuurlijke – of rechtspersoon die de onderneming uitmaakt of de leden van de vereniging, indien deze geen rechtspersoonlijkheid heeft.
Art.5:
§ 1. De personen die gebruik maken van de door de gemeente voorgeschreven containers zijn de contantbelasting betreffende de inzameling en verwerking verschuldigd op het ogenblik dat de kiepbeweging van de container en het gewicht van het meegegeven afval door de ophaalwagen wordt geregistreerd. De contantbelasting betreffende het gebruik van de container is maandelijks verschuldigd.
§ 2. De gebruiker van de sorteerstraat is de contantbelasting betreffende de inzameling en verwerking van afvalstoffen verschuldigd op het ogenblik dat de gebruiker afvalstoffen aanbiedt aan de ondergrondse afvalcontainer en de elektronische toegangskaart van de gebruiker deze beweging registreert. De contantbelasting betreffende het gebruik van de sorteerstraat is maandelijks verschuldigd.
§ 3. Iedere gebruiker van een container/sorteerstraat dient vooraf een bedrag te storten op de DifTar-rekening en dit in functie van de gebruikte containers:
Aantal en type containers |
Voorschot (euro) |
1 of meerdere 40 L-. of 120 L-containers of een particuliere gebruiker van een sorteerstraat en een 240L papier en karton-container |
50,00 |
per container van 240 L of een niet-particuliere gebruiker van een sorteerstraat |
100,00 |
per container van 1.100 L of per set van 3 360 L containers |
500,00 |
§ 4. Bij elke registratie van een kiepbeweging en het gewicht van het meegegeven afval of in geval van sorteerstraat bij een gewichtsmeting, zal de contantbelasting zoals bepaald in artikel 3, in mindering worden gebracht van het vooraf betaald bedrag. De contantbelasting zal worden afgerond tot op 2 cijfers na de decimaal.
Art. 6:
§ 1.Iedere referentiepersoon die geregistreerd staat in Aorta beschikt over een DifTar-rekening waarmee voor bepaalde dienstverleningen van EcoWerf betaald kan worden.
Zodra het beschikbare bedrag lager is dan 10,00 euro wordt een betalingsuitnodiging gestuurd naar de referentiepersoon. Het aanzuiveren van de DifTar-rekening is mogelijk door betaling via overschrijving of door betaling met Bancontact in het recyclagepark.
De containers zullen niet meer geledigd worden of de sorteerstraat zal niet meer toegankelijk zijn van zodra de vervaldatum van de herinnering is verlopen en het beschikbare bedrag lager is dan 0 euro.
Indien de niet geledigde container niet tijdig wordt binnengehaald, kan die door of in opdracht van de gemeente worden geledigd aan het tarief vastgelegd in het gemeentelijk belastingreglement betreffende ambtshalve opruimen van sluikstorten.
Bij afmelding (verhuis, overlijden, …) wordt de DifTar-rekening gesloten en wordt het nog beschikbare bedrag teruggestort op rekeningnummer van de begunstigde, tenzij de begunstigde nog een openstaande schuld heeft aan de gemeente. Een eindafrekening wordt afgeleverd aan de begunstigde.
§ 2. De personen die gebruik maken van de voorgeschreven pmd-zakken zijn de contantbelasting verschuldigd bij de aankoop ervan op de door de gemeente vastgestelde plaats(en).
§ 3. Bij een DifTar gewichtspark is de contantbelasting verschuldigd door de bezoeker (particulier en KMO) die de afvalstoffen aanbiedt en is betaalbaar, na gewichtsbepaling, via de DifTar-rekening of met de betaalkaart (Bancontact).
Indien het saldo van de DifTar-rekening ontoereikend is en de vervaldatum van de herinnering nog niet verlopen is, zal de bezoeker van het recyclagepark hierop attent gemaakt worden en nog slechts één maal de mogelijkheid hebben om het tarief voor betalende fracties via de DifTar-rekening te betalen. In dit geval zal ook steeds gevraagd worden om de DifTar-rekening aan te zuiveren met een minimaal bedrag dat gelijk is aan de schuld.
Indien het saldo van de DifTar-rekening ontoereikend is en de vervaldatum van de herinnering is verlopen, zal bij de ingang gevraagd worden om de DifTar-rekening aan te zuiveren met een minimaal bedrag dat gelijk is aan de schuld. Indien het saldo niet wordt aangezuiverd zal hij/zij geen toegang krijgen tot het betalend gedeelte en zal de uitgang geweigerd worden met de vraag om het openstaande saldo aan te zuiveren. Men zal ook geen gebruik meer kunnen maken van de inzameling op afroep tot het saldo werd aangezuiverd.
§ 4. Voor de vervanging van een verloren, beschadigde en/of gestolen toegangskaart of een extra toegangskaart wordt een contantbelasting gevraagd van 5,00 euro. Dit bedrag zal aangerekend worden via de DifTar-rekening.
Niet-inwoners of toekomstige inwoners van de gemeente kunnen, voor het aanbrengen van afval afkomstig vanuit de gemeente, een kaart voor het recyclagepark aanvragen bij het gemeentebestuur. De kaarten worden uitgeleend voor een periode van maximum 6 maanden, tegen een waarborg van 100,00 euro.
Art. 7:
Bij ontstentenis van betaling wordt de contantbelasting conform artikel 4, § 7 van het decreet van 30 mei 2008 betreffende de vestiging, de invordering en de geschillenprocedure van provincie- en gemeentebelastingen omgezet in een kohierbelasting.
Door de opname in een kohier verkrijgt de belasting vanaf dan alle kenmerken van een kohierbelasting, met inbegrip van een betalingstermijn van twee maanden en een bezwaartermijn van drie maanden vanaf de derde werkdag volgend op de datum van verzending van het aanslagbiljet.
De belasting is persoonsgebonden waardoor de gemeente de mogelijkheid heeft om gebruik te maken van het positief saldo op een ander particulier ASP betreffende dezelfde persoon/referentiepersoon om het negatief saldo aan te zuiveren, alvorens over te gaan tot inkohiering.
Art. 8:
De belastingschuldige of zijn vertegenwoordiger kan een bezwaar op afgiftebewijs indienen tegen deze contantbelasting bij het College van Burgemeester en Schepenen.
Het bezwaar moet schriftelijk worden ingediend, ondertekend en gemotiveerd zijn en op straffe van verval worden ingediend binnen een termijn van drie maanden te rekenen vanaf de datum van de contante inning/aanrekening op de DifTar-rekening.
Van het bezwaarschrift wordt een ontvangstmelding gestuurd, binnen vijftien kalenderdagen na indiening ervan.
Het bezwaar wordt behandeld volgens de bepalingen van artikel 9, § 4 en 5 van het decreet van 30 mei 2008 betreffende de vestiging, de invordering en de geschillenprocedure van provincie- en gemeentebelastingen. De kennisgeving van de beslissing zal de instantie vermelden waarbij, en de termijn waarbinnen, er tegen de beslissing beroep kan aangetekend worden conform artikel 10 van het decreet van 30 mei 2008 betreffende de vestiging, de invordering en de geschillenprocedure van provincie- en gemeentebelastingen.
Een afschrift van de beslissing zal meegedeeld worden aan EcoWerf.
Art. 9:
Deze belasting zal definitief zijn indien geen tijdige dan wel ontvankelijke bezwaren ingediend werden.
Art.3:
Onderhavige beslissing bekend te maken volgens de bepalingen van het DLB, het BVR betreffende de bekendmaking d.d. 20/04/2018 en omzendbrief KB/ABB 2018/4 - bestuurlijk toezicht en bekendmakingsplicht.
Gelet op het decreet over het lokaal bestuur van 22.12.2017, art 263 betreffende de opvolgingsrapportering;
Gelet op het besluit van de Vlaamse Regering van 30.03.2018 over de beleids-en beheerscyclus, art. 29;
Gelet op het Ministerieel besluit van 26.06.2018 tot vaststelling van de modellen en de nadere voorschriften van de beleidsrapporten, de rekeningen-stelsels en de digitale rapportering van over de beleids-en beheerscyclus, art. 5;
Gelet op de voorgelegde opvolgingsrapportering 1e semester 2021;
Overwegende dat het past tot de kennisname van de opvolgingsrapportering over te gaan;
BESLUIT:
Artikel 1:
De gemeenteraad neemt kennis van de opvolgingsrapportering 1e semester 2021.
Art. 2:
Deze beslissing in te schrijven op de lijst die wordt bekendgemaakt overeenkomstig artikel 285, §1 van het decreet van 22.12.2017 over het lokaal bestuur.
Gelet op het eredienstendecreet van 07/05/2004, gewijzigd bij decreet van 06/07/2012;
Gelet op het besluit van de Vlaamse Regering van 13/10/2006 houdende het algemeen reglement op de boekhouding van de besturen van de erkende erediensten en van de centrale besturen van de erkende erediensten, gewijzigd bij besluit van de Vlaamse Regering van 05/09/2008 en van 14/12/2012;
Gelet op het Besluit van de Vlaamse Minister van 27/11/2006, gewijzigd bij MB van 05/09/2008;
Gelet op de omzendbrief BB/2013/01 van 01/03/2013 over de boekhouding van de besturen van de eredienst;
Gelet op het Decreet Lokaal Bestuur van 22/12/2017;
Gelet op de jaarrekening boekjaar 2020 (financieel gedeelte en toelichting) van het kerkbestuur Sint-Bartolomeus Halle-Booienhoven ingediend door het centraal kerkbestuur op 30/08/2021;
Gelet op het besluit van de kerkraad van 13/01/2021, waarbij voornoemde jaarrekening werd vastgesteld met volgend resultaat:
- exploitatieoverschot van €6.728,25 en een investeringsoverschot/tekort van €0,00.
- de gemeentelijke exploitatietoelage voor 2020 bedraagt €2.535,29. Er werd geen gemeentelijke investeringstoelage uitbetaald in 2020;
Overwegende dat de kastoestand overeenstemt met de jaarrekening en dat alle verplichte documenten als toelichting bij de jaarrekening zijn gevoegd;
Op voorstel van het college van burgemeester en schepenen;
BESLUIT:
Artikel 1:
De jaarrekening boekjaar 2020 van het kerkbestuur Sint-Bartholomeus Halle-Booienhoven wordt gunstig geadviseerd.
Art. 2:
Afschrift van deze beslissing te zenden aan de gouverneur van de provincie Vlaams-Brabant, aan het centraal kerkbestuur Zoutleeuw en aan het betrokken kerkbestuur.
Gelet op het decreet lokaal bestuur;
Gelet op het ontwerp van de overeenkomst;
Overwegende dat de Stad Tienen, Landen, Zoutleeuw en de gemeenten Geetbets, Kortenaken, Linter en Hoegaarden via een overeenkomst met statutaire draagkracht een Interlokale Vereniging oprichten: ILV ZO-Hageland;
Overwegende dat de ILV geen rechtspersoonlijkheid heeft en er geen beheersoverdracht voorzien is;
Overwegende dat de deelnemende gemeenten overgaan tot oprichting van een beheerscomité ILV, vertegenwoordigd door 1 lid van het schepencollege per deelnemende gemeente;
Overwegende dat de Stad Tienen als beherende gemeente zal optreden en de zetel van de ILV gevestigd is te Grote Markt, 3300 Tienen;
Overwegende dat de doelstelling van ILV als volgt is: een gezamenlijke regierol om de uitbouw van de lokale sociale economie en het maatschappelijk verantwoord ondernemen stimuleren op het grondgebied van de deelnemende gemeenten;
Overwegende dat de deelnemende gemeenten zich engageren om gezamenlijk minimaal één jaarlijkse actie te organiseren die de netwerking op het grondgebied bevordert;
Overwegende dat de overeenkomst gesloten wordt voor een bepaalde duur, die ingaat op de eerste van de maand na goedkeuring door alle deelnemende gemeenten lopende tot en met 31 december 2025;
BESLUIT:
Artikel 1:
De gemeenteraad keurt de overeenkomst met statutaire draagkracht tot oprichting van ILV ZO-Hageland 2021-2025 goed.
Art. 2:
Onderhavige beslissing bekend te maken krachtens het decreet lokaal bestuur.
Gelet op het decreet lokaal bestuur;
Gelet op het ontwerp van de samenwerkingsovereenkomst;
Overwegende dat de samenwerkingsovereenkomst wordt afgesloten tussen Stad Tienen, Gemeente Geetbets, Stad Landen, Stad Zoutleeuw, Gemeente Kortenaken, Gemeente Linter, Gemeente Hoegaarden en VDAB;
Overwegende dat met deze overeenkomst VDAB en de ILV zich engageren om samen te werken naar de gemeenschappelijke doelen, visie en missie rond tewerkstelling en opleiding. De ILV en VDAB opteren om intensief samen te werken vanuit hun eigen deskundigheid, publieke opdracht en regierol. Ze opteren voor een duidelijke taakverdeling waarbij initiatieven en trajecten in functie van tewerkstelling maximaal op elkaar worden afgestemd;
Overwegende dat het doel is om projecten, financiering, knowhow en infrastructuur in synergie samen te brengen en in te zetten om het lokale arbeidsmarktbeleid performanter te maken;
Overwegende dat door de krachten te verenigen een meerwaarde geleverd wordt voor de ILV, dit door in te zetten op realistische projecten en resultaatgerichte acties;
Overwegen dat het streefdoel is om dankzij gezamenlijke acties een stijging te zien in de werkzaamheidsgraad van 76%* naar 79%*, dit voor de hele ILV;
Overwegende dat de acties worden uitgewerkt aan de hand van diverse thema’s:
Overwegende dat de stuurgroep verantwoordelijk is voor de opvolging van de samenwerkingsovereenkomst en voor de realisatie van het actieplan. Er worden afspraken gemaakt wat betreft de inbreng en verantwoordelijkheid van elke partner. De stuurgroep komt hiervoor minstens 1 keer per jaar samen. Operationeel overleg gebeurt minimaal 4 keer per jaar;
Overwegende dat de samenwerkingsovereenkomst ingaat op 1/09/2021 en loopt t.e.m. 31/12/2021;
BESLUIT:
Artikel 1:
De gemeenteraad beslist tot goedkeuring van de overeenkomst ILV Stad Tienen, Gemeente Geetbets, Stad Landen, Stad Zoutleeuw, Gemeente Kortenaken, Gemeente Linter, Gemeente Hoegaarden en de VDAB inzake de samenwerking voor een inclusief lokaal arbeidsmarkt-, werkgelegenheids- en welzijnsbeleid en dit voor de periode 2021 – 2025.
Art. 2:
Van deze beslissing wordt kennis gegeven aan de VDAB en aan de andere partners van de ILV.
Gelet op het Decreet van 22 december 2017 over het lokaal bestuur, inzonderheid Deel III, Titel III betreffende de Intergemeentelijke samenwerking;
Gelet op het lidmaatschap van de stad Zoutleeuw bij de opdrachthoudende vereniging PBE;
Gelet op de statuten van PBE waarbij in het voorwerp expliciet vermeld wordt dat ze bevoegd is voor “het ter beschikking stellen aan de deelnemende gemeenten, die daartoe een uitdrukkelijke beslissing hebben genomen, in het kader van een geografisch informatiesysteem (GIS), van basis- en themakaarten, waarvan de gegevens inzake topografie, cartografie en geografie betrekking hebben op wat zich boven, op en onder het openbaar en/of privé-domein bevindt, met inbegrip van koppelingen met andere databronnen”;
Gelet op het feit dat PBE doet voor de uitvoering van haar activiteiten en de daarmee verband houdende openbaredienstverplichtingen een beroep op de werkmaatschappij Fluvius System Operator cv met zetel te Brusselsesteenweg 199, 9090 Melle;
Gelet op het aanbod dat PBE heeft gecreëerd voor haar deelnemers, m.n. Fluvius GIS, bestaande uit het aanbieden van een geografisch informatiesysteem (GIS). Het Fluvius GIS aanbod heeft o.a. betrekking op de uitbouw en het beheer van een geografisch informatiesysteem waarbij PBE zal instaan voor de investering en het onderhoud van verschillende themakaarten; het aanbieden van de functionele toepassing met aanbod van de wettelijk verplichte modules en eventuele bijkomende modules op vraag van de gemeente: operationele ondersteuning en het voorzien in een opleiding voor het gebruik van de toepassing;
Gelet op het artikel 11 van het reglement Fluvius GIS, zoals goedgekeurd door de Raad van Bestuur van PBE op 21 juni 2019, waarin voorzien wordt dat de Fluvius GIS-dienstverlening een einde zal nemen in geval van herroeping van de beheersoverdracht door de deelnemer mits de statuten van de netbeheerder in deze mogelijkheid voorzien;
Overwegende dat ingevolge de statutenwijzigingen d.d. 4 december 2020 de herroepbaarheid van de beheersoverdracht voor de activiteit Fluvius GIS opgenomen werd in artikel 11 2de alinea punt e van de statuten van PBE;
Overwegende dat ingevolge het intern kerntakendebat op het niveau van Fluvius, zoals goedgekeurd door de Raad van Bestuur van PBE, werd beslist om de activiteit Fluvius GIS niet langer als kerntaak te weerhouden. Tevens werd beslist om de continuïteit van de activiteit Fluvius GIS te bestendigen en te blijven ondersteunen tot een volwaardig alternatief tegen gelijkwaardige voorwaarden qua dienstverlening, service en prijs met een lange termijn garantie voor de toekomst kan worden gevonden;
Overwegende dat de stad Zoutleeuw van oordeel is dat de GIS-activiteit een volwaardige activiteit betreft en wenst de GIS-activiteit tot een volwaardige activiteit te blijven uitbouwen en desgevallend uit te breiden volgens de noden en tendensen in het GIS-landschap die noodzakelijk zijn voor een goede en efficiënte werking van het geografisch informatiesysteem en dit binnen het daarvoor bepaalde financiële kader. De stad is overtuigd dat hiervoor alternatieven op de markt voorhanden zijn;
Gelet op bovenstaande visie van Fluvius op de afbouw van de niet-kerntaken en gelet op bovenvermelde visie van de stad over de invulling van de GIS activiteit, wordt voorgesteld om haar beheersoverdracht voor de activiteit Fluvius GIS te herroepen;
Overwegende dat de stad Zoutleeuw de Raad van Bestuur van PBE verzoekt om deze intrekking van de beheersoverdracht voor de activiteit Fluvius GIS uiterlijk met ingang van 1 juni 2022 ter aanvaarding te agenderen op de ek. Algemene Vergadering;
BESLUIT:
Artikel 1:
Goedkeuring te hechten aan de intrekking van de beheersoverdracht voor de Fluvius GIS activiteit en bijgevolg aan de herroeping van de aansluiting uiterlijk met ingang van 1 juni 2022 van de stad Zoutleeuw bij de opdrachthoudende vereniging PBE voor de activiteit Fluvius GIS en dit overeenkomstig de hierboven vermelde modaliteiten.
Art. 2:
De opdrachthoudende vereniging PBE te verzoeken de in artikel 1 genomen beslissing ter aanvaarding voor te leggen aan de eerstvolgende Algemene Vergadering.
Art. 3:
Het college van burgemeester en schepenen te belasten met de uitvoering van voormelde beslissingen alsook kennisgeving hiervan te verrichten aan de opdrachthoudende vereniging PBE,ter attentie van het secretariaat, op het e-mailadres vennootschapssecretariaat@fluvius.be.
Gelet op het decreet van 22 december 2017 over het lokaal bestuur, artikelen 40, §3 en art. 41, tweede lid, 2°; (enkel voor het Vlaams Gewest)
Gelet op het decreet basisonderwijs van 25 februari 1997: de artikelen 3, 25°, 6, 14, 14/0, 20, 27 , 27bis, §1, 3° en §4, 37, §2, 12°, 37, §3,17°, 29 , 37bis, 62, §2, 26ter, 47bis, 195;
Overwegende dat een schoolbestuur voor elk van zijn basisscholen een schoolreglement opstellen dat de betrekkingen tussen het schoolbestuur en de ouders en de leerlingen regelt;
Overwegende dat meer specifieke afspraken door het college van burgemeester en schepenen, na overleg in de schoolraad, opgenomen worden in de infobrochure;
Overwegende dat het schoolreglement gewoon basisonderwijs en de infobrochure bij elke inschrijving van een leerling en nadien bij elke wijziging, ter beschikking worden gesteld (op papier of via een elektronische drager) aan de ouders, die ondertekenen voor akkoord;
Overwegende dat het huidige schoolreglement gewoon basisonderwijs (inclusief de infobrochure) dat goedgekeurd werd op 24/09/2020 aan actualisatie toe is wegens gewijzigde regelgeving en de noodzaak om sommige artikelen te verduidelijken en/of te verfijnen (gewijzigde contactgegevens e.d.m.);
Overwegende dat een wijziging van het schoolreglement ten vroegste uitwerking kan hebben in het daaropvolgende schooljaar, tenzij die wijziging het rechtstreekse gevolg is van nieuwe regelgeving,
Overwegende dat het model schoolreglement van de Onderwijsvereniging van de Steden en Gemeenten als basis voor het schoolreglement gewoon basisonderwijs dient;
BESLUIT:
Artikel 1 :
Het bestaande schoolreglement gewoon basisonderwijs, vastgesteld door de gemeenteraad 24/09/2020, wordt opgeheven.
Art.2 :
Het voorgelegde schoolreglement wordt vastgesteld.
Art.3 :
De meer specifieke regels en afspraken worden door het college van burgemeester en schepenen opgenomen in de infobrochure.
Gelet op het Decreet Lokaal Bestuur van 22 december 2017 en latere wijzigingen;
Gelet op het SMJP 2020-2025: Actieplan 64 ‘burgers aanzetten om te sporten’;
Overwegende dat er geen zwembad is op grondgebied van Zoutleeuw;
Overwegende dat de stad hun inwoners wenst aan te zetten tot duurzaam sporten;
Overwegende dat het gaat om regelmatig zwemmen waaronder abonnementen, 10- beurtenkaarten en zwemlessen en niet om individuele zwembeurten;
Overwegende een financiële tussenkomst van 30% in de abonnementstarieven en zwemlessen in particulier verband te verlenen, dit met een maximale tussenkomst van € 60 per jaar per inwoner voor de omliggende zwembaden Sint-Truiden, Landen-Hannuit en Tienen;
Overwegende dat de inwoner via een aanvraagformulier en op vertoon van betalingsbewijs deze tussenkomst kan aanvragen;
Gelet op het voorgestelde 'Reglement stimulering zwemmen bij Zoutleeuwse inwoners';
BESLUIT:
Artikel 1
De gemeenteraadsbeslissing dd. 23/12/2014 "Reglement ter bevordering van het zwemmen van de inwoners van Zoutleeuw" wordt opgeheven.
Art. 2:
Het "Reglement stimulering zwemmen bij Zoutleeuwse inwoners" goed te keuren als volgt
Reglement stimulering zwemmen bij Zoutleeuwse inwoners:
Art. 1: Algemene bepalingen
§1. Stad Zoutleeuw voorziet een financiële tussenkomst van 30% in de abonnementstarieven, 10-beurtenkaarten en zwemlessen in particulier verband, dit met een maximale tussenkomst van € 60 per jaar per gebruiker.
§2. Indien men meerdere abonnementen/ 10-beurtenkaarten/zwemlessen aankoopt in één of meerdere zwembaden beschreven in art.2 §2, zal de gebruiker maximaal €60 in totaal kunnen vragen aan Stad Zoutleeuw.
Art. 2: Rechthebbenden
§1. Om te kunnen genieten van deze financiële tussenkomst moet de betrokkene inwoner zijn van Zoutleeuw en een aanvraag indienen volgens art. 3.
De betrokkene is ingeschreven in het bevolkings-, vreemdelingen- of wachtregister van stad Zoutleeuw op de moment van aankoop van het abonnement, 10-beurtenkaart of zwemlesreeks.
§2. Om te kunnen genieten van deze financiële tussenkomst moet het zwemabonnement, 10-beurtenkaart of lessenreeks aangekocht zijn voor de publieke zwembaden in Sint-Truiden, Tienen of Landen/Hannuit.
§3. De tussenkomst is van toepassing op abonnementen, combi-abonnementen, 10-beurtenkaarten en zwemlessen in particulier- en/of clubverband.
§4. De tussenkomst is niet van toepassing op individuele zwembeurten.
Art. 3 Indienen van de aanvraag
§1. Een terugbetaling gebeurt na ontvangst van het aanvraagformulier, samen met een betaalbewijs van het zwemabonnement, 10-beurtenkaart of lessenreeks. Deze documenten vermelden:
- de gegevens van de gebruiker (naam-voornaam-adres-tel-rijksregisternummer)
- de aankoopdatum
- het rekeningnummer waarop de tussenkomst kan gestort worden.
§2. De aanvraag dient, binnen het jaar na aankoop van het abonnement, 10-beurtenkaart of lessenreeks bij voorkeur online ingediend te worden via www.zoutleeuw.be. Men kan het aanvraagformulier ook aanvragen op dienst Vrije Tijd of via mail depassant@zoutleeuw.be.
§3. De stad behoudt zich het recht de legitimiteit van de aanvraag na te gaan.
Artikel 4: Stimuleren zwemmen
De gemeentelijke tussenkomst is van toepassing op de zwemabonnementen van de publieke zwembaden te Sint-Truiden, Tienen en Landen/Hannuit en bedraagt 30% van de kostprijs van de zwemabonnementen/ combi-abonnementen/ 10-beurtenkaarten.
Artikel 5: In werkingtreding reglement
§1. Dit reglement treedt in werking op 1 oktober 2021.
§2. Inwoners die een abonnement, 10-beurtenkaart of lesreeks hebben aangekocht tussen 01/01/2021 en 01/10/2021 kunnen met terugwerkende kracht beroep doen op deze tegemoetkoming.
Gelet op BVR van 16/10/2020 en 13/11/2020 betreffende de subsidie voor lokale besturen om de contact- en bronopsporing ter bestrijding van de COVID-19 pandemie te versterken;
Gelet op BVR van 23/04/2021 betreffende de verlenging van de subsidie voor lokale besturen om de contact- en bronopsporing ter bestrijding van de COVID-19 pandemie te versterken;
Gelet op het BVR van 7/05/2021 tot wijziging van het BVR 23/04/2021 tot toekenning van een subsidie aan de lokale besturen om de bronopsporing en het contactonderzoek bestrijding van de COVID-19-pandemie te versterken;
Gelet op het BVR van 16/07/2021 tot toekenning van een subsidie aan de lokale besturen om de bronopsporing ter bestrijding van de COVID-19-pandemie te versterken (hierna: BVR van 16 juli 2021);
Gelet op artikel 191 van het Verdrag betreffende de Werking van de Europese Unie verankert het voorzorgsbeginsel in het kader van het beheer van internationale gezondheidscrisissen en van de actieve voorbereiding van zulke potentiële crisissen. Dit beginsel houdt in dat, wanneer een ernstig risico hoogstwaarschijnlijk werkelijkheid zal worden, het aan de overheid is om dringende en voorlopige maatregelen te nemen;
Gelet op de oproep van de Vlaamse Regering van 16 oktober 2020, verankerd in het besluit van de Vlaamse Regering van 13 november 2020 tot toekenning van een subsidie aan de lokale besturen om de contact- en bronopsporing ter bestrijding van de COVID-19-pandemie te versterken, aan alle Vlaamse gemeenten om aanvullend en ondersteunend aan de reeds bestaande initiatieven bijkomende engagementen op te nemen in deze strijd;
Gelet op de stijgende besmettingsgraad in Vlaanderen;
Gelet op de beslissing van het Schepencollege te Zoutleeuw van 12/11/2020 betreffende de samenwerkingsovereenkomst tussen ELZOH, de Huisartsenkring Zuid-Oost Hageland en de lokale besturen van Boutersem, Glabbeek, Geetbets, Kortenaken, Landen, Linter, Hoegaarden, Tienen en Zoutleeuw;
Gelet op de beslissing van het Schepencollege te Zoutleeuw van 10/12/2020 betreffende het verzoek tot erkenning samenwerkingsverband ELZOH en keuze voor OPTIE 1
(inzet in sensibilisering, preventie, bronopsporing, quarantainecoaching en zorg voor kwetsbare personen of groepen' vanaf 1/11/2020 voor een periode van 5 maanden);
Gelet op de beslissing van de gemeenteraad van 4/02/2021 betreffende de goedkeuring van de samenwerkingsovereenkomst OPTIE 1 met bijlagen inzake de subsidie contact- en bronopsporing;
Gelet op de beslissing van het schepencollege d.d. 6/05/2021 betreffende de goedkeuring van het oorspronkelijke addendum voor de verlenging van de subsidie, gebaseerd op het BVR 23/04/2021;
Gelet op de beslissing van de gemeenteraad d.d. 27/05/2021betreffende de goedkeuring van het voor de verlenging van de subsidie t.e.m. 31/08/2021;
Gelet op het addendum van de samenwerkingsovereenkomst (2e verlenging t.e.m. 15/10/2021), waarbij de parameters gewijzigd werden conform het BVR 7/05/2021;
Overwegende dat sedert de opstart optie 1 (bronopsporing, en quarantainecoaching) een belangrijk beheersinstrument is om (1) contacten van besmette personen snel te identificeren en in quarantaine te plaatsen, (2) (uitbraak)clusters te detecteren en isoleren en (3) burgers blijvend aan te moedigen en te sensibiliseren om de basismaatregelen vol te houden om zo de transmissie van het COVID-19 virus te doorbreken en deze pandemie in te dijken;
Overwegende dat bij bronopsporing gezocht wordt van wie de besmette persoon zelf de besmetting heeft opgelopen. Bronopsporing heeft als voordeel dat heel gericht kan gezocht worden waar de besmettingen vandaan komen en de lokale besturen als beleidsmakers heel gericht maatregelen (preventie, sensibilisering, handhaving) kunnen nemen;
Overwegende dat lokale besturen als enige niveau concrete acties ondernemen om de bronopsporing te versterken. Ze leggen verbanden door analyse van de beschikbare gegevens, inclusief de gegevens verkregen uit de samenwerkingsovereenkomst met de zorgraad, waardoor ogenschijnlijk willekeurige besmettingen tot één en dezelfde bron kunnen worden teruggebracht om op die manier verdere verspreiding van COVID-19 te beperken door het aanpassen van het lokale beleid inzake infectiebestrijding. Wanneer zij hotspots detecteren, nemen zij eveneens maatregelen om deze te isoleren en zo mogelijk in te perken;
Overwegende dat de vaccinatiecampagne in Vlaanderen intussen met rasse schreden vordert. Niettemin zal bronopsporing de komende maanden nodig blijven. Dit blijft een tweede belangrijke beschermingslinie tegen de verspreiding van het virus;
Overwegend dat iit 2020 blijkt dat de combinatie van versoepelingen van de maatregelen die de verspreiding van het coronavirus moesten indijken in de lente- en zomermaanden, de terugkeer van vakantiegangers en het slechter wordende weer naar het einde van de zomer toe mogelijk aanleiding gaven tot de tweede en meest dodelijke golf van de corona-pandemie in België. Het begin van de tweede golf werd door Sciensano vastgesteld op maandag 31 augustus 2020;
Overwegende dat de vaccinatiecampagne weliswaar op volle toeren draait, maar dat het vermoedelijk nog tot het najaar 2021 zal duren vooraleer de vaccinatiegraad voldoende hoog is om groepsimmuniteit te bekomen:
Overwegende het verslag van 18 juni 2021 (2020C80750.002) van het Hoog Overlegcomité: “Het virus zal de volgende maanden blijven circuleren. Bovendien is het risico op nieuwe varianten reëel, die mogelijks een hogere besmettelijkheid en ziektegraad veroorzaken. In dat verband heeft het Comité kennis genomen van de huidige situatie met betrekking tot de delta-variant. Alleen een zo breed mogelijke vaccinatiecampagne biedt hier een afdoend antwoord op. Verder is het belangrijk dat de verschillende onder(delen van een deugdelijk risicobeheer, met name preventie, testing, isolatie en quarantaine, contactopvolging, outbreak management, ventilatie, enz. op een adequaat en doeltreffend niveau worden gehandhaafd.”.
Overwegende dat uit de evaluatie van de periode 1 november 2020 tot en met 31 maart 2021 de meerwaarde van de lokale besturen blijkt. Door hun direct contact met de burger en diepgaande kennis van de lokale situatie kunnen de lokale besturen de bronopsporing en quarantainecoaching heel doeltreffend aanpakken. Hierbij gebruiken ze verschillende acties en methodieken om nieuwe uitbraken en nieuwe besmettingen snel te lokaliseren en te bekampen. In aanvulling van de centrale contacttracing op het Vlaamse niveau konden de lokale besturen fysieke hulp bieden of zelfs beschermingsmateriaal ter beschikking stellen;
Overwegende dat de Vlaamse Regering met het besluit van de Vlaamse regering van 16 juli 2021 tot toekenning van een subsidie aan de lokale besturen om de bronopsporing ter bestrijding van de COVID-19-pandemie te versterken (hierna BVR 16 juli 2021) de contouren voor de complementaire werking en inzet in preventie, sensibilisering, lokale bronopsporing, quarantainecoaching en aandacht voor kwetsbare personendoor lokale besturen na 31 augustus 2021 uitgewerkt, met een bijhorende subsidie voor optie 1;
Overwegende dat lokale besturen in al deze opdrachten ondersteunend en/of aanvullend werken op de werking van de COVID-19-teams binnen de zorgraden alsook op de werking van de centrale contactcenters;
Overwegende dat de gemeenten die op optie 1 (sensibilisering / communicatie, preventie, bronopsporing en quarantainecoaching) inzetten een forfaitaire subsidie krijgen van 0,125 euro per inwoner per maand voor een periode van 1 september 2021 tot en met 15 oktober 2021;
Overwegende dat de gemeente na overleg met alle betrokken diensten, complementair wil inzetten op optie 1;
Overwegende dat hiertoe een addendum op de samenwerkingsovereenkomst is opgesteld voor het verlengen van de overeenkomst van 1/09/2021 t.e.m. 15/10/2021;
Overwegende dat het opnemen van deze engagementen met inachtneming van de bescherming van de privacy van de burgers geschiedt, zoals onder meer gewaarborgd door de algemene verordening gegevensbescherming (AVG);
Overwegende dat de gemeente voor de nodige capaciteit en middelen zorgt om dit engagement kwaliteitsvol op te nemen.
Overwegende dat de engagementen die de gemeente opneemt geen afbreuk doen aan de engagementen die de gemeente in de bestrijding van de coronapandemie reeds opgenomen worden binnen de werking van de ELZ. Integendeel, ze zijn bedoeld om deze werking nog te versterken;
BESLUIT:
Artikel 1:
De gemeenteraad keurt het addendum ter verlenging van de samenwerkingsovereenkomst in het kader van het besluit van de Vlaamse Regering van 13 november 2020 tot toekenning van een subsidie aan de lokale besturen om de contact- en bronopsporing ter bestrijding van de COVID-19-pandemie te versterken, het geconsolideerde besluit van de Vlaamse regering van 23 april 2021 tot toekenning van een subsidie aan de lokale besturen om de bronopsporing en het contactonderzoek ter bestrijding van de COVID-19-pandemie te versterken en in toepassing van het besluit van de Vlaamse Regering van 16 juli 2021 tot toekenning van een subsidie aan de lokale besturen om de bronopsporing ter bestrijding van de COVID-19-pandemie te versterken goed.
Art. 2:
Onderhavige beslissing bekend te maken krachtens de bepalingen van het decreet lokaal bestuur d.d. 22/12/2017.
Gelet op het decreet lokaal bestuur;
Gelet op de oproep van federaal Minister Nathalie Muylle, bevoegd voor Personen met een beperking, tot alle Belgische gemeenten om zich aan te melden om partner te worden bij de EDC, European Disability Card;
Gelet op de lancering van de European Disability Card in België officieel in oktober 2017 met als doel de toegang van personen met een handicap tot culturele, sportieve en vrije tijds activiteiten en hun inclusie in de samenleving te bevorderen;
Overwegende dat de kaart een aantal voordelen kan bieden in deze domeinen;
Gelet op de beslissing van de gemeenteraad d.d. 24/09/2021 betreffende de aansluiting bij European Disability Card;
Overwegende dat iedereen die erkend is als persoon met een handicap de kaart kan aanvragen bij FOD Sociale zekerheid of bij het VAPH;
Overwegende dat de stad zich reeds heeft aangesloten bij EDC, maar dat er tot op heden nog geen voordelen aan gekoppeld zijn;
Overwegende dat de organisatoren van cultuur-, sport- of vrijetijdsactiviteiten die de kaart accepteren zelf kiezen welke voordelen ze toekennen;
Overwegende dat de stad daarom enkel een oproep kan doen aan externe vereniging of organisatie om voordelen te koppelen aan gebruikers van de EDC;
Overwegende dat de stad voor haar eigen diensten wel enkele bepalingen en voordelen wenst vast te leggen in een reglement;
Overwegende dat deze voordelen worden voorgesteld :
- de kaarthouder krijgt gratis toegang tot occasionele activiteiten georganiseerd door de stad
- de kaarthouder heeft de mogelijkheid om vervroegde toegang te vragen tot activiteiten
- de kaarthouder kan een aanvraag doen om een extra mindervalidenparkeerplaats te voorzien tijdens een evenement georganiseerd door de stad
- de kaarthouder kan op vertoon van de kaart een gratis jaarlidmaatschap krijgen in de bibliotheek van Zoutleeuw
Overwegende dat de kaart niet geldt niet voor het permanente aanbod, zijnde, huur van sportaccommodatie, zalen en dergelijke;
Overwegende dat ook uitgebreidere lokale ondersteuning van cruciaal belang is;
Overwegende dat de stad met het oog daarop de kaart actief zal promoten door het voorzien van de nodige informatie via flyers, sociale media,...;
BESLUIT:
Artikel 1:
Het reglement als volgt goed te keuren:
1) Iedereen die erkend is als persoon met een handicap én in bezit is van de EDC kan van de voordelen gebruik maken
2) De in dit reglement vastgelegde voordelen gelden enkel voor occasionele activiteiten van de stad zelf
2.1) de kaart niet geldt niet voor het permanent aanbod, zijnde, huur van sportaccommodatie, zalen en dergelijke
2.2) de kaart geld niet voor activiteiten georganiseerd door externe partners, ook niet als deze gebruik maken van de infrastructuur van de stad
3) Voordelen voor de EDC-gebruiker bij Stad Zoutleeuw:
- De kaarthouder krijgt gratis toegang tot occasionele activiteiten georganiseerd door de stad
- De kaarthouder heeft de mogelijkheid om vervroegde toegang te vragen tot activiteiten
- De kaarthouder kan een aanvraag doen om een extra mindervalidenparkeerplaats te voorzien tijdens een evenement georganiseerd door de stad
- de kaarthouder kan op vertoon van de kaart een gratis jaarlidmaatschap krijgen in de bibliotheek van Zoutleeuw
4) de stad zal zich verder engageren in de lokale ondersteuning van de EDC.
4.1) de stad zal de kaart actief zal promoten door het voorzien van de nodige informatie via flyers, sociale media...
4.2) de stad zal andere verenigingen en organisaties van Zoutleeuw oproepen het gebruik van de kaart te erkennen en er zelf voordelen aan te koppelen (op vrijwillige basis).
Art. 2:
Het reglement treedt in werking vanaf 1/10/2021
Art. 3:
Het reglement zal na goedkeuring door de gemeenteraad bekend gemaakt worden volgens de bepalingen van het DLB.
Gelet op de goedkeuring van het Vlaams Energie- en Klimaatbeleidsplan 2021-2030 door de Vlaamse Regering op 9 december 2019, waarbij de Vlaamse overheid de lokale overheden stimuleert om de 2030-doelstelling van het Burgemeestersconvenant na te streven en verwijst naar de sleutelrol die steden en gemeenten spelen in het Vlaamse energie- en klimaatbeleid;
Gelet op de goedkeuring van het Provinciaal Klimaatactieprogramma 2020-2025 door de deputatie van de Provincie Vlaams-Brabant op 7 november 2019, waarbij dit programma voorziet in de ondersteuning van de steden en gemeenten bij het uitwerken en uitvoeren van hun lokaal klimaatbeleid;
Gelet dat de gemeenteraad op 26/05/2014 het Burgemeestersconvenant 2020 (CoM2020) ondertekende en de stad zich hiermee engageerde tot een besparing van 20% op hun CO2-uitstoot tegen 2020 (referentiejaar 2011);
Gelet dat de stad Zoutleeuw op 18 oktober 2019 in Leuven het Vlaams-Brabantse Klimaatengagement ondertekende;
Gelet op het verbintenissendocument ‘Burgemeestersconvenant voor Klimaat en Energie’ dat omschrijft waartoe de stad Zoutleeuw zich engageert door in te tekenen op het CoM2030 (zie bijlage);
Gelet op de principiële goedkeuring van het schepencollege d.d. 02/09/2021 om het Burgemeesterconvenant 2030 (Covenant of Mayors) te ondertekenen;
Overwegende dat het vorige Burgemeestersconvenant (CoM2020) ondertussen afliep en de stad Zoutleeuw zich wil voorbereiden op de periode na 2020 (CoM2030);
Overwegende dat de ondertekening van het Burgemeestersconvenant 2030 (CoM2030) geen directe financiële gevolgen heeft voor de stad Zoutleeuw, maar dat voor de uitvoering van de acties uit het op te maken klimaatactieplan (SECAP) budget zal moeten voorzien worden - evenals voor de opmaak van het klimaatactieplan
Overwegende dat de Provincie Vlaams-Brabant in het provinciaal klimaatbeleidsplan 2040 stelt dat ze samen met steden en gemeenten, bedrijven, kennisinstellingen, middenveld en burgers wil evolueren naar een klimaatneutraal en klimaatbestendig Vlaams-Brabant tegen 2040;
BESLUIT:
Artikel 1:
De gemeenteraad van Zoutleeuw beslist het Burgemeestersconvenant 2030 (Covenant of Mayors) officieel te ondertekenen en neemt kennis van bijhorende verbintenissen (zie bijlage ‘verbintenissendocument Burgemeestersconvenant’).
Art. 2:
Met de ondertekening van het Burgemeestersconvenant 2030 engageert de stad Zoutleeuw zich om:
Art. 3:
Om deze engagementen om te zetten in praktische maatregelen zal de stad Zoutleeuw de volgende stappen ondernemen:
Art. 4:
De gemeenteraad geeft de burgemeester machtiging om het toetredingsformulier (zie bijlage) tot het Burgemeestersconvenant (Covenant of Mayors) 2030 te ondertekenen.
Art. 5:
Een afschrift van dit besluit en het door de burgemeester ondertekend toetredingsformulier zal bezorgd worden aan Provincie Vlaams-Brabant, Dienst leefmilieu. De provincie bezorgt het besluit en toetredingsformulier aan de EU.
Gelet op de internationale conferentie inzake milieu en ontwikkeling gehouden in Rio de Janeiro in 1992 en het internationaal verdrag van Kyoto van 1997 met betrekking tot het nemen van maatregelen ter bescherming van het klimaat en ter vermindering van de uitstoot van broeikasgassen;
Gelet op het ondertekenen van de duurzame ontwikkelingsdoelstellingen door de federale overheid in New York in 2015 aangaande het engagement om aan de Duurzame Ontwikkelingsdoelstellingen te werken;
Gelet op het ondertekenen door de stad Zoutleeuw van de burgemeestersconvenant, aangaande de duurzame ontwikkelingsdoelstellingen;
Gelet op het Vlaams Energie- en Klimaatplan (VEKP) 2021-2030;
Gelet op het Regeerakkoord Vlaamse Regering 2019-2024, waarbij ook de Vlaamse en lokale overheden hun verantwoordelijkheid dienen te nemen en het goede voorbeeld geven. Net zoals de Vlaamse Overheid zullen gemeenten, steden, intercommunales, OCMW’s, provincies en autonome gemeentebedrijven worden gevraagd dat zij hun broeikasgassen met 40% reduceren in 2030 ten opzichte van 2015 en vanaf 2020 per jaar een energiebesparing van 2,09% realiseren op het energieverbruik van hun gebouwenpark (inclusief technische infrastructuur, exclusief onroerend erfgoed).
Gelet op art. 2 van het Decreet Lokaal Bestuur: “De gemeenten zijn overeenkomstig artikel 41 van de Grondwet bevoegd voor de aangelegenheden van gemeentelijk belang. Voor de verwezenlijking daarvan kunnen ze alle initiatieven nemen. Ze beogen om bij te dragen aan de duurzame ontwikkeling van het gemeentelijk gebied.”;
Gelet op de principiële goedkeuring van het schepencollege d.d. 02/09/2021 om het lokale energie- en klimaatpact te ondertekenen;
Overwegende dat het wenselijk is dat de stad het Lokaal Energie- en Klimaatpact ondertekent en de gewenste en mogelijke acties uitvoert - bijgevolg heeft de stad recht op financiële ondersteuning van de Vlaamse overheid d.m.v. trekkingsrecht;
BESLUIT:
Enig artikel:
De stad neemt de principiële beslissing om het Lokaal Energie- en Klimaatpact te ondertekenen.
Gelet op de Nieuwe Gemeentewet;
Gelet op het Decreet Lokaal Bestuur;
Gelet op de Politiecodex Getevallei, Hoofdstuk VI, afdeling 1, Art. 93 dat stelt dat het aanlijnen van honden op openbare plaatsen verplicht is;
Overwegende dat er door het stadsbestuur een hondenlosloopweide ter beschikking wordt gesteld van de hondenliefhebbers die hun huisdier de vrije loop willen geven;
Overwegende dat het stadsbestuur hiervoor de nodige infrastructuur (omheining, poort, infobord, vuilbakken, ...) voorziet, waar iedere gebruiker afzonderlijk zorg voor dient te dragen;
Overwegende dat een reglement voor de hondenlosloopweide noodzakelijk is om o.a. conflicten te vermijden;
Overwegende dat aan de ingang van de hondenlosloopweide het reglement op een bord zal worden opgehangen;
BESLUIT:
Artikel 1:
Het reglement "Hondenlosloopweide als volgt goed te keuren:
1. De hondenlosloopweide is bedoeld voor honden en hun begeleider. Binnen de omheining van de hondenlosloopweide mogen honden vrij rondlopen, zonder aangelijnd te worden.
2. De hondenlosloopweide is niet toegankelijk voor zonsopgang en na zonsondergang en mag niet gebruikt worden voor andere evenementen.
3. Elke hond is toegelaten tot de hondenlosloopweide, behalve:
4. Elke hond is verplicht drager van een halsband of gelijkaardig harnas, zodat de hond op elk ogenblik door zijn/haar begeleider bij zich kan worden genomen. Een muilband is niet verplicht. Elke begeleider dient zelf te oordelen of het aangewezen is zijn hond te muilbanden.
5. Hou spelende honden in het oog. Ruig spel kan snel escaleren.
6. Ouders blijven steeds verantwoordelijk voor hun kinderen. De hondenlosloopweide is geen kinderspeeltuin.
7. Elke vorm van mishandeling van een hond is ten strengste verboden, noch mag de veiligheid van mens en hond in gevaar gebracht worden.
8. Als begeleider vermijd je onnodig blaffen van je hond en probeer je hem tot bedaren te brengen. Geluidsoverlast in en rond de hondenlosloopweide is bovendien verboden tussen 22 uur ’s avonds en 9 uur ‘s morgens. Geluidsoverlast door dieren kan beboet worden volgens het algemeen politiereglement (GAS-boete).
9. De uitwerpselen dienen door de begeleider onmiddellijk te worden opgeruimd en kunnen gedeponeerd worden in de aanwezige vuilnisbak. Begeleiders zijn verplicht om altijd een opruimmiddel (zakje) bij zich te hebben. Ook ander afval, zoals verpakkingen, etensresten, enz, deponeer je in de vuilnisbak. Sluikstorten wordt beboet volgens het algemeen politiereglement (GAS-boete) en vermeerderd met de kosten van het opruimen via het retributiereglement.
10. Roken op de hondenlosloopweide is verboden. Een achtergelaten sigarettenpeuk kan bij jonge honden immers een ernstige intoxicatie veroorzaken.
11. Honden blijven aangelijnd tot in de hondenlosloopweide, bovendien lijn je je hond ook weer aan bij het verlaten van de hondenlosloopweide. Let er bij het verlaten van de weide op dat er geen andere honden mee naar buiten glippen.
12. Verwijzend naar artikel 1385 van het Burgerlijk Wetboek is de eigenaar van de hond of, terwijl hij het in gebruik heeft, degene die zich ervan bedient, aansprakelijk voor de schade die door het dier is veroorzaakt, ook terwijl het onder zijn bewaring stond, dan wel verdwaald of ontsnapt was. De hond mag geen kuilen graven of schade aan de infrastructuur toebrengen. Ook voor schade aan derden is die persoon verantwoordelijk. Het stadsbestuur kan op geen enkele manier aansprakelijk worden gesteld voor de eventuele door honden aan derden of aan andere honden aangerichte schade.
13. Dit reglement wordt aangebracht aan de toegang van de hondenlosloopweide en op de gemeentelijke website. Wie zijn hond uitlaat op de hondenlosloopweide wordt geacht akkoord te gaan met bovenstaand reglement en dit na te leven.
Art. 2:
Op het eerste verzoek van de politie of van de gemachtigde ambtenaar dienen de honden verwijderd te worden uit de hondenlosloopweide. Als op dit verzoek niet ingegaan wordt, kan ambtshalve worden overgegaan tot de verwijdering ervan.
Art. 3:
Overtredingen van dit reglement kunnen aanleiding geven tot het verwijderen van de begeleider(s) en zijn/hun hond(en). Tevens kan een overtreding aanleiding geven tot het opleggen van een GAS-boete conform het gemeentelijk GAS-reglement.
Art. 4:
Dit reglement zal na goedkeuring door de gemeenteraad bekend gemaakt worden op de website van de stad Zoutleeuw.
Gelet op de Nieuwe Gemeentewet, inzonderheid op de artikels, 119, 119bis en 135, §2;
Gelet op het Decreet Lokaal Bestuur, inzonderheid op de artikels 2, 40 en 41;
Gelet op het decreet van 23 december 2011 betreffende het duurzaam beheer van materiaalkringlopen en afvalstoffen (hierna het Materialendecreet genoemd), inzonderheid afdeling 3 van hoofdstuk 3 huishoudelijke afvalstoffen, artikel 26 tot en met artikel 28;
Gelet op het besluit van 17 februari 2012 van de Vlaamse Regering tot vaststelling van het Vlaams reglement betreffende het duurzaam beheer van materialenkringlopen en afvalstoffen (hierna het VLAREMA genoemd) en latere wijzigingen;
Gelet op het besluit van de Vlaamse Regering van 9 september 2016 tot vaststelling van het Uitvoeringsplan Huishoudelijk Afval en Gelijkaardig Bedrijfsafval en latere wijzigingen;
Gelet op het Samenwerkingsakkoord van 4 november 2008 betreffende de preventie en het beheer van verpakkingsafval;
Gelet op het besluit van de Interregionale verpakkingscommissie van 20 december 2018 tot erkenning van de vzw Fostplus als organisme voor verpakkingsafval;
Gelet op de beheersoverdrachten die de gemeente heeft verleend aan het intergemeentelijk samenwerkingsverband EcoWerf;
Gelet op de Wet betreffende de gemeentelijke administratieve sancties van 24 juni 2013;
Overwegende dat er een uitgebreide producentenverantwoordelijkheid bestaat voor een aantal afvalstoffen, zoals gedefinieerd in het VLAREMA, artikel 3.1.1;
Overwegende dat er een terugnameplicht bestaat voor verpakkingsafval van huishoudelijke oorsprong; dat minstens papier en karton, hol glas en pmd en restplastics van verpakkingen van huishoudelijke oorsprong selectief moeten worden ingezameld;
Overwegende dat het ter bescherming van het leefmilieu noodzakelijk is het huishoudelijk afval tot een minimum te beperken en het afval maximaal selectief in te zamelen conform artikel 4.3.1 van Vlarema;
Overwegende dat prioriteit dient verleend te worden aan afvalvoorkoming en hergebruik van afvalstoffen;
Overwegende dat in tweede instantie het huishoudelijk afval maximaal selectief dient ingezameld te worden met het oog op optimale verwerking;
Overwegende dat ernaar gestreefd wordt om de inzameling van het huishoudelijk afval in de gemeenten zo optimaal mogelijk op elkaar af te stemmen;
Overwegende dat de gemeente in overeenstemming met haar gemeentelijke zorgplicht zoals bepaald in artikel 26 van het Materialendecreet, het niet aanbieden van huishoudelijke afvalstoffen via de inzamelkanalen en bijgevolg ontwijkgedrag (zoals sluikstorten, sluikstoken, afvaltoerisme naar buurgemeenten, afvaltoerisme naar de werkgever, …) maximaal wil voorkomen;
Overwegende dat inwoners een herbruikbaar inzamelrecipiënt voor huisvuil of de toegang tot het ondergrondse of bovengrondse brengsysteem voor huisvuil niet mogen weigeren aangezien elke inwoner en elk gezin huisvuil produceert, hoe goed ze ook aan preventie doen of selectief inzamelen;
Overwegende dat door de raad van bestuur van Ecowerf eind 2018 de vraag is gesteld naar een onderzoek aangaande de haalbaarheid voor de inzameling van papier en karton in containers;
Overwegende dat door de raad van bestuur van EcoWerf goedkeuring is verleend aan de inzameling van papier en karton in minicontainers tijdens de zitting van 9 oktober 2019;
Overwegende dat het een uniform inzamelsysteem betreft van papier en karton in gele rolcontainers van 240 liter (een andere maat kan op aanvraag). Het huren en gebruiken van deze container is voor de inwoners optioneel. De inwoner heeft de mogelijkheid om het papier naar het recyclagepark te brengen. De inwoner betaalt het standaard tarief voor de huur van deze container. De containers worden bij ophaling niet gewogen;
Overwegende dat in Bertem reeds langere tijd op succesvolle wijze papier en karton in containers wordt ingezameld;
BESLUIT:
Artikel 1 :
De politieverordening betreffende het beheer van huishoudelijke afvalstoffen en vergelijkbare bedrijfsafvalstoffen d.d. 26/11/2020 wordt opgeheven op 01/01/2022 en vervangen door volgend reglement geldig vanaf 01/01/2022 :
1 Hoofdstuk I – Algemene bepalingen
Afdeling 1 – Definities en toepassingsgebied
Artikel 1
§ 1. De definities opgenomen in het Materialendecreet, het VLAREMA en de bijhorende uitvoeringsbesluiten zijn van toepassing op deze politieverordening.
Voor de toepassing van deze verordening wordt onder huishoudelijke afvalstoffen verstaan: afvalstoffen die ontstaan door de normale werking van een particuliere huishouding en afvalstoffen die daarmee gelijkgesteld worden, zoals gedefinieerd in artikel 3, §1, 17° van het Materialendecreet en bepaald in artikel 4.1.1 van het VLAREMA.
Voor de toepassing van deze verordening wordt onder met huishoudelijke afvalstoffen vergelijkbare bedrijfsafvalstoffen, hierna vergelijkbare bedrijfsafvalstoffen genoemd, verstaan: bedrijfsafvalstoffen van vergelijkbare aard, samenstelling en hoeveelheid als huishoudelijke afvalstoffen, die ontstaan ten gevolge van activiteiten die van dezelfde aard zijn als activiteiten van de normale werking van een particuliere huishouding, zoals gedefinieerd in artikel 1.2.1, 54° van het VLAREMA.
§ 2. Deze politieverordening is van toepassing op de inzameling en het beheer van alle huishoudelijke afvalstoffen.
Deze politieverordening is tevens van toepassing op de inzameling en het beheer van alle met huishoudelijke afvalstoffen vergelijkbare bedrijfsafvalstoffen die via een gemeentelijke inzameling worden opgehaald, ingezameld of aangeboden.
Artikel 2
§ 1. De volgende afvalstoffen mogen niet worden aangeboden bij om het even welke selectieve inzameling aan huis (exclusief het recyclagepark):
§ 2. De volgende afvalstoffen mogen niet worden aangeboden op het recyclagepark:
§ 3. De visuele controle op de aanbieding van afvalstoffen bij een gemeentelijke inzameling wordt uitgevoerd door het personeel van de gemeente, door haar intergemeentelijk samenwerkingsverband, door de inzamelaars, afvalstoffenhandelaars of –makelaars die zijn aangesteld door de gemeente of haar intergemeentelijk samenwerkingsverband en door de parkwachter op het recyclagepark ingeval van inzameling op het recyclagepark. Degene die de visuele controle uitoefent mag de aangeboden afvalstoffen controleren en de aanbieders wijzen op foutieve aanbiedingen en de nodige richtlijnen verstrekken.
Artikel 3
§ 1. Alleen de geregistreerde inzamelaars, afvalstoffenhandelaars en -makelaars, daartoe aangewezen door het college van burgemeester en schepenen of het intergemeentelijk samenwerkingsverband EcoWerf ingeval van beheersoverdracht, zijn gerechtigd om huishoudelijke afvalstoffen te aanvaarden of in te zamelen.
§ 2. Het is voor iedereen verboden om het even welke huishoudelijke afvalstof af te geven of voor inzameling aan te bieden aan andere geregistreerde inzamelaars, afvalstoffenhandelaars en -makelaars dan deze daartoe aangewezen bij dit reglement of door het college van burgemeester en schepenen.
§3. Dit geldt evenzeer voor inzameling ervan op privaat terrein.
Afdeling 2 – Verbranden en sluikstorten van afvalstoffen
Artikel 4
Onverminderd de toepassing van andere wettelijke bepalingen is het verboden om afvalstoffen te verbranden, zowel in open lucht als in gebouwen.
Artikel 5
§ 1. Onverminderd de toepassing van andere wettelijke bepalingen is het verboden om het even welke afvalstof te sluikstorten. Onder sluikstorten wordt verstaan het achterlaten, opslaan of storten van om het even welke afvalstof op niet-reglementaire plaatsen, op niet-reglementaire tijdstippen of in niet-reglementaire recipiënten en elke handeling strijdig met deze politieverordening en andere toepasselijke wettelijke bepalingen.
§ 2. Het is verboden modder, zand of afvalstoffen die zich voor of nabij de woning bevinden op de straten, in de greppels of in de rioolputten te vegen. Het is tevens verboden via de rioolputten of op enige andere wijze om het even welke afvalstoffen in de riolering te deponeren.
§ 3. Met het oog op thuiscomposteren is het voor particulieren toegestaan op eigen privéterrein een stapelplaats aan te leggen voor het composteren van eigen groente-, fruit- en tuinafval. Deze composteerruimte van minder dan 10 m³, niet zichtbaar van op straat, mag geen hinder veroorzaken voor de buurtbewoners.
Afdeling 3 – Aanbieding van afvalstoffen
Artikel 6
§ 1. De huishoudelijke afvalstoffen (en vergelijkbare bedrijfsafvalstoffen)1 dienen aangeboden te worden zoals voorzien in deze verordening. Afvalstoffen die worden aangeboden op een wijze die niet voldoet aan de voorwaarden van deze verordening worden niet aanvaard. Bij de huis-aan-huis-inzameling dient de aanbieder de niet-aanvaarde afvalstoffen dezelfde dag nog terug te nemen. De niet terugname conform dit reglement wordt beschouwd als sluikstorten zoals vermeld in artikel 5.
§ 2. Het toezicht op de aanbieding van afvalstoffen wordt uitgevoerd door de geregistreerde inzamelaars, afvalstoffenhandelaars en -makelaars die van het college van burgemeester en schepenen of van het intergemeentelijke samenwerking EcoWerf ingeval van beheersoverdracht de toelating kregen afvalstoffen in te zamelen en door de parkwachter in geval van inzameling via het recyclagepark. Deze geregistreerde inzamelaars, afvalstoffenhandelaars en -makelaars en de parkwachter mogen de aangeboden afvalstoffen controleren en de aanbieders wijzen op de foutieve aanbieding en de nodige richtlijnen verstrekken. Indien wordt vastgesteld dat de wijze van aanbieding niet conform de bepalingen van dit reglement geschiedt, worden de afvalstoffen aanvaard noch meegenomen.
Artikel 7
§ 1. De afvalstoffen mogen slechts na 20.00 uur van de dag voorafgaand aan de dag waarop de ophaling van de afvalstoffen zal plaatsvinden buiten geplaatst worden, en moeten ten laatste om 07.00 uur op de dag van de ophaling buiten geplaatst worden. In juli en augustus dient dit om 06.00 te gebeuren.
§ 2. De huishoudelijke afvalstoffen (en vergelijkbare bedrijfsafvalstoffen) worden in de voorgeschreven recipiënten of wijze aangeboden aan de rand van de openbare weg en vóór het betrokken perceel waar de aanbieder gevestigd is, zonder evenwel het verkeer van voertuigen, fietsers en voetgangers te hinderen. De aanbieder die afgelegen van de openbare weg gevestigd is of die langs wegen, plaatsen of stegen gevestigd is die niet door de wagens van de ophaaldienst bereikbaar zijn, dienen de voorgeschreven recipiënten te plaatsen langs de dichtst bij zijn perceel grenzende openbare weg.
§ 3. De inwoners die het recipiënt buitenzetten zijn verantwoordelijk voor het eventueel zwerfvuil dat hiervan afkomstig is en staan zelf in voor het opruimen ervan.
§ 4. Afval dat wordt aangeboden in door de gemeente of door de intergemeentelijke samenwerking EcoWerf ter beschikking gestelde containers dient met een gesloten deksel te worden aangeboden. De inzamelaar heeft het recht de container te weigeren indien het deksel niet gesloten is.
§ 5. Het is verboden de langs de openbare weg staande recipiënten te openen, geheel of gedeeltelijk te ledigen en/of te doorzoeken, met uitzondering van het bevoegde personeel in de uitoefening van hun functie.
§ 6. De geledigde recipiënten alsook de geweigerde recipiënten dienen door de aanbieder op de dag van lediging terug te worden verwijderd van de openbare weg
Artikel 8
§ 1. Het college van burgemeester en schepenen kan beslissen om een selectie van aansluitpunten die op basis van het domicilie-adres geselecteerd worden, hun afval te laten verwijderen via een sorteerstraat. Een sorteerstraat is een combinatie van (ondergrondse) afvalcontainers ten behoeve van de inzameling van de fracties restafval, gft, pmd, papier en karton en eventueel glas.
§ 2. De sorteerstraat is alleen toegankelijk met een door de gemeente of intergemeentelijke samenwerking EcoWerf ter beschikking gestelde toegangskaart of eID. Inwoners die door het college toegewezen zijn aan een bepaalde sorteerstraat, mogen hun de fracties die worden ingezameld in de sorteerstraat, niet meer aanbieden via de reguliere huis-aan-huis inzameling. Inwoners die niet door het college toegewezen zijn aan een bepaalde sorteerstraat, mogen hun afval niet in deze sorteerstraat deponeren met uitzondering van de fractie glas.
§ 3. De sorteerstraten zijn 24u per dag beschikbaar. De fractie glas mag niet worden aangeboden tussen 22.00 uur en 07.00 uur
§ 4. Het deponeren in sorteerstraten van andere afvalstoffen dan de aangeduide fracties is verboden. Het is verboden om naast de sorteerstraten afvalstoffen achter te laten.
Afdeling 4 – Afval op standplaatsen
Artikel 9
De uitbater van een private of openbare vaste of verplaatsbare inrichting aan of langs de openbare weg die voedingswaren of dranken verkoopt of aanbiedt die buiten de inrichting worden verbruikt (drankautomaat, snackbar, frituur, ijssalon, e.d.) dient op een behoorlijke wijze, voldoende duidelijk zichtbare en goed bereikbare afvalrecipiënten te voorzien en in te staan voor een correcte verwijdering en verwerking van het afval.
Artikel 10
De diverse vrijkomende afvalstoffen dienen gescheiden te worden ingezameld in hun respectievelijke recipiënten. Deze recipiënten dienen voorzien te zijn van een duidelijk leesbaar opschrift dat aangeeft welke afvalstoffen het betreft.
Artikel 11
De opstellingsplaats en het aantal inzamelrecipiënten, alsook de aard van de in te zamelen fracties kunnen door het gemeentebestuur worden bepaald.
Artikel 12
De ambulante uitbater dient de recipiënten zelf tijdig te ledigen en het recipiënt, de standplaats en de onmiddellijke omgeving van de inrichting rein te houden.
Afdeling 5 – Afval van huisdieren
Artikel 13
§ 1. De eigenaars en houders van (huis)dieren zijn verplicht te beletten dat de voetpaden en aanpalende huizen, groene bermen tussen voetpad en rijweg, begraafplaatsen, openbare parken, bossen, tuinen, speelpleinen en andere voor het publiek toegankelijke zones alsmede de fiets- en rijwegen bevuild worden door hun dieren. Enkel op voorziene locaties mogen de dieren zich ontlasten indien deze voorzien zijn op het gemeentelijk grondgebied.
§ 2. Indien toch uitwerpselen terecht komen op voornoemde plaatsen, zijn de eigenaar of houders van de (huis)dieren verplicht deze uitwerpselen te verwijderen en te deponeren in een straatvuilcontainer of een speciaal voorzien recipiënt voor hondenpoep of moeten zij er voor zorgen dat deze uitwerpselen verwijderd worden en voldoende verpakt en gemengd met huisvuil meegegeven met de gewone huisvuilinzameling.
De voormelde verplichtingen ontslaan de aangelanden echter niet van hun eigen verplichtingen inzake het rein houden van de openbare weg.
§ 3. De begeleiders van honden zijn verplicht een zakje voor het verwijderen van de uitwerpselen van hun dier in bezit te hebben. Het zakje dient op verzoek van de politie of GAS-vaststellers aangesteld door de gemeenteraad te worden getoond.
§ 4. De bepalingen van artikel 13, § 1, 2 en 3 zijn niet van toepassing op blindengeleide- en assistentiehonden.
Afdeling 6 – Reclamedrukwerk en gratis regionale pers
Artikel 14
§ 1. Het is verboden reclamedrukwerk en gratis regionale pers te bedelen voor 07.00 uur en na 22.00 uur. Het is verboden reclamedrukwerk en gratis regionale pers te bedelen in leegstaande panden of achter te laten op andere plaatsen, zoals geparkeerde voertuigen of het recyclagepark, dan de brievenbus.
§ 2. Door de gemeente wordt een zelfklever ter beschikking gesteld waarop wordt aangegeven dat reclamedrukwerk en/of gratis regionale pers niet gewenst zijn. Het is verboden reclamedrukwerk en gratis regionale pers te bedelen in brievenbussen die voorzien zijn van een dergelijke aanduiding.
§ 3. Klachten met betrekking tot de niet-naleving van artikel 14, § 1-2 worden bij voorkeur aan de gemeentelijke milieudienst en via mail op het e-mailadres sticker@ovam.be of per post aan de OVAM, dienst ketenbeheer en lokale besturen, Stationsstraat 110 te 2800 Mechelen gemeld.
§ 4. Indien de gegevens van de bedeler niet gekend zijn, dan zal de verantwoordelijke uitgever als aansprakelijke worden weerhouden. Is er geen verantwoordelijke uitgever vermeld, dan is het bedrijf waarvoor reclame wordt gemaakt of de organisator van de activiteit waarvoor reclame wordt gemaakt, aansprakelijk.
2 Hoofdstuk II – Inzameling van huisvuil en de gemengde fractie van het vergelijkbaar bedrijfsafval
Afdeling 1 - Definitie
Artikel 15
Voor de toepassing van deze verordening wordt onder huisvuil en de gemengde fractie van het vergelijkbaar bedrijfsafval verstaan: alle afvalstoffen, ontstaan door de normale werking van een particuliere huishouding (en een vergelijkbare bedrijfsactiviteit), die in het voorgeschreven recipiënt voor de huisvuilinzameling kunnen geborgen worden, met uitzondering van papier en karton, textiel, glas, klein gevaarlijk afval, groente-, fruit- en tuinafval (en organisch-biologisch vergelijkbaar bedrijfsafval) of groenafval, pmd en andere verplicht in te zamelen selectieve afvalstoffen.
Afdeling 2 - Inzameling
Artikel 16
§ 1. Het huisvuil en de gemengde fractie van het vergelijkbaar bedrijfsafval worden minstens tweewekelijks huis-aan-huis ingezameld langs de voor de geregistreerde inzamelaars, afvalstoffenhandelaars en -makelaars toegankelijke straten, wegen en pleinen, op de data vermeld op de afvalkalender van het intergemeentelijk samenwerkingsverband EcoWerf .
§ 2. Het huisvuil en de gemengde fractie van het vergelijkbaar bedrijfsafval mogen niet worden meegegeven met een inzameling anders dan deze van het huisvuil en de gemengde fractie van het vergelijkbaar bedrijfsafval.
§ 3. Het is verboden voor de verwijdering van het huisvuil en de gemengde fractie van het vergelijkbaar bedrijfsafval gebruik te maken van een recyclagepark.
Afdeling 3 - Wijze van aanbieding
Artikel 17
§ 1. Het huisvuil en de gemengde fractie van het vergelijkbaar bedrijfsafval dienen gescheiden aangeboden te worden in huisvuilcontainer met chip van het intergemeentelijk samenwerkingsverband EcoWerf. Het recipiënt dient zorgvuldig gesloten te worden en mag noch scheuren, barsten of lekken vertonen.
§ 2. Het totale gewicht van het aangeboden gevulde recipiënt mag niet groter zijn dan
Een huisvuilzak van 60 liter mag niet meer wegen dan 20 kg.
§ 3. Het huisvuil en de gemengde fractie van het vergelijkbaar bedrijfsafval dienen aangeboden te worden in een toestand die geen risico inhoudt voor de veiligheid en/of gezondheid van de ophaler. Scherpe voorwerpen dienen zodanig verpakt te worden dat ze geen gevaar kunnen opleveren voor de ophalers van het huisvuil (en de gemengde fractie van het vergelijkbaar bedrijfsafval)¹.
§ 4. Er mag geen afval naast de container worden aangeboden. Een uitzondering hierop zijn extra zakken die ten laatste 1 werkdag voor de inzameling bij de intergemeentelijke samenwerking EcoWerf werden aangevraagd. Inwoners die occasioneel te veel huisvuil hebben, kunnen maximum 3 maal per jaar van deze uitzondering gebruik maken. Per keer kunnen maximum 6 extra zakken van maximum 60 liter worden aangevraagd. De zakken moeten toegebonden zijn en moeten makkelijk in de container passen. Bij 40-liter containers kunnen geen extra zakken worden aangevraagd. Indien niet-tijdig aangevraagde zakken naast de container worden geplaatst, wordt dit aanzien als sluikstorten .
Er mag geen afval aan de buitenkant van de zak worden vastgemaakt.
Afdeling 4 - Gebruik van de huisvuilcontainer
Artikel 18
De huisvuilcontainer wordt huis-aan-huis afgeleverd. Deze huisvuilcontainer blijft eigendom van het intergemeentelijk samenwerkingsverband EcoWerf en wordt slechts voor gebruik aan de inwoners ter beschikking gesteld voor de duur van de inzameling van het huisvuil en de gemengde fractie van het vergelijkbaar bedrijfsafval.
Artikel 19
§ 1. De inwoners zijn persoonlijk verantwoordelijk voor het deugdelijk gebruik en onderhoud van de huisvuilcontainer. Onder deugdelijk gebruik wordt begrepen dat de huisvuilcontainer uitsluitend mag aangewend worden voor de opslag van huisvuil en de gemengde fractie van het vergelijkbaar bedrijfsafval.
§ 2. In geval van schade, diefstal of verlies stelt de inwoner het intergemeentelijk samenwerkingsverband EcoWerf hiervan onverwijld in kennis met het oog op de herstelling of de vervanging door een nieuwe huisvuilcontainer. De kosten van herstelling of vervanging kunnen verhaald worden op de inwoner, in geval van oneigenlijk gebruik.
Artikel 20
De huisvuilcontainer blijft verbonden aan het adres waar hij is afgeleverd. In geval van verhuizing is het de inwoner niet toegestaan om de huisvuilcontainer mee te nemen naar zijn nieuwe adres.
Artikel 21
Inwoners die ten gevolge van een verhuizing binnen of naar de gemeente geen huisvuilcontainer hebben moeten bij de gemeente een huisvuilcontainer aanvragen.
Artikel 22
Inwoners mogen een huisvuilcontainer niet weigeren aangezien elke inwoner en elk gezin huisvuil produceert, hoe goed ze ook aan preventie doen of selectief inzamelen.
3 Hoofdstuk III – Inzameling van grofvuil
Afdeling 1 – Definitie
Artikel 23
Voor de toepassing van deze verordening wordt onder grofvuil verstaan: afvalstoffen die door hun omvang, de aard en/of het gewicht niet in het recipiënt voor de huisvuilinzameling kunnen geborgen worden en die huis aan huis ingezameld worden alsook de restfractie die overblijft voor verbranden of storten na aanbieding op het recyclagepark, met uitzondering van papier, karton, textiel, glas, klein gevaarlijk afval, groente-, fruit- en tuinafval en organisch-biologisch vergelijkbaar bedrijfsafval of groenafval, pmd-afval, afgedankte elektrische en elektronische apparatuur, bouw- en sloopafval, houtafval, metalen gemengd, afvalbanden en andere verplicht selectief in te zamelen afvalstoffen.
Afdeling 2 - Inzameling
Artikel 24
§ 1. Het grofvuil wordt zesmaal per jaar op aanvraag huis-aan-huis ingezameld langs de straten, wegen en pleinen waar de inzameling is ingericht, op de door het intergemeentelijk samenwerkingsverband EcoWerf bepaalde dagen. Het grofvuil wordt ook ingezameld op het recyclagepark. Herbruikbare goederen kunnen gratis worden aangeboden aan het kringloopcentrum waarmee de gemeente een overeenkomst heeft afgesloten of op het recyclagepark.
§ 2. Voor de inzameling op afroep moet ten minste 2 werkdagen vóór de inzameling een afspraak gemaakt worden met het intergemeentelijk samenwerkingsverband EcoWerf met vermelding van de in te zamelen materialen. Praktische afspraken worden gemaakt over de manier van aanbieding. Indien niet-tijdig aangevraagd grofvuil wordt aangeboden, wordt dit aanzien als sluikstorten. Afval dat niet tijdig werd doorgegeven, wordt niet ingezameld.
§ 3. Het grofvuil mag niet worden meegegeven met het huisvuil en de gemengde fractie van het bedrijfsafval of een inzameling, andere dan deze van het grofvuil.
Afdeling 3 - Wijze van aanbieding
Artikel 25
§ 1. Het grofvuil dient aangeboden te worden goed samengebonden in hanteerbare stukken. Het grofvuil mag niet in plastic zakken of andere plastic recipiënten of kartonnen dozen of papieren zakken aangeboden worden.
§ 2. Het gewicht van één afzonderlijk voorwerp of samengebonden bundel mag niet groter zijn dan 30 kg. Het grofvuil mag niet langer zijn dan 2 meter, niet groter zijn dan 1 meter op 2 meter of 1 m³.
§ 3. Alle voorwerpen dienen zodanig aangeboden te worden dat ze geen gevaar kunnen opleveren voor de inzamelaars van de afvalstoffen.
§ 4. Het grofvuil moet aangeboden worden in vaste vorm zonder vrije vloeistof en moet verkleinbaar zijn met een breekinstallatie. Recipiënten onder druk, evenals poedervormige materialen die stofexplosies kunnen veroorzaken, worden niet aanvaard.
4 Hoofdstuk IV – Selectieve inzameling van glas
Afdeling 1 - Definitie
Artikel 26
§ 1. Voor de toepassing van deze verordening wordt onder glas verstaan: hol glas en vlakglas, ontstaan door de normale werking van een particuliere huishouding en een vergelijkbare bedrijfsactiviteit, met uitzondering van vuurvaste voorwerpen, kristal, opaal glas, plexiglas, gewapend glas, serreglas, rookglas, spiegelglas, autoruiten, ander hittebestendig glas, gloeilampen, spaarlampen, tl-lampen, porselein, aardewerk, beeldbuizen van tv’s,...
§ 2. Hol glas betreft alle lege glazen flessen en bokalen van dranken, fruit en groenten, voedingswaren, confituren, sausen,...
§ 3. Vlakglas betreft vlak glas uit de bouwsector, zoals venster- en deurglas en glas van gevelelementen. Hieronder valt niet het gelaagd glas (bijv. van voertuigen), loodglas, hittebestendig glas (bijv. pyrex, glas van kacheltjes), glas van zonnepanelen,...
Afdeling 2 - Inzameling
Artikel 27
§ 1. Hol glas/vlakglas wordt ingezameld op het recyclagepark. Hol glas wordt ook ingezameld in de glascontainers die verspreid staan opgesteld in de gemeente. Het gebruik van de containers is uitsluitend voorbehouden aan de inwoners van de gemeente.
§ 2. Hol glas/vlakglas mag niet worden meegegeven met het huisvuil en de gemengde fractie van het vergelijkbaar bedrijfsafval, of een selectieve inzameling, andere dan deze van glas.
Afdeling 3 - Wijze van aanbieding
Artikel 28
Het hol glas dient aangeboden te worden via de glascontainers die verspreid staan opgesteld in de gemeente. Hol glas dat naar de glascontainer gebracht wordt, dient, afhankelijk van de kleur, in de daartoe voorziene glascontainers te worden gedeponeerd. Hol glas dient bij de aanbieding ontdaan te zijn van deksels, stoppen en omwikkelingen en leeg en voldoende gereinigd te zijn.
Artikel 29
§ 1. Het deponeren in glascontainers van andere afvalstoffen dan hol glas is verboden. Het is verboden om naast de glascontainers glas of andere afvalstoffen achter te laten.
§ 2. Het is verboden glas te deponeren in de glascontainers tussen 22.00 uur en 07.00 uur.
5 Hoofdstuk V – Selectieve inzameling van papier en karton
Afdeling 1 - Definitie
Artikel 30
Voor de toepassing van deze verordening wordt onder papier en karton verstaan: alle dag-, week- en maandbladen, tijdschriften en periodieken, reclamedrukwerk en ander drukwerk, publicaties, telefoon- en faxgidsen, schrijfpapier, kopieerpapier, computerpapier, boeken en papieren of kartonnen verpakkingen, ontstaan door de normale werking van een particuliere huishouding en een vergelijkbare bedrijfsactiviteit, met uitzondering van geolied papier of karton, papier met waslaag, carbonpapier, gelaagd papier, vervuild papier, vervuilde papieren en kartonnen verpakkingen, papieren voorwerpen waar kunststof of andere materialen in verwerkt zijn, kaarten met magneetbanden, behangpapier, cement-, meststof- en sproeistofzakken,...
Afdeling 2 - Inzameling
Artikel 31
§ 1. Papier en karton wordt vierwekelijks huis-aan-huis ingezameld langs de straten, wegen en pleinen waar de inzameling is ingericht, op de data vermeld op de afvalkalender van het intergemeentelijk samenwerkingsverband EcoWerf. Papier en karton wordt ook ingezameld op het recyclagepark.
§ 2. Papier en karton mag niet worden meegegeven met het huisvuil en de gemengde fractie van het bedrijfsafval, het grofvuil of een selectieve inzameling, andere dan deze van papier en karton.
Afdeling 3 - Wijze van aanbieding
Artikel 32
§ 1. Het papier en karton dient aangeboden te worden in een container met chip van het intergemeentelijk samenwerkingsverband EcoWerf. Het recipiënt dient zorgvuldig gesloten te worden en mag noch scheuren, barsten of lekken vertonen.
§ 2. Het totale gewicht van het aangeboden gevulde recipiënt mag niet groter zijn dan:
§ 3. Er mag geen afval naast de container worden aangeboden.
Afdeling 4 - Gebruik van de papiercontainer
Artikel 33
De papiercontainer wordt huis-aan-huis afgeleverd. Deze papiercontainer blijft eigendom van het intergemeentelijk samenwerkingsverband EcoWerf en wordt slechts voor gebruik aan de inwoners ter beschikking gesteld voor de duur van de inzameling van het papier en karton.
Artikel 34
§ 1. De inwoners zijn persoonlijk verantwoordelijk voor het deugdelijk gebruik en onderhoud van de papiercontainer. Onder deugdelijk gebruik wordt begrepen dat de papiercontainer uitsluitend mag aangewend worden voor de opslag van papier en karton.
§ 2. In geval van schade, diefstal of verlies stelt de inwoner het intergemeentelijk samenwerkingsverband EcoWerf hiervan onverwijld in kennis met het oog op de herstelling of de vervanging door een nieuwe papiercontainer. De kosten van herstelling of vervanging kunnen verhaald worden op de inwoner, in geval van oneigenlijk gebruik.
Artikel 35
De papiercontainer blijft verbonden aan het adres waar hij is afgeleverd. In geval van verhuizing is het de inwoner niet toegestaan om de papiercontainer mee te nemen naar zijn nieuwe adres.
Artikel 36
Inwoners die ten gevolge van een verhuizing binnen of naar de gemeente geen papiercontainer hebben moeten bij de gemeente een papiercontainer aanvragen.
6 Hoofdstuk VI – Selectieve inzameling van klein gevaarlijk afval
Afdeling 1 - Definitie
Artikel 37
Voor de toepassing van deze verordening wordt onder Klein Gevaarlijk Afval, hierna kga genoemd, verstaan, de afvalstoffen zoals opgesomd in artikel 5.2.2.1 van het VLAREMA.
Afdeling 2 - Inzameling
Artikel 38
§ 1. Kga wordt ingezameld in een daartoe voorziene inrichting op het recyclagepark, tijdens de openingsuren van het recyclagepark.
§ 2. Kga mag niet worden meegegeven met het huisvuil en de gemengde fractie van het bedrijfsafval, het grofvuil of een selectieve inzameling, andere dan deze van kga.
Afdeling 3 - Wijze van aanbieding
Artikel 39
§ 1. Het kga moet, afzonderlijk van andere afvalstoffen, aangeboden worden in een daartoe geschikt recipiënt, tenzij het fysisch onmogelijk is. Het aangeboden kga wordt zoveel mogelijk in de oorspronkelijke verpakking, inclusief buitenverpakking, aangeboden om de identificatie te vereenvoudigen. Indien nodig brengt de voortbrenger zelf de aanduiding(en) over de aard, de samenstelling en de eventuele gevaren van het kga op de verpakking aan. Producten van verschillende aard mogen niet worden samengevoegd. De aanbieder dient alle nodige voorzorgsmaatregelen te treffen om het lekken en andere ongewenste effecten van het kga te voorkomen.
§ 2. Injectienaalden moeten worden aangeboden in een naaldcontainer die voldoet aan de ADR-reglementering.
Artikel 40
§ 1. Het kga dat wordt aangeboden op het recyclagepark wordt door de parkwachter in de inrichting aansluitend bij het recyclagepark gedeponeerd. De aanbieder van het kga mag dit niet zelf doen.
7 Hoofdstuk VII – Selectieve inzameling van groente-, fruit- en tuinafval en organisch-biologisch vergelijkbaar bedrijfsafval,
Afdeling 1 - Definitie
Artikel 41
§ 1. Voor de toepassing van deze verordening wordt onder groente- en fruitafval verstaan: aardappelschillen, schillen van citrus- of andere vruchten, groente- en fruitresten, doppen van noten, theebladeren, koffiedik en papieren koffiefilters, eieren en eierschalen, vaste zuivelproducten, papier van keukenrol, dierlijk en plantaardig keukenafval en etensresten, ontstaan door de normale werking van een particuliere huishouding, alsook mest van kleine huisdieren (geen vleeseters). Het tuinafval omvat versnipperd snoeihout, haagscheersel, gazonmaaisel, bladeren, onkruid, resten van groente- en siertuin, verwelkte snijbloemen en kamerplanten, zaagmeel en schaafkrullen, ontstaan door de normale werking van een particuliere huishouding. Het Groente-, Fruit- en Tuinafval wordt hierna gft-afval genoemd.
§ 2. Voor de toepassing van deze verordening wordt onder organisch-biologisch bedrijfsafval verstaan: groenafval, gft-afval of organisch-biologische bedrijfsafvalstoffen van vergelijkbare aard, samenstelling en hoeveelheid als huishoudelijke afvalstoffen, die ontstaan ten gevolge van activiteiten die van dezelfde aard zijn als activiteiten van de normale werking van een particuliere huishouding;
§ 3. Andere afvalstoffen zoals bijvoorbeeld timmerhout, grof ongesnipperd snoeihout, beenderen en dierlijk afval, wegwerpluiers, aarde, zand, saus, olie, vet, gekookte etenswaren, stof uit stofzuiger, as van open haard, houtskool, kunststof, ijzer, metaal, blik, kattenbakvulling, uitwerpselen e.d. worden niet als gft-afval en organisch-biologisch vergelijkbaar bedrijfsafval beschouwd.
Afdeling 2 - Inzameling
Artikel 42
§ 1. Het gft-afval en organisch-biologisch vergelijkbaar bedrijfsafval worden minstens tweewekelijks huis-aan-huis ingezameld langs de straten, wegen en pleinen waar de inzameling is ingericht, op de data vermeld op de afvalkalender van het intergemeentelijk samenwerkingsverband EcoWerf .
§ 2. Gft-afval en organisch-biologisch vergelijkbaar bedrijfsafval mogen niet meegegeven worden met het huisvuil en de gemengde fractie van het bedrijfsafval, of een selectieve inzameling, andere dan deze van gft-afval en organisch-biologisch vergelijkbaar bedrijfsafval.
§3. Verontreinigd gft-afval en organisch-biologisch vergelijkbaar bedrijfsafval worden niet aanvaard bij de selectieve inzameling.
Afdeling 3 - Wijze van aanbieding
Artikel 43
§ 1. Het gft-afval en organisch-biologisch vergelijkbaar bedrijfsafval dienen gescheiden aangeboden te worden in gft-container met chip van het intergemeentelijk samenwerkingsverband EcoWerf. Het recipiënt dient zorgvuldig gesloten te worden en mag noch scheuren, barsten of lekken vertonen.
§ 2. Het totale gewicht van het gevulde aangeboden recipiënt mag niet groter zijn dan
Afdeling 4 - Gebruik van de gft-container
Artikel 44
De gft-container wordt huis-aan-huis afgeleverd. Deze gft-container blijft eigendom van het intergemeentelijk samenwerkingsverband EcoWerf en wordt slechts voor gebruik aan de inwoners ter beschikking gesteld voor de duur van de inzameling van het gft-afval en organisch-biologisch vergelijkbaar bedrijfsafval.
Artikel 45
§ 1. De inwoners zijn persoonlijk verantwoordelijk voor het deugdelijk gebruik en onderhoud van de gft-container. Onder deugdelijk gebruik wordt begrepen dat de gft-container uitsluitend mag aangewend worden voor de opslag van gft-afval en organisch-biologisch vergelijkbaar bedrijfsafval.
§ 2. In geval van schade, diefstal of verlies dient de inwoner het intergemeentelijk samenwerkingsverband EcoWerf hiervan onverwijld in kennis te stellen met het oog op de herstelling of de vervanging door een nieuwe gft-container. De kosten van herstelling of vervanging kunnen verhaald worden op de inwoner, in geval van oneigenlijk gebruik.
Artikel 46
De gft-container blijft verbonden aan het adres waar hij is geleverd. In geval van verhuizing is het de inwoner niet toegestaan om de gft-container mee te nemen naar zijn nieuwe adres.
Artikel 47
Inwoners die ten gevolge van een verhuizing binnen of naar de gemeente geen beschikking hebben over een gft-container kunnen bij de gemeente een gft-container aanvragen.
8 Hoofdstuk VIII – Selectieve inzameling van groenafval
Afdeling 1 - Definitie
Artikel 48
Voor de toepassing van deze verordening wordt onder groenafval verstaan: Organisch composteerbaar afval zoals plantenresten, haagscheersel, snoeihout, bladeren, organisch afval uit parken en plantsoenen, boomstronken, gazon - en wegbermmaaisel en kerstbomen, ontstaan door de normale werking van een particuliere huishouding en een vergelijkbare bedrijfsactiviteit.
Snoeihout : Alle hout afkomstig van het normaal onderhoud van de tuin (met een diameter tot 10 cm), haagscheersel.
Gras- en bladafval: Alle vers gazonmaaisel en bladeren afkomstig van normaal tuin-onderhoud, met uitzondering van oud en rot gazonmaaisel en gras vermengd met grond.
Boomstronken: Alle boomstronken die na ontdaan te zijn van wortels en aarde kunnen worden ingezet in de groencompostering en/of kunnen worden verhakseld voor hergebruik.
Kerstbomen: Natuurlijke kerstbomen zonder pot, kluit of versiering.
Afdeling 2 - Inzameling
Artikel 49
§ 1. Het snoeihout wordt ingezameld op het recyclagepark.
§ 2. Snoeihout mag niet worden meegegeven met het huisvuil en de gemengde fractie van het bedrijfsafval, het grofvuil of een selectieve inzameling, andere dan deze van snoeihout.
§ 3. Verontreinigd groenafval wordt niet aanvaard bij de selectieve inzameling.
§ 4. Gras- en bladafval en boomstronken worden enkel ingezameld op het recyclagepark.
Afdeling 3 - Wijze van aanbieding voor inzameling van snoeihout aan huis
Artikel 50
§ 1. Het snoeihout dient aangeboden te worden in bundels samengebonden met natuurtouw.
§ 2. Het gewicht van de bundel mag niet groter zijn dan 25 kg.
§ 3. Het snoeihout dient samengebonden te worden aangeboden en de takken moeten een lengte hebben van min. 50 cm en max. 2 meter. De maximale diameter per tak is 10 cm.
9 Hoofdstuk IX – Selectieve inzameling van pmd
Afdeling 1 - Definitie
Artikel 51
§ 1. Voor de toepassing van deze verordening wordt onder pmd verstaan: afval van plastic flessen en flacons, metalen verpakkingen, schaaltjes, vlootjes en bakjes, potjes en tubes, folies, zakjes, drank- en conservenblikken, spuitbussen voor voedingsmiddelen of cosmetica, bakjes en schaaltjes, deksels, doppen en drankkartons bestemd voor gebruik door huishoudens of vergelijkbaar bedrijfsmatig gebruik.
§ 2. Pmd mag geen kga, glas, etensresten of andere afvalstoffen bevatten.
Afdeling 2 – Inzameling
Artikel 52
§ 1. Pmd wordt tweewekelijks huis-aan-huis ingezameld langs de straten, wegen en pleinen waar de inzameling is ingericht, op de data vermeld op de afvalkalender van het intergemeentelijk samenwerkingsverband EcoWerf. Pmd wordt ook ingezameld op het recyclagepark.
§ 2. Pmd mag niet worden meegegeven met het huisvuil en de gemengde fractie van het bedrijfsafval, of een andere selectieve inzameling, andere dan deze van pmd.
§ 3. Verontreinigde pmd wordt niet aanvaard. De niet-conforme inhoud kan aangeduid worden met een sticker.
§ 4. Metalen verpakkingen die via de pmd-inzameling ingezameld worden zijn niet toegelaten bij de fractie metalen gemengd.
Afdeling 3 - Wijze van aanbieding
Artikel 53
§ 1. Pmd dient aangeboden te worden in de blauwe pmd-zak met logo van het intergemeentelijk samenwerkingsverband EcoWerf.
§ 2. Pmd mag gemengd in het voorgeschreven recipiënt worden aangeboden.
§ 3. Het gewicht van één recipiënt mag niet groter zijn dan 10 kg en dient gesloten aangeboden te worden.
§ 4. Het maximum volume van de pmd bedraagt 8 liter.
§ 5. Er mogen geen verpakkingen aan de buitenkant van de zak worden vastgemaakt.
§ 6. Per aansluitpunt mogen per inzameling gemiddeld max. 4 zakken aangeboden worden.
10 Hoofdstuk XI - Selectieve inzameling van Afgedankte Elektrische en Elektronische Apparatuur (aeea)
Afdeling 1 - Definitie
Artikel 54
§ 1. Voor de toepassing van deze verordening wordt onder aeea verstaan: apparaten die om naar behoren te werken, afhankelijk zijn van elektrische stromen of elektromagnetische velden en apparaten voor het opwekken, overbrengen en meten van die stromen en velden, die bedoeld zijn voor gebruik met een spanning van maximaal 1000 volt bij wisselstroom en 1500 volt bij gelijkstroom en die onderworpen zijn aan de aanvaardingsplicht.
Afdeling 2 - Inzameling
Artikel 55
§ 1. De aeea worden ingezameld op het recyclagepark. Aeea kan gebracht worden naar of meegegeven worden met de eindverkoper of door andere inzamelkanalen opgezet door een producent of beheersorganisme in uitvoering van de aanvaardingsplicht, onverminderd gemeentelijke bepalingen aangaande gebruik of inname van het openbaar domein. Herbruikbaar aeea kan worden ingezameld door een erkend kringloopcentrum waarmee de gemeente een overeenkomst heeft afgesloten. Voor heel klein aeea (afgedankte elektrische en elektronische apparatuur zonder buiten buitenafmetingen van meer dan 25 cm) kunnen, indien voldaan wordt aan de toepasselijke voorwaarden van VLAREM en VLAREMA, specifieke inzamelacties opgezet worden, onverminderd gemeentelijke bepalingen aangaande gebruik of inname van het openbaar domein.
§ 2. Rookdetectoren en gasontladingslampen moeten naar het recyclagepark gebracht worden en onbeschadigd in het daartoe geschikte recipiënt gedeponeerd worden.
Afdeling 3 - Wijze van aanbieding
Artikel 56
§ 1. De aeea mag geen afvalstoffen bevatten die vreemd zijn aan het afgedankte product.
§ 2. Alle aeea moet zodanig worden aangeboden dat ze geen gevaar oplevert voor de geregistreerde inzamelaars, afvalstoffenhandelaars en -makelaars van de afvalstoffen.
11 Hoofdstuk XII – Selectieve inzameling van metalen gemengd
Afdeling 1 - Definitie
Artikel 57
§ 1. Voor de toepassing van deze verordening wordt onder metalen gemengd verstaan: alle door de normale werking van een particuliere huishouding en een vergelijkbare bedrijfsactiviteit ontstane soorten van metalen voorwerpen waarvan de grootte sterk kan verschillen, met uitzondering van kga, metalen verpakkingen die met de pmd-fractie ingezameld worden en afgedankte elektrische en elektronische apparatuur.
Afdeling 2 - Inzameling
Artikel 58
§ 1. De metalen gemengd worden ingezameld via het recyclagepark. De metalen gemengd worden tot zesmaal per jaar op afroep huis-aan-huis ingezameld langs de straten, wegen en pleinen waar de inzameling is ingericht, op de door het intergemeentelijk samenwerkingsverband EcoWerf bepaalde dagen.
§ 2. Voor de inzameling op afroep moet ten minsten 2 werkdagen vóór de inzameling een afspraak gemaakt worden met het intergemeentelijk samenwerkingsverband EcoWerf. Praktische afspraken worden gemaakt over de manier van aanbieding. Indien niet-tijdig aangevraagde metalen worden aangeboden, wordt dit aanzien als sluikstorten. Afval dat niet tijdig werd doorgegeven, wordt niet ingezameld.
§ 3. Metalen gemengd mogen niet worden meegegeven met het huisvuil en de gemengde fractie van het bedrijfsafval of een selectieve inzameling, andere dan deze van metalen gemengd.
§ 4. Aanvullend op de bepaling in § 1 mogen gemengde metalen aangeboden worden in de vergunde inrichtingen van verwerkers, inzamelaars, afvalstoffenhandelaars en –makelaars, op voorwaarde van:
Afdeling 3 - Wijze van aanbieding
Artikel 59
§ 1. De metalen gemengd moeten aangeboden worden op de afgesproken inzameldag.
§ 2. Het gewicht van een afzonderlijk voorwerp mag niet groter zijn dan 30 kg. De voorwerpen mogen niet langer zijn dan 2 meter, groter zijn dan 1 meter op 2 meter of 1 m³.
§ 3. Alle voorwerpen moeten zodanig aangeboden worden dat ze geen gevaar opleveren voor de geregistreerde inzamelaars, afvalstoffenhandelaars en -makelaars van de afvalstoffen.
12 Hoofdstuk XIII – Selectieve inzameling van textiel
Afdeling 1 – Definitie
Artikel 60
Voor de toepassing van deze verordening wordt onder textielafval verstaan: alle niet verontreinigde kledij (textiel en lederwaren), schoeisel, handtassen, beddengoed, woningtextiel (gordijnen, overgordijnen, tafelkleden, servetten…), lompen,… die ontstaan door de normale werking van een particuliere huishouding en een vergelijkbare bedrijfsactiviteit.
Afdeling 2 - Inzameling
Artikel 61
§ 1. Het textiel wordt ingezameld in de textielcontainers die verspreid staan opgesteld in de gemeente of via de huis-aan-huisinzameling langs de straten, wegen en pleinen waar de inzameling is ingericht, op de data vermeld op de afvalkalender van het intergemeentelijk samenwerkingsverband EcoWerf. Het textiel wordt eveneens ingezameld op het recyclagepark en de door de OVAM erkende kringloopcentra.
§ 2. Alleen de organisaties die vermeld zijn op de door de OVAM gepubliceerde lijst van geregistreerde inzamelaars, handelaars en makelaars van textielafvalstoffen en die toelating hebben van het college van burgemeester en schepenen of door het intergemeentelijk samenwerkingsverband EcoWerf ingeval van beheersoverdracht, waarmee ze een overeenkomst afgesloten hebben, zijn gemachtigd textielcontainers te plaatsen op zowel openbaar domein als op privéterrein toegankelijk voor het publiek of mogen huis-aan-huisinzamelingen organiseren.
§ 3. Het textiel mag niet worden meegegeven met het huisvuil en de gemengde fractie van het bedrijfsafval of een selectieve inzameling, andere dan deze van het textiel.
Afdeling 3 - Wijze van aanbieding
Artikel 62
§ 1. Het textiel dient bij het deponeren in een container of bij inzameling aan huis in een degelijke en goed gesloten zak verpakt te zijn. Het aangeboden textiel mag niet nat of bevuild zijn.
13 Hoofdstuk XIV – Selectieve inzameling van herbruikbare goederen
Afdeling 1 - Definitie
Artikel 63
Voor de toepassing van deze verordening wordt onder herbruikbare goederen verstaan: alle door de normale werking van een particuliere huishouding en een vergelijkbare bedrijfsactiviteit ontstane afvalstoffen die via het kringloopcentrum geschikt kunnen gemaakt worden voor hergebruik, zoals meubelen, kleding, kleine huisraad, boeken, elektronische informatiedragers, speelgoed, e.d.
Afdeling 2 – Inzameling
Artikel 64
§ 1. Voor de inzameling van herbruikbare goederen kan een beroep gedaan worden op het door de OVAM erkend kringloopcentrum, werkzaam op het grondgebied van de gemeente. Deze gratis inzameling kan gebeuren op afroep. De contactgegevens van het kringloopcentrum zijn terug te vinden via het gemeentelijk informatieblad, de afvalkalender en via de gemeentelijke diensten. Met herbruikbare goederen kan men ook op het recyclagepark en in het kringloopcentrum terecht.
§ 2. Het staat het kringloopcentrum vrij om aangeboden herbruikbare goederen te weigeren indien deze niet dienstig zijn voor het kringloopcentrum. In dit geval mogen de door het kringloopcentrum geweigerde herbruikbare goederen meegegeven worden met het huisvuil, het grofvuil of naar het recyclagepark worden gebracht (afhankelijk over welke fractie het gaat).
Afdeling 3 - Wijze van aanbieding
Artikel 65
§ 1. Voor de inzameling maakt de aanbieder een afspraak met het kringloopcentrum over de aanlevermodaliteiten.
§ 2. Alle voorwerpen moeten zodanig aangeboden worden dat ze geen gevaar opleveren voor de ophalers van de afvalstoffen.
14 Hoofdstuk XV – Andere afvalstoffen
14.1 Batterijen
Afdeling 1 – Definitie
Artikel 66
Voor de toepassing van deze verordening wordt onder batterijen en accu’s verstaan: bron van door rechtstreekse omzetting van chemische energie verkregen elektrische energie, bestaande uit een of meer primaire (niet-oplaadbare) batterijcellen of uit een of meer secundaire (oplaadbare) batterijcellen. De volgende batterijen vallen niet onder deze definitie: batterijen en accu's in apparatuur die bestemd is om de ruimte ingestuurd te worden, en batterijen en accu's in apparatuur die wordt aangewend in samenhang met de bescherming van wezenlijke belangen in verband met de veiligheid van de lidstaten, wapens, munitie, en oorlogsmateriaal, met uitzondering van producten die niet voor specifieke militaire doeleinden zijn bestemd.
Afdeling 2 – Inzameling
Artikel 67
De inzameling van afgedankte batterijen en accu's gebeurt via het recyclagepark en de eindverkopers die daarvoor geschikte recipiënten plaatsen in hun verkoopruimte en via andere inzamelkanalen opgezet door een producent of beheersorganisme in uitvoering van de aanvaardingsplicht die daarvoor geschikte recipiënten ter beschikking stellen, onverminderd gemeentelijke bepalingen aangaande gebruik of inname van het openbaar domein. Samen met de afgedankte batterijen en accu's kunnen in deze recipiënten ook afgedankte zaklampen ingezameld worden.
Afdeling 3 - Wijze van aanbieding
Artikel 68
§ 1. De batterijen mogen geen afvalstoffen bevatten die vreemd zijn aan het afgedankte product.
14.2 Gasflessen (butaan- en propaangasflessen)
Afdeling 1 – Definitie
Artikel 69
Een gasfles is een vat waarin een gas, in dit geval vloeibaar gemaakt propaan (lpg) of butaan onder druk is of was opgeslagen.
Afdeling 2 – Inzameling
Artikel 70
§ 1. De inzameling gebeurt via FEBUPRO op wiens website (www.febupro.be) de inzamelpunten terug te vinden zijn.
§ 2. De inzameling van niet geperforeerde gasflessen voor éénmalig gebruik en gaspatronen gebeurt ook via het recyclagepark.
Afdeling 3 - Wijze van aanbieding
Artikel 71
§ 1. De gasflessen moeten onbeschadigd en met gesloten kraan aangeboden worden.
§ 2. Het is strikt verboden zonder voorafgaandelijk akkoord van de leverancier de merknaam van gasflessen te verwijderen, ze een andere bestemming te geven, ze onwettig op te slaan of te exporteren.
§ 3. Alle voorwerpen moeten zodanig aangeboden worden dat ze geen gevaar opleveren voor de geregistreerde inzamelaars, afvalstoffenhandelaars en -makelaars van de afvalstoffen.
14.3 Geneesmiddelen
Afdeling 1 – Definitie
Artikel 72
Voor de toepassing van deze verordening wordt onder geneesmiddelen verstaan: restanten van geneesmiddelen als vermeld in artikel 1 van de wet van 25 maart 1964 op de geneesmiddelen, met uitzondering van artikel 1bis van die wet, die farmaceutische specialiteiten zijn, en die aan een particulier werden verstrekt en waarvan hij zich ontdoet, wil ontdoen of moet ontdoen. Een specialiteit is elk vooraf bereid geneesmiddel dat onder een speciale benaming en in een bijzondere verpakking in de handel wordt gebracht. Lege glazen flessen van geneesmiddelen horen bij het verpakkingsglasafval.
Afdeling 2 – Inzameling
Artikel 73
§ 1. De inzameling gebeurt via de apotheek.
§ 2. Lege doordrukverpakkingen, verbanden, compressen, pleisters, watten doekjes, incontinentiemateriaal en luiers, teststrookjes en -strips, horen bij het huisvuil.
Afdeling 3 - Wijze van aanbieding
Artikel 74
§ 1. De aanbieder moet het papieren verpakkingsafval en de bijsluiters verwijderen.
14.4 Vuurwerk en munitie en andere ontplofbare stoffen
Afdeling 1 – Definitie
Artikel 75
Voor toepassing van deze verordening wordt onder vuurwerk en munitie verstaan : restanten van vuurwerk en munitie als vermeld in artikel 2 van het koninklijk besluit van 23 september 1958 houdende algemeen reglement op de springstoffen, zoals gewijzigd bij het koninklijk besluit van 1 februari 2000.
Afdeling 2 – Inzameling
Artikel 76
Deze afvalstoffen mogen niet meegegeven worden met het huisafval (omwille van zware veiligheidsrisico's die deze afvalstoffen met zich meebrengen voor de ophalers/verwerkers). Daarnaast is het evenzeer van belang dat dergelijk afval niet wordt achtergelaten als zwerfvuil omwille van de risico's voor o.m. spelende kinderen.
Munitie moet steeds worden ingeleverd bij de politie.
Vuurwerk en andere ontplofbare stoffen van huishoudelijke en vergelijkbare bedrijfsmatige oorsprong zijn niet toegelaten op het recyclagepark.
Afdeling 3 - Wijze van aanbieding
Artikel 77
§ 1. Gescheiden van andere afvalstoffen en bij voorkeur in de originele verpakking om de identificatie te vereenvoudigen.
§ 2. Alle voorwerpen moeten zodanig aangeboden worden dat ze geen gevaar opleveren voor de geregistreerde inzamelaars, afvalstoffenhandelaars en -makelaars van de afvalstoffen.
14.5 Gebruikte frituurvetten en -oliën
Afdeling 1 – Definitie
Artikel 78
Voor de toepassing van deze verordening wordt onder gebruikte frituurvetten en -oliën verstaan: alle voor voedingsdoeleinden gebruikte oliën van dierlijke of plantaardige oorsprong afkomstig van huishoudelijk of vergelijkbaar gebruik.
Afdeling 2 – Inzameling
Artikel 79
§ 1. De inzameling van gebruikte frituurvetten en -oliën gebeurt via het recyclagepark.
§ 2. Aanvullend kan de burger terecht bij eindverkopers die hiervoor de nodige recipiënten ter beschikking stellen in hun verkoopruimte.
Afdeling 3 - Wijze van aanbieding
Artikel 80
§ 1. Het is verboden de gebruikte frituurvetten en –oliën te mengen met andere afvalstoffen of oliën van minerale oorsprong.
§ 2. De gebruikte frituurvetten en –oliën biedt men aan in een daartoe geschikte fles, bij voorkeur de oorspronkelijke verpakking of een ander type plastic fles.
14.6 Bouw- en sloopafval
Afdeling 1 – Definitie
Artikel 81
Voor de toepassing van deze verordening wordt onder bouw- en sloopafval verstaan: materiaal afkomstig van bouw-, infrastructuur-, sloop-, ontmantelings- of renovatiewerken, waaronder zuivere steenslag, betonblokken, versteende cement, gips, kalk, plaasterplaten (o.a. Gyproc), asbest-cementplaten (o.a. Eternit), cellenbeton (o.a. Ytong), keramiek, asfalt van opritten, ontstaan door de normale werking van een particuliere huishouding en/of een vergelijkbare bedrijfsactiviteit, met uitzondering van grote hoeveelheden bouwafval, beton vermengd met ijzer, glas, hout en/of aarde.
Steenafval: zuivere steenslag, (gewapend) beton, versteende cement, betonnen palen … ontstaan door de normale werking van een particuliere huishouding en/of een daarmee vergelijkbare bedrijfsactiviteit, met uitzondering van vervuilde steenslag (bv. met grond), asfalt, keramiek, gips en kalk, cellenbeton, asbest, …
Keramiek: alle keramiek ontstaan door de normale werking van een particuliere huishouding en/of een daarmee vergelijkbare bedrijfsactiviteit zoals wc-potten, lavabo’s, tegels, stenen borden en tassen, porselein …, met uitzondering van steenafval.
Gips en kalk: bouwafval uit gips en kalk zoals gipsplaten, kalk, gips, bezetsel … ontstaan door de normale werking van een particuliere huishouding en/of een daarmee vergelijkbare bedrijfsactiviteit, met uitzondering van cement, stenen, asfalt …
Cellenbeton: alle schuimbeton ontstaan door de normale werking van een particuliere huishouding en/of een daarmee vergelijkbare bedrijfsactiviteit.
Asbestcement: alle voorwerpen uit gebonden asbest zoals eternieten golfplaten, schaliën, vlakke eterniet … ontstaan door de normale werking van een particuliere huishouding, met uitzondering van losse asbest, plastic golfplaten …
Afdeling 2 – Inzameling
Artikel 82
§ 1. De inzameling van bouw- en sloopafval gebeurt via het recyclagepark.
Afdeling 3 - Wijze van aanbieding
Artikel 83
Op het recyclagepark wordt een onderscheid gemaakt tussen steenafval, keramiek, gips en kalk, cellenbeton en asbestcement. Het bouw- en sloopafval dient gesorteerd aangeboden te worden.
Artikel 84
Gebonden asbesthoudende materialen worden verpakt aangeleverd op het recyclagepark in transparante, plastic folie van minimum 100 micron of transparante, plastic zakken van minimum 100 micron. Dit verpakt asbesthoudend afval wordt nadien door de bezoekers voorzichtig gedeponeerd in de hiervoor voorziene asbestzakken.
Stofverspreiding moet maximaal voorkomen worden, waartoe de folie en zakken worden afgeplakt met stevige plakband. Op het recyclagepark mag geen enkele bewerking uitgevoerd worden op het asbestafval.
14.7 Sloophout
Afdeling 1 – Definitie
Artikel 85
Voor de toepassing van deze verordening wordt onder sloophout verstaan: alle zuiver afvalhout afkomstig van constructiewerken, bouwmaterialen, meubilair en grote speeltuigen, ontstaan door de normale werking van een particuliere huishouding en/of een vergelijkbare bedrijfsactiviteit), met uitzondering van geïmpregneerde houtsoorten (tuinmeubelen), hout vermengd met ijzer of glas, treinbilzen.
Afdeling 2 – Inzameling
Artikel 86
§ 1. De inzameling van sloophout gebeurt via het recyclagepark.
14.8 Geëxpandeerd polystyreen (eps)
Afdeling 1 – Definitie
Artikel 87
Voor de toepassing van deze verordenig wordt onder geëxpandeerd polystyreen (eps) verstaan: zuiver witte piepschuim ontstaan door de normale werking van een particuliere huishouding en/of een vergelijkbare bedrijfsactiviteit met uitzondering van gekleurd piepschuim, verpakkingschips, verpakkingspiepschuim afkomstig van voedingsmiddelen, vervuild piepschuim, styrofoamplaten …
Afdeling 2 – Inzameling
Artikel 88
§ 1. De inzameling van eps gebeurt via het recyclagepark.
14.9 Harde plastics
Afdeling 1 – Definitie
Artikel 89
§ 1. Voor de toepassing van deze verordening wordt onder harde plastics verstaan:
alle harde kunststoffen ontstaan door de normale werking van een particuliere huishouding en/of een vergelijkbare bedrijfsactiviteit, m.u.v. EPS, thermohardende kunststoffen (o.a. vezelversterkte polyester), geschuimde en samengestelde kunststoffen (o.a. koelboxen en fietshelmen), kunststofverpakkingen die resten van gevaarlijke stoffen bevatten of daarmee zijn verontreinigd en pmd-kunststoffen.
§ 2. De aangeboden harde plastics mogen geen verpakkingen van voedingswaren, pmd, verpakkingen van gevaarlijke producten (kga), bouw- en isolatiematerialen, plastic blisters en straps, tuinslang, cd’s, dvd’s en videobanden (restafval) bevatten.
Afdeling 2 – Inzameling
Artikel 90
§ 1. De inzameling van de harde plastics gebeurt via het recyclagepark.
14.10 Kurk
Afdeling 1 – Definitie
Artikel 91
Voor de toepassing van deze verordening wordt onder kurk verstaan: alle afvalstoffen uit kurk, afkomstig van de normale werking van een particuliere huishouding en/of een vergelijkbare bedrijfsactiviteit, zoals stopsels, deksels, sluitingen, tegels, wandbedekking,…
Afdeling 2 – Inzameling
Artikel 92
§ 1. De inzameling van kurk gebeurt via het recyclagepark.
14.11 Autobanden
Afdeling 1 – Definitie
Artikel 93
§ 1. Voor de toepassing van deze verordening wordt onder autobanden verstaan afvalbanden voor personenwagens, 4x4, aanhangwagens en caravans afvalbanden met een maximale velgdiameter van 22 duim. Voor bestelwagens en lichte bedrijfsvoertuigen afvalbanden met een maximale velgdiameter van 17 duim. Voor motoren en scooters afvalbanden met een maximale velgdiameter van 21 duim.
§ 2. Banden afkomstig van professionele stromen; silobanden voor het afdekken van veevoeders, elke (brom)fiets-, vrachtwagen-, landbouw-, wegenbouw- en industrieband, banden afkomstig van sluikstorten, binnenbanden, rupsbanden en alle andere niet uit rubber vervaardigde banden behoren niet tot deze categorie.
Afdeling 2 – Inzameling
Artikel 94
§ 1. De inzameling van autobanden gebeurt via het recyclagepark.
Afdeling 3 - Wijze van aanbieding
Artikel 95
§ 1. De autobanden moeten zonder velg worden aangeboden.
§ 2. Er mogen maximaal 4 autobanden per aansluitpunt per jaar aanvaard worden.
15 Hoofdstuk XVI – Het recyclagepark
Afdeling 1 - Algemeen
Artikel 96
Het recyclagepark is een inrichting die tot doel heeft de gescheiden inzameling van huishoudelijke afvalstoffen en vergelijkbare bedrijfsafvalstoffen mogelijk te maken met het oog op de maximale recyclage van deze afvalstoffen.
Artikel 97
De intergemeentelijke recyclageparken zijn een netwerk van recyclageparken uitgerust met weegbruggen. Dit netwerk wordt in functie van de uitrol van het Masterplan Recyclageparken jaarlijks uitgebreid binnen het werkingsgebied van EcoWerf.
Artikel 98
Aanvullend kan de dienstverlening aangevuld worden met mobiele recyclageparken. De toegang tot deze parken kan door de gemeente worden beperkt tot bepaalde welomschreven doelgroepen (bijv. wijk of woonblok). De ingezamelde fracties zijn vaak beperkter dan op de normale recyclageparken.
Artikel 99
§ 1. De parkwachter kan te allen tijde het identiteitsbewijs van de bezoekers opvragen om te verifiëren of de bezoeker een inwoner van de gemeente is, dan wel een onderneming is die op het grondgebied van de gemeente is gevestigd. Indien de bezoeker dit niet kan aantonen, dan kan de toegang tot het recyclagepark ontzegd worden.
§ 2. Het recyclagepark is geopend op de door de opdrachthoudende vereniging EcoWerf bepaalde data en openingsuren. Buiten de openingsuren is het recyclagepark niet toegankelijk voor personen vreemd aan de dienst.
§ 3. Vrachtwagens en tractoren zijn niet toegelaten op het recyclagepark. Bestelwagens met aanhangwagens mogen niet langer dan 9 m zijn en het brutogewicht van 10 ton niet overschrijden.
Afdeling 2 - Gebruik van het recyclagepark
Artikel 100
§ 1. Op het recyclagepark mogen de hierna vermelde, vooraf maximaal gesorteerde huishoudelijke afvalstoffen en vergelijkbare bedrijfsafvalstoffen aangeboden worden. De afvalstoffen mogen slechts na goedkeuring van de aanwezige parkwachter, enkel in de daartoe voorbestemde en van een duidelijke vermelding voorziene container, recipiënt of opslagruimte gedeponeerd worden.
1. Papier en karton
2. Hol glas (wit en gekleurd glas gescheiden)
3. Bouw- en sloopafval: inert bouwpuin
4. Gebonden asbesthoudend afval
5. Pmd
6. Textiel en lederwaren
7. Oude metalen (metalen gemengd)
8. Groenafval: snoeihout en haagscheersel, gras- en bladafval, boomstronken
9. Houtafval
10. Afgedankte elektrische en elektronische apparaten (aeea)
11. Klein gevaarlijk afval (kga)
12. Grofvuil
13. Herbruikbare goederen
14. Eps (piepschuim)
15. Harde plastics
16. Vlak glas
17. Kurk
18. Autobanden
§ 2. De parkwachter heeft het recht alle maatregelen te nemen voor de controle van de aangeboden afvalstoffen en kan hiertoe de recipiënten laten openen en ledigen. Indien de parkwachter zijn/haar goedkeuring niet geeft aan de verwijdering van de aangeboden afvalstoffen via het recyclagepark, dient de aanbieder deze terug mee te nemen om ze op een andere verantwoorde manier te verwijderen.
Artikel 101
Tijdens de openingsuren is het recyclagepark permanent onder toezicht van de parkwachter.
Artikel 102
§ 1. Het is de parkwachter toegestaan de aanbrengers van afvalstoffen buiten de omheining te laten wachten indien er zich reeds teveel mensen op het recyclagepark bevinden, evenals in functie van een goede verkeersregeling op het recyclagepark.
§ 2. Kinderen jonger dan 12 jaar dienen vergezeld te zijn door een volwassen begeleider.
§ 3. Het is verboden dieren te laten rondlopen op het recyclagepark.
Artikel 103
§ 1. De afvalstoffen dienen gesorteerd te worden aangeboden, teneinde de verblijfsduur van de bezoekers op het terrein te beperken. De snelheid van de voertuigen is beperkt tot 5 km/uur. De motor dient stilgelegd te worden bij het lossen van de afvalstoffen. De bezoekers en de ophalers zijn ertoe gehouden de aanwijzingen van de parkwachter te volgen.
§ 2. Eens de afvalstoffen in de daartoe voorziene container worden gevoegd, mogen deze afvalstoffen niet meer opnieuw door een bezoeker van het recyclagepark worden meegenomen.
§ 3. Bezoekers met gebonden asbestafval dienen deze zelf voorzichtig te deponeren in de hiervoor voorziene asbestzakken. Stofverspreiding moet maximaal voorkomen worden. Er mag op het recyclagepark geen enkele bewerking op het asbestafval worden uitgevoerd.
Het aanleveren van gebonden asbestafval kan onderworpen zijn aan een online reservatiesysteem. Indien dit systeem actief is kan enkel met reservatie het asbestafval aangeleverd worden.
Artikel 104
§ 1. De gebruikers van het recyclagepark moeten de omgeving van de containers en de overige ruimte van het terrein steeds rein houden. Zij kunnen door de parkwachter verzocht worden het door hen bevuilde terrein te reinigen.
§ 2. Tijdens de sluitingsuren van het recyclagepark is het verboden om afval voor de toegangspoorten te deponeren of over de omheining op het recyclagepark te gooien. Dergelijke handelingen worden gelijkgesteld met sluikstorten.
Artikel 105
§ 1. Op het recyclagepark is het verboden te roken (uitgezonderd in de aangeduide rokerszone) of om op enige andere wijze vuur te maken. Het is verboden om enige beschadiging aan te brengen aan de omheining, containers, gebouwen, beplantingen of uitrusting.
§ 2. Het publiek betreedt het recyclagepark op eigen verantwoordelijkheid. De gemeente of intergemeentelijke samenwerking is niet aansprakelijk voor eventuele beschadiging van persoonlijke goederen, diefstal of lichamelijke letsels.
16 Hoofdstuk XVII – Gebruik van een gehuurde afzetcontainer
Artikel 106
§ 1. De inwoner die naast de reguliere inzameling zich wil ontdoen van afvalstoffen via een afzetcontainer, dient hiervoor steeds toelating te vragen aan het college van burgemeester en schepenen. Het is de inwoner zelf die deze toelating moet aanvragen. Deze aanvraag kan niet overgedragen worden aan de containerfirma die de container plaatst. De toelating kan gepaard gaan met een tijdelijk parkeerverbod.
§ 2. Deze toelating zit vervat in de aanvraag voor inname van het openbaar domein.
Artikel 107
Indien de afzetcontainer op de openbare weg geplaatst wordt, moet de betrokken container voorzien zijn van rode en witte strepen aan de voor- en achterkant en dit over minstens 1 vierkante meter per kant. Een verkeersbord met symbool D1 moet voorzien worden boven de container en een oranjegeel knipperlicht dient aangebracht te worden boven dit verkeersbord.
Artikel 108
De toelating moet toegekend zijn, alvorens de afzetcontainer door de containerfirma mag geleverd worden. De termijnen (begin- en einddatum) van deze toelating moeten gerespecteerd worden. Indien de container niet is verwijderd tegen de dag zoals bepaald in de toelatingsbeslissing dan zal de gemeente de inwoner die de aanvraag heeft ingediend hiervoor aansprakelijk stellen.
17 Hoofdstuk XVIII – Handhaving en Strafbepalingen
Artikel 109
§ 1. Wanneer afvalstoffen worden achtergelaten op een wijze of op een plaats in strijd met deze verordening kan de burgemeester jegens de overtreder de onmiddellijke opruiming van de in artikel 5, § 1 bedoelde afvalstoffen bevelen. Dit bevel wordt per aangetekend schrijven aan de overtreder bezorgd. De overtreder beschikt over een termijn van maximum één week, te rekenen vanaf de ontvangst van het bevel van de burgemeester. Indien de overtreder weigert de afvalstoffen binnen de door de burgemeester vastgestelde termijn te verwijderen, is de gemeente gemachtigd ambtshalve en op kosten van de overtreder, de betrokken afvalstoffen op te ruimen of te laten opruimen.
§ 2. Indien geen overtreder kan aangeduid worden, kan de burgemeester jegens de eigenaar van het perceel waarop afvalstoffen werden achtergelaten in strijd met deze verordening de onmiddellijke verwijdering van de in artikel 5, § 1 bedoelde afvalstoffen bevelen. Dit bevel wordt per aangetekend schrijven aan de eigenaar bezorgd. De eigenaar beschikt over een termijn van maximum één week, te rekenen vanaf de ontvangst van het bevel van de burgemeester. Indien de eigenaar weigert de afvalstoffen binnen de door de burgemeester vastgestelde termijn te verwijderen, is de gemeente gemachtigd ambtshalve en op kosten van de eigenaar, de betrokken afvalstoffen op te ruimen of te laten opruimen.
§ 3. Indien alsnog een overtreding wordt vastgelegd, kan de in artikel 7, § 3 bedoelde eigenaar de kosten van de verwijdering van de in artikel 5, § 1. bedoelde afvalstoffen verhalen op de overtreder.
§ 4. Ongeacht artikel 7, § 2 en 3 is de gemeente gemachtigd ambtshalve en op kosten van de overtreder, de betrokken afvalstoffen op te ruimen of te laten opruimen, wanneer de afvalstoffen worden achtergelaten op een wijze of een plaats in strijd met deze politieverordening of met andere wettelijke bepalingen.
§ 5. Naar aanleiding van een ambtshalve verwijdering, overeenkomstig artikel 7, § 2, § 3 en § 5, kan de burgemeester gemeentelijke ambtenaren de opdracht geven het afval grondig te onderzoeken teneinde de identiteit van de overtreder te achterhalen.
§ 6. Wanneer een overtreding van een bepaling is begaan met een motorvoertuig wordt bij afwezigheid van de identificatie van de bestuurder de administratieve geldboete ten laste gelegd van de houder van de kentekenplaat van het voertuig. De houder van de kentekenplaat mag met alle middelen aantonen wie op het ogenblik van de feiten met het voertuig reed. Zo de door de houder van de kentekenplaat aangeduide persoon de inbreuk niet afdoend weerlegt of ontkent, wordt de administratieve geldboete hem ten laste gelegd.
Artikel 110
§ 1. In geval van overtreding van dit reglement kan de politie of GAS-vaststellers aangesteld door de gemeenteraad de overtreder aanmanen om de niet-reglementaire toestand ongedaan te maken. De politie of GAS-vaststellers aangesteld door de gemeenteraad is bevoegd voor de vaststelling van alle overtredingen vervat in dit politiereglement.
§ 2. De inbreuken op deze verordening worden gestraft met een gemeentelijke administratieve geldboete zoals bedoeld in artikel 119bis van de Gemeentewet, voor zover wetten, besluiten, decreten, algemene en provinciale reglementen of verordeningen niet in andere straffen voorzien.
Overeenkomstig de wet van 24 juni 2013 kunnen volgende administratieve sancties worden opgelegd:
1° een administratieve geldboete die maximaal 175 euro of 350 euro bedraagt, naargelang de overtreder minderjarig of meerderjarig is;
2° de administratieve schorsing van een door de gemeente verleende toestemming of vergunning;
3° de administratieve intrekking van een door de gemeente verleende toestemming of vergunning;
4° de tijdelijke of definitieve administratieve sluiting van een inrichting.
§ 3. Alternatieve maatregelen voor de administratieve geldboete bedoeld in § 2 zijn :
1° de gemeenschapsdienst, gedefinieerd als zijnde een prestatie van algemeen belang uitgevoerd door de overtreder ten gunste van de collectiviteit;
2° de lokale bemiddeling, gedefinieerd als zijnde een maatregel die het voor de overtreder mogelijk maakt om, door tussenkomst van een bemiddelaar, de veroorzaakte schade te herstellen of schadeloos te stellen of om het conflict te doen bedaren.
§ 4. De administratieve sanctie is proportioneel in functie van de zwaarte van de feiten die haar verantwoorden en in functie van de eventuele herhaling. Herhaling bestaat wanneer de overtreder reeds werd gesanctioneerd voor eenzelfde inbreuk binnen de vierentwintig maanden voorafgaand aan de nieuwe vaststelling van de inbreuk.
De vaststelling van meerdere samenlopende inbreuken op dezelfde reglementen of verordeningen, geeft aanleiding tot één enkele administratieve sanctie, in verhouding tot de ernst van het geheel van de feiten.
18 Hoofdstuk XXI – Slotbepalingen
Artikel 111
Deze verordening zal bekend gemaakt worden overeenkomstig de artikels 286, 287 en 288 van het Decreet Lokaal Bestuur.
Artikel 112
Een afschrift van deze verordening wordt conform artikel 119 van de Nieuwe Gemeentewet, dadelijk toegezonden aan de Deputatie, aan de griffie van de rechtbank van eerste aanleg en aan die van de politierechtbank. Ter kennisgeving zal eveneens een afschrift worden toegezonden aan de OVAM.
Artikel 113
§ 1. Dit reglement treedt in werking op 1 januari 2022.
§2. De gemeenteraadsbeslissing van 26/11/2020 betreffende "Politieverordening betreffende het beheer van huishoudelijke afvalstoffen en vergelijkbare bedrijfsafvalstoffen" wordt opgeheven.
Art.2:
Onderhavig reglement bekend te maken conform het DLB.
BESLUIT:
De gemeenteraad neemt kennis van de volgende vragen van de raadsleden en de antwoorden namens het schepencollege.
Raadslid M. Boyen vraagt wat er mis is met de waterleidingen op de N3 gelet op de waterlekken die zich dit jaar 3x kort na elkaar en op kleine afstand van elkaar hebben voorgedaan Scheelt er iets aan de waterleidingen? De Burgemeester zal dit opnemen met DWG en volgende vergadering terugkoppelen.
Raadslid M. Boyen polst naar de stavaza inzake mogelijke fusieplannen en vraagt wanneer de aangekondigde commissie daarvoor zal opgericht worden. De burgemeester deelt mee dat er tot op heden enkel informele stappen werden gezet en dat het dossier zeker naar de gemeenteraad of binnen een daartoe op te richten commissie zal worden gebracht.
Raadslid L. Everaerts vraagt naar de stand van zaken betreffende de herstelling van de Lindeweg. De voorzitter d.d. R. Mertens verduidelijkt dat het om de verbinding Lindeboom naar verharde weg gaat en deelt mee dat het college een opdracht heeft uitgeschreven voor een aantal herstellingswerken naar aanleiding van de wateroverlast. L. Everaerts deelt ook mee dat in diezelfde straat gaswerken werden uitgevoerd zonder dat de bewoners verwittigd waren. De voorzitter d.d. R. Mertens zal dit laten weten aan Fluvius.
Raadslid L. Everaerts krijgt opmerkingen dat het RP te duur is. Kan er niet gewerkt worden met seizoenskaarten om tegemoet te komen aan de burger? De voorzitter d.d. R. Mertens verwijst naar de evaluatie van het RP. Er werd afgesproken om de dekkingsgraad van het RP te verhogen. De vervuiler betaalt is het standpunt. En de tarieven zijn vanuit dat oogpunt bepaald. Er zijn al heel wat tegemoetkomingen aan de burger in de zin van gratis fracties.
Raadslid L. Everaerts stelt via interne bron gehoord te hebben dat een personeel bewust op zaterdag zou komen werken, omdat zaterdagwerk extra gehonoreerd wordt, en daarbuiten verlof en/of overuren wordt genomen. De AD is hiervan niet op de hoogte en vraagt L. Everaerts concrete informatie te bezorgen, maar aangezien dit over personen gaat buiten de publieke vergadering van de gemeenteraad.
Raadslid L. Everaerts stelt vast dat het stadhuis slechts 2,5 dagen geopend is. De AD antwoordt dat het op afspraak werken een gevolg is van de verplichting tot thuiswerken tijdens corona. Deze verplichting werd sterk gecontroleerd door de Arbeidsinspectie. De vraag tot het continueren van telewerk wordt vanuit diverse hoeken gesteld. Dit betekent een aanpassing van de publieke dienstverlening met een goed evenwicht tussen vrije toegang voor het publiek en werken op afspraak. Los van alle verwachtingen, die momenteel zeer hoog liggen op het vlak van organisatie en het inkantelen van 2 organisaties, wordt geprobeerd dit najaar werk te maken van een goed voorstel betreffende de combinatie thuiswerk, vrije toegang van de publieke dienstverlening en het werken op afspraak. Het reglement telewerk ligt klaar om behandeld te worden door het college/VB in oktober.