De voorzitter opent de zitting op 26/09/2024 om 20:00.
Gelet op het decreet lokaal bestuur, inzonderheid artikel 32,277,278;
Gelet op het door de algemeen directeur voorgelegde ontwerp van de notulen;
Gelet op het zittingsverslag;
Gelet op het decreet van 22/12/2017 over het lokaal bestuur;
Gelet op het decreet van 16/01/2004 op de begraafplaatsen en de lijkbezorging;
Gelet op het besluit van de Vlaamse Regering van 14/05/2004 tot organisatie, inrichting en beheer van begraafplaatsen en crematoria;
Gelet op het huishoudelijk reglement op de begraafplaatsen van de stad Zoutleeuw, vastgesteld door de Gemeenteraad op 25/04/2024;
Gelet op het belasting- en retributiereglement voor de gemeentelijke begraafplaatsen, zoals vastgesteld door de Gemeenteraad op 25/04/2024;
Gelet op het reglement tot vaststelling van de procedure tot ontruiming of regularisatie van de niet-geconcedeerde begravingen waarvoor de bewaartermijn is verstreken, zoals vastgesteld door de Gemeenteraad op 25/04/2024;
Gelet op de beslissing van het college van 29/04/2024 tot vaststelling van de lijst per begraafplaats van de begravingen die onderworpen zijn aan het reglement tot vaststelling van de procedure tot ontruiming of regularisatie van de niet-geconcedeerde begravingen waarvoor de bewaartermijn is verstreken;
Overwegende dat de Gemeenteraad op 25/04/2024 nieuwe reglementeringen heeft vastgesteld voor de gemeentelijke begraafplaatsen; dat de voorheen bestaande reglementeringen niet meer afdoende beantwoordden aan de aangepaste regelgeving en de veranderende maatschappelijke gewoonten op het vlak van lijkbezorging; dat de nieuwe reglementering tevens de basis zal vormen voor de ontwikkeling van een vernieuwde visie en beleidsplanning voor de begraafplaatsen, o.m. op het vlak van ruimtelijk beheer;
Overwegende dat tevens werd vastgesteld dat voor een groot aantal begravingen de bewaartermijn was verstreken en dat deze begravingen zich bijgevolg in een rechtsonzeker juridisch vacuüm bevonden; dat de Gemeenteraad om die reden besloot om door middel van een tijdelijk reglement de belanghebbenden de kans te bieden een concessie te nemen, vooraleer tot ontruiming kan worden besloten; dat de belanghebbenden van 15/05/2024 tot 31/05/2025 de mogelijkheid hebben om een concessie aan te vragen en de juridische toestand van de begraving te regulariseren;
Overwegende dat het nieuwe huishoudelijk reglement op de begraafplaatsen van de stad Zoutleeuw en het belasting- en retributiereglement voor de gemeentelijke begraafplaatsen op 01/05/2024 in werking zijn getreden; dat het tijdelijk reglement tot vaststelling van de procedure tot ontruiming of regularisatie van de niet-geconcedeerde begravingen waarvoor de bewaartermijn is verstreken van kracht is sedert 25/04/2024; dat een eerste evaluatie van de nieuwe reglementeringen werd uitgevoerd nadat deze ruim twee maanden van toepassing zijn; dat enkele toepassingsproblemen worden gemeld op het vlak van 1) de verplichting tot voorafgaande betaling van de retributie in geval er voor meerdere begravingen een concessie wordt aangevraagd in het kader van de regularisatieprocedure en 2) de strikte regels op het gebied van bijzetting en bijbegraving in (vervallen) niet-geconcedeerde percelen, die klaarblijkelijk op een abrupte wijze afbreuk doen aan in het verleden en met name vóór 1 januari 2005 gecreëerde verwachtingen bij de burgers;
Overwegende dat vooreerst wordt vastgesteld dat sommige nabestaanden met beperkte (pensioen)inkomsten geconfronteerd worden met meerdere vervallen begravingen van dierbaren, die voor regularisatie in aanmerking komen; dat deze begravingen kunnen worden geregulariseerd door middel van een concessie, waarvoor de retributie, volgens het reglement, voorafgaand aan de toekenning moet zijn betaald; dat de regel van de voorafgaandelijke betaling van de retributie reeds van kracht was in de voorheen bestaande reglementering; dat evenwel de situatie van meerdere tegelijkertijd te regulariseren begravingen zich nog nooit eerder heeft voorgedaan; dat moet worden voorkomen dat belanghebbenden met beperktere financiële mogelijkheden de begraving van hun dierbaren moeten afstaan om louter financiële redenen of dat zij zouden worden gedwongen tot het maken van een verscheurende keuze tussen begraven familieleden omdat zij niet over de reserves beschikken om voor alle begravingen de retributie vooraf te betalen; dat om die reden in de reglementering de mogelijkheid moet worden ingevoegd om de retributie op termijn af te betalen in het geval er meerdere concessies ter regularisatie op hetzelfde ogenblik worden aangevraagd; dat deze concessies na termijn ook op hetzelfde ogenblik zullen verstrijken; dat om die reden in het retributiereglement een gelijkaardige regeling moet worden opgenomen voor de verlenging van deze concessies; dat de afbetaling van de verschuldigde retributies kan worden toegelaten conform de criteria vermeld in het dispositief;
Overwegende dat vervolgens problemen worden vastgesteld met de strikte regels inzake het verbod op bijzetting of bijbegraving in niet-geconcedeerde begravingen; dat bijzetting of bijbegraving in het geval van kosteloze begraving niet is voorzien in artikel 18 van het decreet van 16/01/2004 en dat dit ook moet worden uitgesloten voor alle niet-geconcedeerde begravingen die plaatsvinden vanaf de datum van inwerkingtreding van het nieuwe huishoudelijk reglement (01/05/2024); dat evenwel uit meerdere van mekaar onafhankelijke gevallen is gebleken dat belanghebbenden in de periode vóór 2005 niet zijn gewezen op het onderscheid tussen geconcedeerde en niet-geconcedeerde begravingen en dat bij deze nabestaanden minstens de indruk is gewekt dat bijbegraving of bijzetting in een niet-geconcedeerde begraving tot de mogelijkheden behoorde; dat werd vastgesteld dat dit in sommige gevallen in het verleden ook effectief is gebeurd; dat meerdere personen die om een regularisatie komen verzoeken ontredderd achterblijven als hen wordt meegedeeld dat in de geregulariseerde concessie geen bijbegraving of bijzetting meer mogelijk is; dat zij er oprecht van overtuigd waren dat de overlevende echtgenoot of partner nog zou kunnen worden bijgezet of bijbegraven; dat niet kan worden achterhaald in welke mate deze personen hierover destijds door het stadsbestuur of door derden werden geïnformeerd, maar dat rekening moet worden gehouden met het feit dat zij destijds beslissingen hebben genomen op basis van de informatie die hen was meegedeeld en dat zij in de waan zijn gebracht dat de overlevende echtgenoot of partner nog zou kunnen worden bijbegraven of bijgezet in de niet-geconcedeerde begraving; dat in geval van een regulariserende concessie op grond van het reglement tot vaststelling van de procedure tot ontruiming of regularisatie van de niet-geconcedeerde begravingen waarvoor de bewaartermijn is verstreken nog één bijbegraving of bijzetting mogelijk moet worden gemaakt en dat het reglement in die zin moet worden aangepast; dat tevens een technische aanpassing aan artikel 8, 1°, van het huishoudelijk reglement vereist is voor de gevallen waarin in het verleden effectief een bijbegraving of bijzetting blijkt te zijn gebeurd in een niet-geconcedeerde begraving;
Overwegende dat de reglementen dienen te worden aangepast, zoals vermeld in het dispositief;
BESLUIT:
Artikel 1:
In het reglement tot vaststelling van de procedure tot ontruiming of regularisatie van de niet-geconcedeerde begravingen waarvoor de bewaartermijn is verstreken, zoals vastgesteld door de Gemeenteraad op 25/04/2024, worden de volgende wijzigingen aangebracht:
1) in artikel 5, waarvan de bestaande tekst §1 zal vormen, wordt een §2 ingevoegd, luidend als volgt:
'§2. In afwijking van §1 kan de belanghebbende het retributietarief in schijven afbetalen als de volgende cumulatieve voorwaarden vervuld zijn:
Als tenminste één van de in het eerste lid vermelde voorwaarden niet is vervuld, weigert het college de concessies.'
2) in artikel 6 wordt het tweede lid vervangen als volgt:
'In de overeenkomstig artikel 4 verleende concessies kan met toelating van het college nog maximaal één bijzetting of bijbegraving gebeuren. In dat geval wordt de concessie ambtshalve en kosteloos hernieuwd met een termijn van 10 jaar die aanvangt op de datum van de begraving van de persoon die wordt bijbegraven of bijgezet.'
Art. 2:
In het huishoudelijk reglement op de begraafplaatsen van de stad Zoutleeuw, zoals vastgesteld door de Gemeenteraad op 25/04/2024, worden de volgende wijzigingen aangebracht:
1) in artikel 8, 1 worden de woorden ', mits de concessie is aangevraagd voor 1/01/2016' geschrapt
2) in artikel 10, §1, eerste lid, wordt de laatste zin aangevuld als volgt: 'of dat een afbetaling in schijven kan worden toegestaan voor de gelijktijdige verlenging van meerdere concessies, overeenkomstig de bepalingen van het belasting- en retributiereglement.'
Art. 3:
In het belasting- en retributiereglement voor de gemeentelijke begraafplaatsen, zoals vastgesteld door de Gemeenteraad op 25/04/2024, wordt in artikel 7, waarvan de bestaande tekst §1 zal vormen, wordt een §2 ingevoegd, luidend als volgt:
'§2. In afwijking van §1 kan de belanghebbende het retributietarief in schijven afbetalen als de volgende cumulatieve voorwaarden vervuld zijn:
Als tenminste één van de in het eerste lid vermelde voorwaarden niet is vervuld, weigert het college de concessies.'
Art. 4:
De artikelen 1 tot en met 3 treden in werking op 26/09/2024.
Art. 5:
Deze beslissing in te schrijven op de lijst die wordt bekendgemaakt overeenkomstig artikel 285, §1, van het decreet van 22/12/2017 over het lokaal bestuur. Huidige beslissing wordt tevens bekendgemaakt overeenkomstig artikel 286, §1, 1°, van hetzelfde decreet. Op de webtoepassing van de stad wordt een gecoördineerde versie gepubliceerd van de in de artikelen 1 tot 3 vermelde reglementen.
Gelet op het decreet over het lokaal bestuur van 22/12/2017, art 263 betreffende de opvolgingsrapportering;
Gelet op het besluit van de Vlaamse Regering van 30/03/2018 over de beleids- en beheerscyclus, art. 29;
Gelet op het Ministerieel besluit van 26/06/2018 tot vaststelling van de modellen en de nadere voorschriften van de beleidsrapporten, de rekeningen-stelsels en de digitale rapportering van over de beleids- en beheerscyclus, art. 5;
Gelet op de voorgelegde opvolgingsrapportering 1e semester 2024;
Overwegende dat het past tot de kennisname van de opvolgingsrapportering over te gaan;
BESLUIT:
Artikel 1:
De gemeenteraad neemt kennis van de opvolgingsrapportering 1e semester 2024.
Art. 2:
Deze beslissing bekend te maken conform de wettelijke bepalingen.
Gelet op de grondwet, artikel 173;
Gelet op het decreet lokaal bestuur van 22/12/2017, artikel, 40 §3 en 41, lid 2, 14°;
Gelet op het ministerieel besluit tot toekenning van een subsidie aan Ecowerf voor een project in het kader van het asbestafbouwbeleid (perceel bronophaling);
Gelet op de beslissing van de gemeenteraad d.d. 22/04/2021 betreffende het retributiereglement inzameling asbest aan huis;
Overwegende dat de Vlaams minister van Omgeving op 3/12/2020 de projectaanvraag van EcoWerf goedkeurde om via huis-aan-huis-inzameling de asbestafbouw in Vlaanderen te versnellen;
Overwegende dat EcoWerf zich richt op asbesthoudende golfplaten en leien van particulieren;
Overwegende dat EcoWerf een wijziging heeft doorgevoerd in de werkwijze van asbestophaling aan huis, i.e. vanaf nu kan men op elk adres maximum 8 platen- of kuubzakken aanvragen (komt neer op ongeveer 240m² i.p.v. 5 platen- of kuubzakken voor 150 m² dak). De werkwijze is als volgt:
Overwegende dat ook KMO’s en verenigingen kunnen deelnemen aan het project;
Overwegende dat met ingang van 1 juni 2021 een tarief wordt geheven voor natuurlijke personen, rechtspersonen en/of verenigingen die verzoeken om:
Overwegende dat bij de aankoop van minstens één asbestzak twee veiligheidskits zijn inbegrepen. De aanvrager kan een bijkomende veiligheidskit aankopen;
Overwegende dat de organisatie van de dienstverlening kadert in het versneld asbestafbouwbeleid zoals uitgewerkt door de OVAM dat streeft naar een versnelling in de afbouw van alle risicovolle asbesthoudende materialen uit onze leefomgeving binnen het Vlaamse gewest;
Overwegende dat de organisatie van de aanvraag en de inzameling van de plaatzakken of kuubzakken voor asbest gebeurt door EcoWerf waarbij de aanvraag- en aanbiedingsvoorwaarden zoals vastgelegd door EcoWerf dienen nageleefd te worden;
Overwegende dat het project start op 1/06/2021 tot april 2026;
BESLUIT:
Artikel 1:
Het retributiereglement inzameling asbest aan huis d.d. 22/04/2021 wordt opgeheven vanaf de inwerkingtreding van dit reglement.
Art. 2:
§1. De retributie bedraagt voor een:
§2. Er kunnen jaarlijks maximum acht kuubzakken of acht plaatzakken (of een combinatie van zakken beperkt tot acht stuks) per adres aangekocht worden. Hierbij zijn twee veiligheidskits en het ophalen van de kuub- of plaatzakken aan huis inbegrepen.
Art. 3:
Procedure:
Art. 4:
EcoWerf wordt gemachtigd om de retributies, zoals vermeld in artikel 2, te innen. De wijze van betaling gebeurt uitsluitend op de door EcoWerf voorgeschreven wijze met name via Bancontact bij aflevering van de zakken.
Art. 5:
Dit reglement treedt in werking op 1/10/2024.
Gelet op het decreet lokaal bestuur;
Gelet op de beslissing van de gemeenteraad d.d. 31/05/2011 betreffende het retributiereglement op de verkoop van keukenafvalbakjes, composteerbare keukenafvalzakjes en composteerbare GFT-zakken;
Overwegende dat de gunning van de overheidsopdracht voor levering van keukenafvalbakjes met bijhorende composteerbare zakjes van 10 liter, alsook voor composteerbare zakken voor GFT-containers van 40 liter, 120 liter en 240 liter aan The Compost Bag Company aan Herent werd gegund;
Overwegende dat de stad van EcoWerf een prijslijst ontving met geadviseerde verkoopprijzen;
Overwegende dat EcoWerf fungeert als aankoopcentrale, de stad zelf bestelt bij de opdrachtnemer en deze rechtstreeks factureert aan de stad;
BESLUIT:
Artikel 1:
Het retributiereglement op de verkoop van keukenafvalbakjes, composteerbare keukenafvalzakjes en composteerbare GFT-zakken d.d. 31/05/2011 wordt opgeheven vanaf de inwerkingtreding van dit reglement.
Art. 2:
De stad heft een retributie op de verkoop van de volgende artikelen:
Art. 3:
De retributie wordt als volgt vastgesteld:
Art. 4:
De retributie is contant betaalbaar en is verschuldigd door de personen die van de in art. 2 omschreven dienst gebruikmaken.
Art. 5:
Dit reglement treedt in werking op 1/10/2024.
Gelet op het eredienstendecreet van 07/05/2004 en latere wijzigingen;
Gelet op het besluit van de Vlaamse Regering van 13/10/2006 houdende het algemeen reglement op de boekhouding van de besturen van de erkende erediensten en van de centrale besturen van de erkende erediensten en latere wijzigingen;
Gelet op het besluit van de Vlaamse Minister van 27/11/2006 en latere wijzigingen;
Gelet op de omzendbrief BB/2013/01 van 01/03/2013 over de boekhouding van de besturen van de eredienst;
Gelet op het Decreet Lokaal Bestuur van 22/12/2017;
Gelet op het gunstig advies van het aartsbisdom Mechelen-Brussel d.d. 12/08/2024;
Overwegende dat het centraal kerkbestuur Zoutleeuw een budgetwijziging boekjaar 2024 van het kerkbestuur Sint-Martinus Dormaal heeft ingediend;
Overwegende dat er sprake is van een budgetwijziging op vlak van investeringen; dat de jaarrekening van 2023 van kerkbestuur Sint-Martinus immers afsloot met een investeringstekort van €1.575,53; dat dit tekort werd veroorzaakt door een foutieve boeking van kerkbestuur Sint-Martinus vanuit exploitatie (zichtrekening Belfius) naar investeringen (patrimoniumrekening bij BNP Paribas - de kosten van de straight loan voor de financiering van de investeringsuitgaven voor de restauratie van het dak);
Overwegende dat de jaarrekening door de Gemeenteraad in zitting van 25/04/2024 gunstig werd geadviseerd met de opmerking dat dit tekort via een budgetwijziging in 2024 moest worden weggewerkt;
Overwegende dat in de loop van januari 2024 het bedrag van €1.575,53 opnieuw werd overgeboekt van de patrimoniumrekening naar de zichtrekening bij Belfius; dat dit geen enkele invloed heeft op de investeringstoelage, deze blijft €0,00;
Overwegende dat het kerkbestuur Sint-Martinus in de exploitatie werd geconfronteerd met een aantal onvoorziene kosten (aanpassingen elektriciteit en elektriciteitskast en -deur – opgelegd door de brandweer in het Kosterhuis, onderhoud van het Loret-orgel in de kerk en een metalen ladder aan de klokkentoren (opgelegd na inspectie)); dat voor al deze onvoorziene exploitatie-uitgaven, door het overschot in de exploitatie in 2023 volledig te gebruiken, geen extra exploitatietoelage 2024 wordt gevraagd;
Overwegende dat er niets wijzigt aan de gemeentelijke bijdrage in deze budgetwijziging zowel op vlak van investeringen als op vlak van exploitatie;
Overwegende dat de gemeentelijke bijdrage bijgevolg nog steeds binnen de grenzen past van de bijdrage die werd opgenomen in het laatst goedgekeurd meerjarenplan 2020-2025;
Op voorstel van het college van burgemeester en schepenen;
Na beraadslaging;
BESLUIT:
Artikel 1:
Akte te nemen van de budgetwijziging 2024 van het kerkbestuur Sint-Martinus Dormaal.
Art. 2 :
Een afschrift van onderhavige beslissing over te maken aan het bisdom, het betrokken kerkbestuur en het centraal kerkbestuur.
Gelet op het eredienstendecreet van 07/05/2004 en latere wijzigingen;
Gelet op het besluit van de Vlaamse Regering van 13/10/2006 houdende het algemeen reglement op de boekhouding van de besturen van de erkende erediensten en van de centrale besturen van de erkende erediensten en latere wijzigingen;
Gelet op het besluit van de Vlaamse Minister van 27/11/2006 en latere wijzigingen;
Gelet op de omzendbrief BB/2013/01 van 01/03/2013 over de boekhouding van de besturen van de eredienst;
Gelet op het Decreet Lokaal Bestuur van 22/12/2017;
Gelet op het gunstig advies van het aartsbisdom Mechelen-Brussel d.d. 12/08/2024;
Overwegende dat het centraal kerkbestuur Zoutleeuw het budget 2025 van het kerkbestuur Sint-Martinus Dormaal heeft ingediend;
Overwegende dat voor 2025 de exploitatieontvangsten €1.073,55 en -uitgaven €15.017,66 bedragen; dat er, na inbreng van het gecorrigeerd exploitatieoverschot 2023 ten bedrage van €4.289,58, een gemeentelijke exploitatietoelage van €9.654,53 wordt gevraagd; dat de exploitatietoelage reeds werd goedgekeurd door de gemeenteraad in zitting van 22/09/2022 door de goedkeuring van de aanpassing MJP 2020-2025 voor het bedrag van €10.642,50; dat de exploitatietoelage die nu wordt gevraagd, lager is dan het initieel goedgekeurde bedrag;
Overwegende dat het kerkbestuur Sint-Martinus Dormaal geen investeringen voorziet in 2025 en er bijgevolg dus geen investeringstoelage gevraagd wordt;
Overwegende dat de gemeentelijke bijdrage in het budget 2025 past binnen de grenzen van de bijdrage die werd opgenomen in de voorgelegde MJPa 2020-2025;
Op voorstel van het College van Burgemeester en Schepenen;
BESLUIT:
Artikel 1:
Akte te nemen van het budget 2025 van het kerkbestuur Sint-Martinus Dormaal.
Art. 2 :
Een afschrift van onderhavige beslissing over te maken aan het bisdom, het betrokken kerkbestuur en het centraal kerkbestuur.
Gelet op het eredienstendecreet van 07/05/2004 en latere wijzigingen;
Gelet op het besluit van de Vlaamse Regering van 13/10/2006 houdende het algemeen reglement op de boekhouding van de besturen van de erkende erediensten en van de centrale besturen van de erkende erediensten en latere wijzigingen;
Gelet op het Besluit van de Vlaamse Minister van 27/11/2006 en latere wijzigingen;
Gelet op de omzendbrief BB/2013/01 van 01/03/2013 over de boekhouding van de besturen van de eredienst;
Gelet op het Decreet Lokaal Bestuur van 22/12/2017;
Gelet op de jaarrekening boekjaar 2022 (financieel gedeelte en toelichting) van het kerkbestuur Sint-Bartolomeus Halle-Booienhoven ingediend door het centraal kerkbestuur op 30/08/2024;
Gelet op de mail van ReligioSoft d.d. 17/05/2024 m.b.t. de opmerkingen betreffende jaarrekening 2022 van Sint-Bartholomeus;
Overwegende dat de jaarrekening 2022 van het kerkbestuur Sint-Bartholomeus Halle-Booienhoven werd goedgekeurd door de kerkraad op 24 mei 2024 met €16.753,64 als exploitatieontvangsten en €10.958,04 als exploitatie-uitgaven en een exploitatieoverschot van €15.323,38; dat er een aantal kleine overschrijdingen ten opzichte van het budget 2022; dat dit in de exploitatie-ontvangsten gaat over €693,97 die werd ontvangen als terugbetaling voor de verzekering van het klooster vanwege de Chiro; dat ook wat de exploitatie-uitgaven betreft deze wijzigingen niet zijn weggewerkt d.m.v. een interne kredietaanpassing aangezien hierover geen documentatie bestaat in de notulen van de kerkraad en er geen enkele hoofdfunctie werd overschreven; dat de uitgaven bijgevolg passen binnen het voorziene budget; dat op 1/08/2022 €6.557,67 werd overgeschreven van een werkingsrekening (spaarrekening) naar een patrimoniumrekening (= buiten de kastoestand); dat als exploitatieresultaat voor 2022 €8.765,71 kan genoteerd worden als exploitatieresultaat;
Overwegende dat jaarrekening 2022 van kerkbestuur Sint-Bartholomeus afsluit met een investeringstekort van €6.557,67; dat dit investeringstekort kan verklaard worden door hetgeen hiernet bij de exploitatie werd besproken; dat volgens de nota van ReligioSoft kan verklaard worden door 'Op 1/08/2022 werd €6.557,67 overgeschreven van een werkingsrekening naar een patrimoniumrekening (= buiten de kastoestand), dit volgens afspraak. Op MAR 29, MAR 39 en MAR 436 ‘investeringsbeleggingen’ vindt u de overboeking van dit bedrag terug.'; dat het nodige zal moeten worden gedaan door betrokken kerkfabriek om deze foutieve overboeking recht te zetten;
Overwegende dat de gemeentelijke exploitatietoelage, vermeld in budget 2022, van €1.341,34 werd niet uitbetaald; dat het budget 2022 an sich en de bijhorende beleidsnota elkaar echter tegenspraken wat deze exploitatietoelage betreft; dat men in de beleidsnota immers stipuleerde zelfbedruipend te zijn terwijl het budget 2022 om een exploitatietoelage vroeg; dat de Gemeenteraad in zitting van 24/02/2022 daarom besliste om de exploitatietoelage waarvan sprake was in het budget niet uit te betalen o.b.v. de beleidsnota en o.b.v. de telefonische gesprekken met de penningmeester van betrokken kerkfabriek;
Overwegende dat er geen gemeentelijke investeringstoelage gevraagd of uitbetaald werd in 2022;
Overwegende dat de kastoestand overeenstemt met de jaarrekening;
Overwegende dat niet alle verplichte documenten als toelichting bij de jaarrekening werden gevoegd in ReligioSoft nl. een uittreksel van de KBC bedrijfsrekening BE04 7343 2715 4131 met een saldo van €7.131,75; dat dit door de penningmeester per mail echter tijdig werd bezorgd nadat dit bijkomend document werd opgevraagd;
Op voorstel van het college van burgemeester en schepenen;
BESLUIT:
Artikel 1:
De jaarrekening boekjaar 2022 van het kerkbestuur Sint-Bartholomeus Halle-Booienhoven wordt gunstig geadviseerd met opmerkingen.
Art. 2:
Afschrift van deze beslissing te zenden aan de gouverneur van de provincie Vlaams-Brabant, aan het centraal kerkbestuur Zoutleeuw en aan het betrokken kerkbestuur.
Gelet op het eredienstendecreet van 07/05/2004 en latere wijzigingen;
Gelet op het besluit van de Vlaamse Regering van 13/10/2006 houdende het algemeen reglement op de boekhouding van de besturen van de erkende erediensten en van de centrale besturen van de erkende erediensten en latere wijzigingen;
Gelet op het Besluit van de Vlaamse Minister van 27/11/2006 en latere wijzigingen;
Gelet op de omzendbrief BB/2013/01 van 01/03/2013 over de boekhouding van de besturen van de eredienst;
Gelet op het Decreet Lokaal Bestuur van 22/12/2017;
Gelet op de jaarrekening boekjaar 2023 (financieel gedeelte en toelichting) van het kerkbestuur Sint-Bartolomeus Halle-Booienhoven ingediend door het centraal kerkbestuur op 24/08/2024;
Overwegende dat de jaarrekening 2023 van het kerkbestuur Sint-Bartholomeus Halle-Booienhoven werd ingediend door de kerkraad op 22/05/2024 met €17.578,71 als exploitatieontvangsten (voornamelijk uit de gebruiksovereenkomsten i.v.m. verhuur van de toren en inkomsten aan pachten evenals de uitbetaling door de verzekering van een schadegeval) en €14.729,81 als exploitatie-uitgaven en een exploitatieoverschot van €18.172,28;
Overwegende dat voor het boekjaar 2023 het investeringstekort €6.557,67 bedraagt; dat de reden hiervoor zich situeert in 2022 aangezien op 1/08/2022 €6.557,67 werd overgeschreven van een werkingsrekening naar een patrimoniumrekening (= buiten de kastoestand); dat het kerkbestuur het nodige zal moeten doen om dit recht te zetten;
Aangezien er voor 2023 geen budget werd ingediend, werd er ook geen gemeentelijke exploitatietoelage of investeringstoelage gevraagd.
De kastoestand stemt overeen met de jaarrekening.
Alle verplichte documenten werden als toelichting bij de jaarrekening gevoegd.
Op voorstel van het college van burgemeester en schepenen;
BESLUIT:
Artikel 1:
De jaarrekening boekjaar 2023 van het kerkbestuur Sint-Bartholomeus Halle-Booienhoven wordt gunstig geadviseerd.
Art. 2:
Afschrift van deze beslissing te zenden aan de gouverneur van de provincie Vlaams-Brabant, aan het centraal kerkbestuur Zoutleeuw en aan het betrokken kerkbestuur.
Gelet op de nieuwe gemeentewet;
Gelet op het decreet voor het lokaal bestuur van 22/12/2017;
Gelet op het feit dat de stad aangesloten is bij Fluvius Opdrachthoudende Vereniging;
Gelet op het feit dat de gemeente/stad per aangetekend schrijven van 2/09/2024 werd opgeroepen om op digitale wijze deel te nemen aan de Buitengewone Algemene Vergadering van Fluvius Opdrachthoudende Vereniging op 13/11/2024, met als agenda;
Gelet op het feit dat een dossier met documentatiestukken aan de stad per brief van 2/09/2024 overgemaakt werd;
Gelet op het artikel 432, alinea 3 van het decreet over het lokaal bestuur; waarbij bepaald wordt dat de vaststelling van het mandaat van de vertegenwoordiger dient te worden herhaald voor elke algemene vergadering;
Overwegende dat het mandaat evenwel voor iedere algemene vergadering moet bepaald worden;
Op het voorstel van het college van burgemeester en schepenen;
Na beraadslaging;
BESLUIT:
Artikel 1:
De heer Raf Lambeets, Terweidenstraat 35 te 3440 Zoutleeuw, of zijn plaatsvervanger (Lutgarde Denivel, Wittenweg 21 te 3440 Zoutleeuw) krijgt het mandaat de punten op de dagorde van de buitengewone algemene vergadering van Fluvius OV d.d. 13/11/2024, goed te keuren.
Art. 2:
De vertegenwoordiger van de stad die zal deelnemen aan de digitale Buitengewone Algemene Vergadering van Fluvius Opdrachthoudende Vereniging op 13/11/2024 (of iedere andere datum waarop deze uitgesteld of verdaagd zou worden), op te dragen zijn/haar stemgedrag af te stemmen op de beslissingen genomen in de gemeenteraad van heden inzake voormeld artikel 1 van onderhavige beslissing.
Art. 3:
Het college van burgemeester en schepenen te gelasten met de uitvoering van voormelde beslissingen en onder meer kennisgeving hiervan te verrichten aan Fluvius Opdrachthoudende Vereniging, ter attentie van het secretariaat (in pdf-versie), uitsluitend op het e‑mailadres vennootschapssecretariaat@fluvius.be.
Art. 4:
Onderhavige beslissing bekend te maken krachtens de wettelijke bepalingen.
Gelet op de regelgeving voor gemeentewegen in de wet van 10 april 1841 op de buurtwegen en in het Rooilijnendecreet van 2009 is meegenomen in het nieuwe decreet;
Gelet op het decreet lokaal bestuur van 22 september 2017;
Gelet op het nieuwe decreet gemeentewegen van 3 mei 2019;
Gelet op dat het college van burgemeester en schepenen die het ontwerp van gemeentelijk rooilijnplan onderwerpt aan een openbaar onderzoek dat binnen een ordetermijn van dertig dagen na de voorlopige vaststelling aankondigt;
Gelet op dat na de aankondiging het ontwerp van gemeentelijk rooilijnplan gedurende dertig dagen ter inzage gelegd wordt in het gemeentehuis en gepubliceerd op de gemeentelijke website;
Gelet op dat de gemeenteraad het ontwerp van gemeentelijk rooilijnplan voorlopig vast stelt;
Gelet op dat de gemeenteraad nu zelf beslist over verplaatsing van gemeentewegen;
Gelet op dat de opmerkingen en de bezwaren uiterlijk de laatste dag van het openbaar onderzoek schriftelijk of digitaal aan het gemeentebestuur worden bezorgd;
Gelet op dat de gemeenteraad binnen zestig dagen na het einde van het openbaar onderzoek het gemeentelijk rooilijnplan definitief vast stelt;
Gelet op een dertigjarig niet-gebruik door het publiek van dit deel van de gemeenteweg;
Gelet op dat de als het rooilijnplan niet definitief wordt vastgesteld binnen de termijn, het ontwerp van gemeentelijk rooilijnplan vervalt;
Overwegende dat deze weg nr. 12 Roelstraat en een stuk van de Leenhaagstraat, een belangrijke verbinding is tussen Budingen en Kortenaken;
Overwegende dat deze weg tot het openbaar domein behoort;
Overwegende dat deze weg in de praktijk niet overeenstemt met de toestand in de atlas der buurtwegen;
Overwegende dat in 1956 een wederafstand van gronden is gedaan, alsook de grondinnemingen om de toestand in orde te brengen, maar dat deze niet bekrachtigd geweest zijn geweest via een Ministerieel besluit;
Overwegende dat deze wijzigingen bijgevolg niet werden opgenomen in de atlas der buurtwegen;
Overwegende dat percelen nog altijd getroffen zijn door deze weg nr.12;
Overwegende dat er op de percelen 5de afdeling - sectie E - nrs 127 N en 127 S niet kan gebouwd worden zolang deze weg in de atlas der buurtwegen nog over de percelen loopt;
Overwegende dat het aangewezen is het ganse traject definitief vast te leggen;
Overwegende dat wel een goedkeuring van de provincie werd bekomen het traject op te splitsen;
Overwegende dat het traject tussen de Roelstraat 29 en Roelstraat 43 prioritair is;
BESLUIT:
Artikel 1:
De gemeenteraad gaat akkoord met de voorlopige goedkeuring van de verplaatsing van de “Chemin nr.12” der Wegenatlas, naar het bestaande tracé der “Roelstraat tussen de huisnummers 43 en 29”.
Art 2:
Het college van burgemeester en schepen wordt belast met verdere afhandeling van het dossier conform het decreet gemeentewegen.
Art.3:
Onderhavige beslissing bekend te maken krachtens de wettelijke bepalingen.
Gelet op het decreet lokaal bestuur van 22/12/2017; Gelet op de wet betreffende de politie over het wegverkeer, gecoördineerd bij KB d.d. 16/03/1968;
Gelet op het decreet d.d. 16/05/2008 betreffende de aanvullende reglementen op het wegverkeer en de plaatsing en bekostiging van de verkeerstekens;
Gelet op het KB d.d. 01/12/1975 houdende algemeen reglement op de politie van het wegverkeer en van het gebruik van de openbare weg;
Gelet op het MB d.d. 11/10/1976 waarbij de minimumafmetingen en de bijzondere plaatsingsvoorwaarden van de verkeerstekens worden bepaald;
Gelet op het BVR d.d. 23/01/2009 betreffende de aanvullende reglementen op de plaatsing en bekostiging van de verkeerstekens;
Gelet op de nood om een parkeerplaats voor mindervaliden te creëren in de Schipstraat ter hoogte van huisnummer 56;
Gelet op de bespreking in de SG mobiliteit;
Overwegende dat het gemeentewegen betreft;
BESLUIT:
Artikel 1:
In de Schipstraat ter hoogte van woning nr. 56 zal een parkeerplaats voor mindervaliden gecreëerd worden.
Art. 2:
De bepalingen van artikel 1 worden ter kennis gebracht aan de weggebruikers bij middel van volgende signalisatie:
Art. 3:
De lasten (kosten voor plaatsen, aanbrengen, onderhoud en vernieuwen van de signalisatie) worden gedragen door de beheerder van de weg.
Art. 4:
Dit reglement wordt voor toezicht digitaal overgemaakt aan de Vlaamse Overheid via het loket voor lokale besturen in de module toezicht.
Art. 5:
Aan dit reglement wordt uitvoering gegeven van zodra goedkeuring bekomen wordt vanwege de Minister (of bij het uitblijven van een beslissing vanaf de 60ste dag na de kennisgeving ervan) en treedt in voege van zodra de benodigde signalisatie werd geplaatst.
Art. 6:
Na goedkeuring door de Minister wordt tevens een afschrift van het reglement overgemaakt aan de lokale politie, incl. een afschrift van de goedkeuring.
Art. 7:
Deze beslissing bekend te maken conform de wettelijke bepalingen.
Gelet op het decreet van 22/12/2017 over het lokaal bestuur, artikelen 40, §3 en art. 41, tweede lid, 2°;
Gelet op het decreet basisonderwijs van 25/02/1997: de artikelen 37 bis§2 , 20, 13, 27 bis §2, 14/0, 14/1,53 en 11 quater §3 en §4;
Overwegende dat een schoolbestuur voor elk van zijn basisscholen een schoolreglement moet opstellen dat de betrekkingen tussen het schoolbestuur en de ouders en de leerlingen regelt;
Overwegende dat meer specifieke afspraken door het college van burgemeester en schepenen, na overleg in de schoolraad, worden opgenomen in de infobrochure;
Overwegende dat het schoolreglement gewoon basisonderwijs en de infobrochure bij elke inschrijving van een leerling en nadien bij elke wijziging, ter beschikking worden gesteld (op papier of via een elektronische drager) aan de ouders, die ondertekenen voor akkoord;
Overwegende dat het huidige schoolreglement gewoon basisonderwijs (inclusief de infobrochure) dat goedgekeurd werd op 22/06/2023 aan actualisatie toe is wegens gewijzigde regelgeving en de noodzaak om sommige artikelen te verduidelijken en/of te verfijnen (gewijzigde contactgegevens e.d.m.);
Overwegende dat een wijziging van het schoolreglement ten vroegste uitwerking kan hebben in het daaropvolgende schooljaar, tenzij die wijziging het rechtstreekse gevolg is van nieuwe regelgeving;
Overwegende dat het model schoolreglement van de Onderwijsvereniging van de Steden en Gemeenten dient als basis voor het schoolreglement gewoon basisonderwijs;
Overwegende dat er op het overleg in de schoolraad d.d. 24/06/2024 geen opmerkingen werden gegeven;
BESLUIT:
Artikel 1:
Het bestaande schoolreglement gewoon basisonderwijs vastgesteld door de gemeenteraad in zitting van 22/06/2023 wordt opgeheven.
Art. 2:
Het nieuw voorgelegde schoolreglement wordt vastgesteld.
Art. 3:
De meer specifieke regels en afspraken worden door het college van burgemeester en schepenen opgenomen in de infobrochure.
Art. 4:
Onderhavige beslissing wordt bekend gemaakt conform de wettelijke bepalingen.
Gelet op het decreet lokaal bestuur;
Overwegende dat de samenwerkingsovereenkomst tussen AQUAFIN N.V., een naamloze vennootschap naar Belgisch recht, met zetel te Dijkstraat 8, 2630 Aartselaar en geregistreerd in het rechtspersonenregister van Antwerpen onder het ondernemingsnummer 440.691.388, hier vertegenwoordigd door Marjolein Weemaes, Directeur Business Development en Innovatie en Danny Baeten, Directeur Projectmanagement (hierna “Aquafin” genoemd) en het College van Burgemeester en Schepenen, ZOUTLEEUW, gevestigd te AC Den Hoorn 1, 3440 Zoutleeuw, voor wie optreedt de heer Guy Dumst, burgemeester, en mevrouw Sandra Blockx, algemeen directeur, die handelen ter uitvoering van de beslissing van de gemeenteraad van 26/09/2024, hierna genoemd ‘de stad’;
Overwegende dat Aquafin conform het investeringsprogramma voor 2021 en conform het technisch plan de volgende werken dient uit te voeren: project 21.508;
Overwegende dat elke verwijzing in deze overeenkomst en het bestek naar het opdrachtgevend bestuur, de vergunnende overheid of ambtenaren daarvan wat Aquafin betreft moet gelezen worden als een verwijzing naar de N.V. Aquafin, haar aangestelden en/of haar contractanten;
Overwegende dat de stad beslist heeft de volgende werken uit te voeren:
Overwegend dat overeengekomen wordt met uitzondering voor de huisaansluitingen langsheen het tracé van de werken van Aquafin en onverminderd artikel 17, komen de partijen overeen dat niet-prioritaire werken werken zijn die buiten de werkzone van Aquafin’s project vallen. Deze werkzone wordt als volgt gedefinieerd:
Overwegend dat voldaan wordt aan de artikels opgenomen in de voorgelegde samenwerkingsovereenkomst;
BESLUIT:
Artikel 1:
De samenwerkingsovereenkomst combinatie prioritaire werken en niet- prioritaire werken voor project 21508 'verbindingsriolering Melkwezer' met als partners:
Art. 3:
Deze overeenkomst treedt in werking van zodra alle partijen deze samenwerkingsovereenkomst hebben getekend.
Art. 4:
Onderhavige beslissing bekend te maken conform de wettelijke bepalingen.
Gelet op het reglement mobiliteit andersvaliden, goedgekeurd tijdens de zitting van de gemeenteraad dd. 27/08/2020;
Gelet op het gunstig advies van de jeugdraad d.d. 10/09/2024;
Overwegende dat het reglement mobiliteit andersvaliden besproken werd op de jeugdraad dd. 10/09/2024;
Overwegende dat Speelplein Ruimte aangeeft dat de kosten voor het busvervoer de laatste jaren sterk toegenomen zijn en dat door de noodzakelijke huur van een liftbus, die minder zitplaatsen telt dan een gewone bus, de kostprijs per persoon snel oploopt;
BESLUIT:
Artikel 1:
Het reglement goedgekeurd in de gemeenteraad van 27/08/2020 op te heffen en het nieuwe reglement als volgt goed te keuren:
Art. 1:
Om de integratie en mobiliteit van mindervalide jongeren te bevorderen en te ondersteunen, stelt het gemeentebestuur jaarlijks 1.500 euro ter beschikking. Deze middelen kunnen enkel aangewend worden om de huur van een liftbus te bekostigen voor het vervoer van de mindervaliden in het kader van de werking van een jeugdwerkinitiatief.
Art. 2:
Uitsluitend de jeugdwerkinitiatieven die erkend zijn door de jeugdraad kunnen aanspraak maken op deze premie. De erkenningsmodaliteiten zijn vastgelegd in de statuten van de jeugdraad.
Art. 3:
De aanvragen voor betoelaging kunnen ingediend worden tijdens de loop van het jaar (van 1september tot 31 augustus) bij de secretaris van de jeugdraad. Deze aanvragen worden ter goedkeuring aan de jeugdraad voorgelegd.
Art. 4:
De aanvrager dient een betalingsbewijs van de liftbus bij de aanvraag te voegen. Van het bedrag van deze factuur wordt maximaal 1/2 terugbetaald tot uitputting van de middelen. De aanvragen worden chronologisch behandeld volgens de datum van ontvangst.
Art. 5:
Indien op het einde van het werkjaar wordt vastgesteld dat het in artikel 1 vermelde bedrag NIET werd uitgeput, dan wordt het restbedrag overgedragen naar het globale budget voorzien voor infrastructuurkosten.
Art. 2:
Onderhavige beslissing bekend te maken krachtens de wettelijke bepalingen.
Gelet op het subsidiereglement infrastructuurkosten en/of huursubsidie, goedgekeurd door de gemeenteraad dd. 27/8/2020;
Overwegende dat het reglement infrastructuurkosten en/of huursubsidie besproken werd op de jeugdraad dd. 10/09/2024;
BESLUIT:
Artikel 1:
Het subsidiereglement d.d. 27/08/2020 op te heffen en het nieuwe reglement als volgt goed te keuren :
Art 1:
Het gemeentebestuur stelt jaarlijks een bedrag van 4200 6000 Euro ter beschikking van de jeugdwerkinitiatieven, dat moet worden aangewend als tegemoetkoming in kosten die gemaakt zijn op het vlak van infrastructuurwerken aan hun lokalen en/of in de voorkomende gevallen in de vorm van een huursubsidie. Ook energiekosten kosten van energie, water en internet die jeugdwerkinitiatieven dienen te betalen in het kader van de door hun gebruikte infrastructuur komen voor betoelaging door dit reglement in aanmerking.
Art 2:
Het bedrag, bepaald door artikel 1, wordt verdeeld tussen de aanvragen van de jeugdwerkinitiatieven, die werden goedgekeurd door de jeugdraad, op basis van de volgende verdeelsleutel.
Behaalde score door het jeugdwerkinitiatief
_______________________________________ X totaal beschikbaar bedrag
Totale Score van alle jeugdwerkinitiatieven samen
Art. 3:
De verdeelsleutel maakt gebruik van de scores die de jeugdwerkinitiatieven behaalden als gevolg van de toepassing van de zogenaamde “waterpas” of “schietlood” meetmethodes, waarbij essentiële parameters op het vlak van infrastructuur en logistiek worden gemeten.
Art. 3.1: De resultaten van de meting door deze methodes moeten door de jeugdwerkinitiatieven ingediend worden bij de secretaris van de jeugdraad voor 31 juli van elk werkjaar.
Art. 3.2: Een jeugdwerkinitiatief dat de in art. 3.1 bedoelde resultaten niet voor 31 juli van het betreffende werkjaar heeft ingediend, ziet af van de betoelaging in het kader van dit reglement.
Art. 4:
De toepassing van de verdeelsleutel resulteert in een enveloppensysteem waarbij de maximumgrens voor de subsidies die voortvloeien uit de toepassing van dit reglement per erkend jeugdwerkinitiatief wordt bepaald.
Art. 5:
De jeugdwerkinitiatieven kunnen facturen indienen bij de secretaris van de jeugdraad tijdens de duur van een werkjaar (van 1 september tot 31 augustus) met het oog op het bereiken van het bedrag dat werd bepaald door de hun toegewezen enveloppe. De facturen kunnen uiteraard uitsluitend betrekking hebben op de door artikel 1 bepaalde kosten.
Art 6:
Indien op de limietdatum (31 augustus) van het werkjaar wordt vastgesteld dat één of meerdere van de toegewezen enveloppes niet werden uitgeput, dan worden de restbedragen verdeeld over de jeugdwerkinitiatieven die voor een hoger bedrag facturen indienden dan hetgeen door hun enveloppe werd bepaald (die dus een tekort kunnen aantonen) en dit op basis van de volgende verdeelsleutel:
Tekort van het jeugdwerkinitiatief x restbedrag
Som van de tekorten van alle jeugdwerkinitiatieven
Art. 7 : Het gemeentebestuur of zijn gemandateerde en gemandateerden van de jeugdraad hebben het recht om inspectiecontrole te verrichten.
Art. 2:
Onderhavige beslissing bekend te maken krachtens de wettelijke bepalingen.
Gelet op het Decreet Lokaal Bestuur;
Gelet op de zitting van de gemeenteraad d.d. 28/03/2019 betreffende de engagementsverklaring voor de opmaak van een hemelwater- en droogteplan Zoutleeuw;
Overwegende dat tegen eind 2024 een lokaal bestuur in functie van het behoud van watergerelateerde subsidies moet beschikken over een goedgekeurd hemelwater- en droogteplan (Blue Deal). Het begrip 'watergerelateerde subsidies' moet ruim opgevat worden. Het kan zowel gaan om subsidies voor initiatieven naar waterkwaliteit als naar waterkwantiteit, om structurele subsidies als om ad hoc oproepen;
Overwegende dat het hemelwater- en droogteplan Zoutleeuw een visie geeft over hoe er binnen de stad Zoutleeuw op lange termijn zal omgegaan worden met hemelwater. Binnen dit plan wordt een integrale ruimtelijke visie uitgewerkt om de economische, maatschappelijke en ecologische gevolgen van wateroverlast te beperken en het grondgebied robuust te maken voor de gevolgen van de klimaatsverandering;
Overwegende dat de stad Zoutleeuw in samenwerking met Fluvius het hemelwater- en droogteplan heeft opgemaakt. Het hemelwater- en droogteplan is een beleidsplan dat als leidraad dient ingezet te worden bij alle toekomstige ruimtelijke ingrepen om de integrale ruimtelijke visie uit te werken;
Overwegende dat het hemelwater- en droogteplan tot stand is gekomen door middel van een participatief proces met de verschillende stakeholders die betrokken zijn bij het watersysteem in de stad Zoutleeuw;
Overwegende dat het voorliggende hemelwater- en droogteplan bestaat uit een omgevingsanalyse, juridische en beleidsmatige context, een overzicht van de verschillende knelpunten en kansen, een visie op stedelijk niveau en per deelzone en tot slot een actieplan;
BESLUIT:
Artikel 1:
Het Hemelwater- en droogteplan (HWDP) Zoutleeuw, welk integraal deel uitmaakt van deze beslissing goed te keuren.
Art. 2
Kennis te nemen van de voorlopige plannen van de VMM inzake de wateroverlast (dijken en ingrepen aan de spoorweg).
Gelet op het Decreet Lokaal Bestuur van 22 december 2017;
Gelet op de wet van 29 juli 1991 betreffende de uitdrukkelijke motiveringsplicht van bestuurshandelingen, en latere wijzigingen;
Gelet op het Bestuursdecreet van 7 december 2018;
Gelet op het Decreet Lokaal Bestuur van 22 december 2017, meer bepaald artikelen 326 tot en met 341 betreffende het bestuurlijk toezicht;
Gelet op de wet van 17 juni 2013 betreffende de motivering, de informatie en de rechtsmiddelen inzake overheidsopdrachten, bepaalde opdrachten voor werken, leveringen en diensten en concessies, en latere wijzigingen;
Gelet op de wet van 17 juni 2016 en latere wijzigingen inzake overheidsopdrachten, inzonderheid artikel 36;
Gelet op het koninklijk besluit van 14 januari 2013 tot bepaling van de algemene uitvoeringsregels van de overheidsopdrachten, en latere wijzigingen;
Gelet op het koninklijk besluit van 18 april 2017 betreffende plaatsing overheidsopdrachten klassieke sectoren, en latere wijzigingen;
Gelet op het besluit van de Vlaamse Regering van 14 december 2001 en latere wijzigingen houdende vaststelling van het premiestelsel voor restauratiewerken aan beschermde monumenten;
Gelet op de beslissing van de Gemeenteraad in zitting van 19/12/2013 ‘Restauratie historisch stadhuis: akkoord ontwerp, bestek en wijze van gunnen’ waarbij het ontwerp, bestek, de raming en de wijze en voorwaarden van gunning, zoals opgenomen in het voorgelegde restauratiedossier, werden goedgekeurd; dat er eveneens goedkeuring werd gegeven om het dossier in te dienen voor het bekomen van de restauratiepremie;
Gelet op de ingediende aanvraag voor een restauratiepremie voor fase 1 van de exterieurwerken bij het Agentschap Onroerend Erfgoed d.d. 02/04/2014;
Gelet op het Ministerieel Besluit d.d. 12/12/2022 tot toekenning van de restauratiepremie voor de volgende aangevraagde werken aan het historisch stadhuis van Zoutleeuw: “restauratie van daken, gevels en buitenschrijnwerk”;
Overwegende dat de ontwerpopdracht d.d. 05/03/2009 voor de opdracht “Historisch stadhuis Zoutleeuw fase1 : Restauratie gevels, daken en buitenschrijnwerk” werd gegund aan Studio Roma, Abdij Vlierbeek 7 te 3010 Kessel-Lo;
Overwegende dat in het kader van de opdracht “Historisch stadhuis Zoutleeuw fase 1: Restauratie gevels, daken en buitenschrijnwerk” een bestek werd opgesteld door de ontwerper, Studio Roma, Abdij Vlierbeek 7 te 3010 Kessel-Lo;
Overwegende dat Studio Roma in de loop van 2023 zorgde voor de noodzakelijke administratieve aanpassingen aan het initiële dossier van 2014 nl. de verwijzingen naar normeringen in de technische bepalingen, integraal nieuwe administratieve bepalingen n.a.v. de vernieuwde wet overheidsopdrachten van 17/06/2016 en het KB van 18/04/2017;
Overwegende dat de uitgave voor deze opdracht in 2014 werd geraamd op €277.897,31 excl. btw en erelonen of €383.331,55 incl. 21% btw en erelonen;
Overwegende dat hierop een indexering op basis van een prijsherzieningsformule moet toegepast worden, waardoor de uitgave voor deze opdracht momenteel geraamd wordt op €383.720,61 excl. btw en erelonen. Overwegende dat de totale uitgave voor deze opdracht geraamd wordt op €529.304,22 incl. btw en erelonen;
Overwegende dat het voorlopig toegekende premiebedrag van agentschap Onroerend Erfgoed €241.111,47 bedraagt;
Overwegende dat het definitieve premiebedrag door agentschap Onroerend Erfgoed zal berekend worden op basis van de prijsherzieningsindex, geplafonneerd op 10%;
Overwegende dat Studio Roma het te verwachten definitieve premiebedrag zo inschat op €265.222,62;
Overwegende dat voorgesteld wordt de opdracht te gunnen bij wijze van de openbare procedure;
Overwegende dat de uitgave voor deze opdracht voorzien is in jaarbudgetrekening ACT-60/0729-00/2210307/STAD/CBS/IP-19;
BESLUIT:
Artikel 1:
Goedkeuring wordt verleend aan het bestek en de raming voor de opdracht “Historisch stadhuis Zoutleeuw fase 1: Restauratie gevels, daken en buitenschrijnwerk”, opgesteld door de ontwerper, Studio Roma, Abdij Vlierbeek 7 te 3010 Kessel-Lo. De lastvoorwaarden worden vastgesteld zoals voorzien in het bestek en zoals opgenomen in de algemene uitvoeringsregels van de overheidsopdrachten. De raming bedraagt €383.720,61 excl. btw en erelonen of €529.304,22 incl. btw en erelonen.
Art. 2:
Bovengenoemde opdracht wordt gegund bij wijze van de openbare procedure.
Art. 3:
De aankondiging van de opdracht wordt ingevuld, goedgekeurd en bekendgemaakt op nationaal niveau. Dit behoort tot de opdracht van Studio Roma.
Art. 4:
De uitgave voor deze opdracht is voorzien in ACT-60/0729-00/2210307/STAD/CBS/IP-19.
BESLUIT:
De gemeenteraad neemt kennis van de volgende vragen van de raadsleden en de antwoorden namens het schepencollege.
Raadslid L. Everaerts heeft een vraag over het maaibeleid. Het raadslid vindt dat sommige plaatsen er verloederd bijliggen, zoals de Pelsberg waar de verkeersborden niet leesbaar zijn. Het raadslid vraagt of daar een reden voor is?
Schepen C. Kempeneers antwoordt dat hij deze vraag zal noteren voor de schepen van Openbare Werken aangezien hij zelf niet alle details kan geven.
Raadslid L. Everaerts heeft een klacht per mail ontvangen i.v.m. voetweg 33 in Halle-Booienhoven dat er geen antwoord komt op vragen.
Schepen C. Kempeneers antwoordt dat er een verzoekschrift van een inwoner ontvangen werd en dat is doorgegeven aan de dienst Omgeving waar ze het zullen voorbereiden en dan zal het zoals het hoort geagendeerd worden op het Schepencollege.
Raadslid E. Wouters vraagt toelichting betreffende een verkeerswijziging die er zou komen in de Nieuw Neerlandensestraat
Schepen C. Kempeneers verduidelijkt eerst het verschil tussen de Neerlandense- en de Nieuw Neerlandensestraat. Er is veel sluipverkeer via die weg, ondanks dat die enkel voor plaatselijk verkeer is. Het is nu de bedoeling dat iedereen gewoon tot aan de lichten rijdt. In het 2-jaarlijks overleg met AWV, de beheerder van de gewestweg N3, zijn hierover onderhandelingen geweest. In het kader van het woonproject in de Kerkstraat is er een proefproject geweest om de straat doodlopend te maken. Aangezien er toch heel wat fietsers en voetgangers die straat gebruiken, is AWV bereid om daar een fiets- en wandeloversteek te maken op voorwaarde dat de door AWV opgelegde boomstructuur zal toegepast worden. Dit is dat men bij een gewestweg enkel nog mag inslaan bij de hoofdwegen. Bvb inslaan op de weg aan de lichten, maar niet meer aan de zijstraatje. Dus daar zal een knip komen. Dit verandert in de praktijk eigenlijk niets; mensen die van Landen afkomen, moeten tot aan de lichten rijden. Om het lang wachten aan de lichten te vermijden, zullen de lichten na die aanpassing (knip) opnieuw ingesteld worden. Iedereen kan gewoon blijven rijden zoals het moet. Het materiaal om de aanpassingen aan de weg te doen is aangekomen op de technische dienst en zij zullen dit dan in de komende 2 tot 3 weken plaatsen. Via een huis-aan-huis brief werden de inwoners hiervan ingelicht.
Raadslid A. Cooremans heeft een bemerking dat tijdens de vorige verkiezingen voor sommige mensen de stemcomputers te hoog waren bvb; ouderen, mensen met een bril. Het raadslid vraag of er per bureau een aangepast stemhok kan komen.
De algemeen directeur antwoordt hiervan ook op de hoogte te zijn en de technische dienst zal kijken of de panelen anders kunnen ingericht worden zodat er een stemhok met een lager plateau kan voorzien worden. Er zal deze keer ook in elke zaal een stemhok voor mindervaliden mensen komen.
De voorzitter sluit het openbare gedeelte van de zitting af.
De voorzitter sluit de zitting op 26/09/2024 om 20:50.